1/48
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
containerisatie
ontwikkeling waarbij goederen op grote schaal in containers met een standaard afmeting worden vervoerd
dimensie
invalshoek vanwaaruit je een bepaald onderwerp bekijkt: de economische, sociaal-culturele, demografische, politieke, of fysisch-geografische
globalisering
proces waarbij gebieden op aarde steeds meer met elkaar verbonden raken
economische globalisering
het verschijnsel dat productie en handel zich op mondiale schaal organiseren en dus niet meer plaatsgebonden zijn
informatietechnologie en communicatietechnologie ICT
alle technieken die het mogelijk maken informatie van het ene punt naar het andere punt te verspreiden
multinationale onderneming (mno)
groot bedrijf met vestigingen in meerdere landen
tijd-ruimtecompressie
proces waarbij de relatieve afstand tussen plaatsen door de moderne transport- en informatietechnologie daalt
transporttechnologie
technische voorzieningen die samenhangen met het verplaatsen van goederen en mensen
handelsbelemmeringen
door de overheid opgelegde maatregelen die handel tussen landen moeilijker maakt
offshoring
het verplaatsen van werkzaamheden van een bedrijf naar een ander land
productieketen
het geheel dat een product aflegt van idee of grondstof tot het uiteindelijk product
vrijemarkteconomie
economisch systeem waarbij bedrijven zelf bepalen wat ze maken of aanbieden, en dat is primair gericht op winst
vrijhandel
handel waarbij zo weinig mogelijk handelsbelemmeringen zijn
Wereldhandelsorganisatie (WTO)
internationale organisatie, opgericht om de vrijhandel te bevorderen
afwenteling in ruimte en tijd
wanneer de negatieve gevolgen van economische ontwikkeling worden doorgeschoven naar andere gebieden en naar toekomstige generaties
global shift
het verschuiven van het economische zwaartepunt in de wereld, bijvoorbeeld van landen rond de Noord-Atlantische Oceaan naar landen rond de Grote Oceaan
industrialisatie
proces waarbij de industrie een steeds belangrijker middel van bestaan wordt
interactietheorie
theorie die de vestiging van bedrijven verklaart door te kijken naar de interactie tussen de drie factoren: het vervoer, de aanwezigheid van geschikte arbeidskrachten, en de wensen van bedrijven
ruilvoet
de verhouding tussen de prijzen van de export en de import; als de exportproducten hoogwaardiger worden, stijgt de prijs en verbetert de ruilvoet
lingua franca
de voertaal in een gebied waar meerdere talen worden gesproken, op wereldschaal is dat het Engels
arbeidsmigratie
verhuizen naar een ander gebied of plaats om daar te gaan werken
arbeidsmigrant
iemand die naar een familie in een kenniseconomie komt wonen en werken
selectieve migratie
migratie van groepen mensen die geselecteerd zijn op basis van bijvoorbeeld gezondheid, leeftijd, opleidingsniveau
transnationale netwerken
netwerk tussen twee landen en economische, politieke en sociaal-culturele gebieden
amerikanisering
de wereldwijde verspreiding van de Amerikaanse levensstijl en cultuur
cultuurgebied
gebied op aarde met overeenkomsten in hun cultuur
homogenisering
de wereld gaat steeds meer op elkaar lijken
geografische ligging
de positie van een gebied ten opzichte van andere gebieden
lokalisering
de drang van mensen om een eigen cultuur vast te houden
identiteit
het karakter van een gebied of land en de bewoners
concurrentie
de strijd tussen bedrijven onderling om een sterke positie op de markt te krijgen
exportsubsidie
een toeslag om producten op de wereldmarkt goedkoper te kunnen aanbieden
Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB)
beleid om voedselzekerheid te garanderen door vaste prijzen voor boeren en consumenten en productieregels
inkomenssubsidie
een toeslag per hectare voor boeren die duurzaam en verantwoord produceren
productiesubsidie
een toeslag op de marktprijs voor bepaalde producten als vlees, tarwe, wijn en melk met als doel de productie te verhogen
protectie
importheffingen
schaalvergroting
proces waarbij er steeds minder, maar veel grotere bedrijven zijn
vrijhandel
handel waarbij zo min mogelijk handelsbelemmeringen, zoals invoerrechten, bestaan
zelfvoorzieningsgraad
de verhouding tussen productie en consumptie (een zelfvoorzieningsgraad van 200 procent betekent dat er twee keer zoveel geproduceerd wordt dan geconsumeerd)
agri-business
grootwinkelbedrijf en/of supermarkten die wereldwijd op zoek zijn naar goedkope inkoop en een gelijkwaardige productieketen, inclusief transport, handel en verkoop beheersen
grondgebonden landbouw
landbouw waarbij koeien in de wei grazen en het voer van het bedrijf zelf geproduceerd wordt
opbrengst
de opbrengst per dier of per hectare
structuur
gemiddelde grootte van een boerenbedrijf
bedrijfsbeëindiging
boeren stoppen met hun bedrijf
biologische landbouw
landbouw zonder chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest werken, diervriendelijker en duurzamer
innovatie
manier waarbij er met inzet van de landbouw ook geld verdiend wordt met recreatie, zorg, of natuur (voor het behoud van het natuurvriendelijke landschap)
landschappelijke kwaliteit
de aantrekkelijkheid van het landschap
specialisatie
werkwijze waarbij je bezighoudt met één enkele productietak
verduurzaming
proces van milieu- en diervriendelijk produceren, waarbij aan bepaalde kwaliteitsnormen voldaan wordt