1/16
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Hoofddoelen marketing
informeren van een doelgroep
creëren van een markt
winnen van marktaandeel
klantbehoud
Waardepropositie
Aanbodkant: product/dienst, gain creators, pain relievers.
Klantkant: klantdoel, pains, gains
5 krachten van Porter
leveranciers
afnemers
substituten
huidige concurrenten (binnen bedrijfstak)
nieuwe concurrenten (potentiële toetreders)
Portfolio-analyse
Question marks (laag marktaandeel, hoge marktgroei, hoge kosten)
Stars (hoog marktaandeel, hoge marktgroei, veel kosten in reclame)
Cash cows (hoog marktaandeel, lage marktgroei, levert veel geld op)
Dogs (laag marktaandeel, lage marktgroei, weinig opbrengst/kosten (zolang geen verlies wordt het behouden))
Waardestrategie
3 vlakken:
operationele uitmuntendheid (kwaliteit voor lage prijs)
productleiderschap (product centraal)
klantpartnerschap (klant centraal)
→ onderscheiden op 1 vlak (richt op alle 3)
Marketingmix
Prijs
Product
Plaats
Promotie
Wie creëert waarde voor wie
B2C (business to consumer) (AH)
B2B (business to business) (groothandel)
C2B (consumer to business) (affiliate marketing, crowd soarcing (helpen bedrijf via onderzoek etc), co-creatie)
C2C (consumer to consumer) (Marktplaats)
Segmentstrategieën (3)
geconcentreerde marketing (marketingbeleid op 1 segment)
gedifferentieerde marketing (op meerdere segmenten gericht, elk eigen beleid)
ongedifferentieerde marketing (marketingbeleid op totale markt, geen onderscheid)
Product
Immateriële en materiële eigenschappen:
kwaliteit
vormgeving
verpakking (bescherming en aandacht trekken)
garantie en service (productaansprakelijkheid)
Soorten merken
A-merk (Bekend, overal te koop, hoge prijs)
B-merk (bijna overal te koop, goedkoper)
Paraplumerk (bijv. Calvé)
Private label (derde kiest de merknaam (Hema))
Huismerk (product met naam detaillist)
Prijs (hoe bepalen)
afroompolitiek (starten hoge prijs, bij nieuw product op markt de prijs verlagen (apple))
penetratiepolitiek (starten met lage prijs, klanten aantrekken, prijs verhogen)
psychologische prijsstelling (prijsdifferentiatie of prijsdiscriminatie)
Hoe bepalen prijs van product:
kosten georiënteerd
concurrentie georiënteerd
vraag georiënteerd
Soorten reclame
individuele reclame (specifiek product)
collectieve reclame (voor een winkel of collectie)
actiereclame (korting, op=op)
themareclame
Soorten communicatiemiddelen
visuele (krant, folder)
multimediale (televisie, internet)
interactieve (enquête, apps)
overige (reclame)
Dropshipping
Klant bestelt bij winkel, winkel geeft bestelling door aan groothandel en deze stuurt het product naar de klant. Hierdoor hoeft winkel geen voorraad te houden, maar is wel afhankelijk van de groothandel.
Affiliate marketing
affiliate verwijst naar product bedrijf tegen vergoeding (influencer). Betaalmodellen:
Cost Per Mile (CPM): 1000x verschijnen advertentie op internet = betaling
Cost per Click (CPC): betaalt per keer dat erop geklikt wordt
Cost per Action (CPA): betaalt per keer dat een klant een actie onderneemt.
Soorten marketing (voor negatieve dingen)
conversiemarketing: negatieve houding omgebogen (dragen fietshelm)
demarketing: verminderen vraag naar product (alcohol)
contramarketing: verminderen of laten verdwijnen van ongewenst gedrag (voetbalsupporters, rijden achter stuur)
Push- en pullstrategie
pushstrategie: Fabrikant ”duwt” het product door het distributiekanaal, zorgt dat de detaillist het opneemt in het assortiment en dat ze het aanprijzen. Contact tussen fabrikant en detaillist.
Pullstrategie: Klant laten “trekken”. Contact tussen fabrikant en consument.