frans jaar 4 sim 2
Studied by 0 people
Learn
Practice Test
Spaced Repetition
Match
Flashcards1/195
There's no tags or description
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
196 Terms
la boucherie
de beenhouwerij
la boulangerie
de bakkerij
la boutique de vêtements
de kledingwinkel
le caissier, la caissière
de kassabediende
le centre commercial
het winkelcentrum
le commerce
de handel
l'entreprise (f)
de onderneming
l'épicerie (f)
de kruidenierszaak
le magasin
de winkel
le supermarché (local)
de (plaatselijke) supermarkt
l'achat (m)
de aankoop
l'acheteur
de koper
la liste d'achats
de boodschappenlijst
le service après-vente (S.A.V.)
de dienst na verkoop
le service clientèle
de klantendienst
le vendeur, la vendeuse
de verkoper, de verkoopster
échanger
ruilen, wisselen
faire les courses
de boodschappen doen
faire du shopping
shoppen
être de bonne / de mauvaise / d'excellente qualité
van goede / slechte / uitstekende kwaliteit zijn
la gamme est variée / limitée
het gamma is uitgebreid / beperkt
le prix bas
de lage prijs
le prix élevé
de hoge prijs
avantageux, avantageuse
voordelig
bon marché
goedkoop
raisonnable
redelijk
gratuitement
gratis
coûter cher
veel kosten, duur zijn
l'argent de poche (m)
het zakgeld
le cent (Belgique)
de eurocent
le centime (France)
de eurocent
l'euro (m)
de euro
gagner de l'argent
geld verdienen
la carte (bancaire)
de (bank)kaart
le montant
het bedrag
le paiement
de betaling
le règlement
de betaling, de afrekening
faire la queue à la caisse
aanschuiven aan de kassa
payer au comptant
contant betalen
payer cher
veel betalen
payer en espèces
contant betalen, cash betalen
payer par carte
met de kaart betalen
au total
in totaal
l'annonce (f)
de advertentie
le dépliant
de folder
l'offre
de aanbieding
la promotion
de promotie
la réduction
de korting
gratuit(e)
gratis
en promotion
in promotie
faire les soldes
op koopjesjacht gaan
l'article (commandé)
het (bestelde) artikel
les conditions de vente et de livraison (f)
de verkoop- en leveringsvoorwaarden
épuisé(e)
uitgeput, uit stock
ajouter au panier
aan het winkelmandje toevoegen
être disponible
beschikbaar zijn
passer une commande, une réservation
een bestelling plaatsen, reserveren
recevoir
ontvangen, krijgen
en ligne
online
en stock
in stock, in voorraad
l'adresse de livraison (f)
het leveringsadres
le colis
het pakket
le délai de livraison
de leveringstermijn
les frais (m) (supplémentaires)
de (extra) kosten
la fraude
de fraude
le problème de livraison
het leveringsprobleem
endommagé(e)
beschadigd
frauduleux, frauduleuse
frauduleus, bedrieglijk
rapide
snel
la réservation
de reservatie
faire une réservation
reserveren
vérifier les disponibilités
de beschikbaarheden nakijken
ca vous convient?
past dat voor u?
le bricoleur
de knutselaar, de doe-het-zelver
l'énergie (f)
de energie
le fonctionnement
de werking
l'inventeur (m)
de uitvinder
l'inventrice (f)
de uitvindster
l'invention (f)
de uitvinding
l'objet (m)
het voorwerp
le produit
het product
le système
het systeem
adapter
aanpassen
bricoler
knutselen, doe-het-zelven
développer
ontwikkelen
employer
gebruiken
inventer
uitvinden
servir à
dienen tot/voor
utiliser
gebruiken
changer
veranderen
créer
creëren, ontwikkelen
enlever
wegnemen, verwijderen
fabriquer
fabriceren
falloir
moeten
il faut
men moet, er is nodig
mesurer
meten
peser
wegen
produire
produceren
se servir de
gebruikmaken van
le but
het doel
Note 
Flashcards (182)