Congres van Wenen en de poging tot restauratie, de grondslagen en kenmerken van het liberalisme, de liberale revolutie in Frankrijk

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/47

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

p2-8

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

48 Terms

1
New cards

Slag van Waterloo

18 juni 1815, Napoleon wordt definitief verslagen door een Europese coalitie

2
New cards

4 zegevierende grootmachten

  1. Rusland

  2. Groot-Brittannië

  3. Oostenrijk

  4. Pruisen

3
New cards

Congres van Wenen

de zegvierende grootmachten om Europa na 20+ jaar van oorloe nrevolutionaire uitbarstingen een nieuwe gedaante te geven

4
New cards

2 grote doelstellingen:

  1. machtsevenwicht herstellen

  2. Herstel van de legitimiteit(wettelijkheid) van de vorstelijke macht

5
New cards

machtsevenwicht herstellen

Europeze grenzen van voor de Franse Revolutie werden hertekend, oprichten van bufferstaten tegen frankrijk(Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, koninkrijk Sardinië-Piëmont)

6
New cards

Herstel van de legitimiteit(wettelijkheid) van de vorstelijke macht

heerschappij van het koningschap berustte op de wil van God, lag in traditie van het ancien regime en betekende zo stabiliteit.

deze restauratie die een terugkeer naar de staatsvorm van voor de Franse Revolutie was niet vanzelfsprekend, de sterker geworden liberale burgerij bleef aandringen op een grondwettelijke burgerstaat

7
New cards

andere uitdaging bij het hertekenen van Europese grenzen

Eigen belang van grootmachten (bv: Rusland en Pruisen wouden allebei hun rijk uitbreiden ten koste van Polen)

Oostenrijkse staatsman Metternich paste de Verdeel-en-heersstrategie toe en hield de Duitse staten gescheiden maar liet Oostenrijk zelf grote delen van Italië inlijven

(geen rekening met taalkundige, godsdienstige of etnische verschillen)

8
New cards

voorkomen van revoluties en herstel van ancien regimé

grootmachten vormen een ‘grote alliantie’ waar zelfs Frankrijk onder een hersteld koningschap een rol in mocht spelen → interventierecht = elk van de betrokken landen zou in actie mogen komen wanneer de politieke ordening of de grenzen die door het congres werden vastgelegd worden aangevallen

9
New cards

Heilige Alliantie

idee van tsaar Alexander 1 omdat ze allemaal in het christendom geloven, waar hij als orthodoxe tsaar samen met protestantse koning van Pruisen, Katholieke keizer Frans van Oostenrijk bij elke poging tot ordeverstoring of revolutie zou ingrijpen

=reactionaire politiek → keert zich tegen vernieuwing → lokt opstanden en aanslagen uit

10
New cards

Europees concert

congres van Wenen → klok werd niet helemaal teruggedraaid, 1ste pogingen tot internationaal overleg leidde niet tot een volledige herstel van grenzen van voor 1789

De mogendheden bleken bereid een gezamenlijke gedragscode af te spreken gebaseerd op zelfbeperking wederzijds respect en het voorkomen van een militaire confrontatie = Europees concert (=Europese evenwicht tot helft van 19e eeuw)

11
New cards

rechtsprincipes uit de Franse Revolutie bleven dankzij …

Code Napoleon, → Lodewijk de 18e komt terug → goddelijke voorzienigheid gewaarborgde rechten komen terug maar hij gaf zijn land een constitutioneel handvest (charter, grondwet) en een bijhorend parlement

12
New cards

reactionair

terug naar vroeger gaan

13
New cards

conservatief

behoudsgezind

14
New cards

progresief

vooruitstrevend

15
New cards

liberaaldenkende burgerij

wilde een zo groot mogelijke vrijheid in haar ondernemerschap

16
New cards

Adam Smith

filisoof, econooom, in 1776 met werk ‘An Inquiry into the Nature and the Causes of the Wealth of Nations‘ = ondersteuning van liberale denkzwijze → de noodzaak van vrijheid op economisch gebied werd sterk verdedigd. Smith maakte daarbij geen verschil tussen de bronnen van rijkdom

17
New cards

waar legde adam smith verder de klemtoom op?

privé-initiatief zonder staatstussnekomst

vrije concurrentie

grote voordelen van arbeidsverdeling

18
New cards

motor van de economie

het streven naar winst en de vergroting van het persoonlijk bezit

19
New cards

vraag en aanbod

wat schaars is is duur wat overvloedig is is goedkoop

20
New cards

Combination act

Groot-Brittannië bracht de vrijhandelstheorie het eerst in de praktijk hiermee werd er van 1799 de beroepsverenigingen verboden, tussen 1845-1849 werd er na een hevige strijd de graanwetten en de oude Navigation act (1651) afgeschaft

21
New cards

basisprincipes van het liberale politieke systeem

de persoonlijke vrijheid waaronder de vrijheid van geloof en meningsuiting te waarborgen, begon de burgerij een eigen model voor te staan, groeiden uit de ideeën van de verlichtingsfilosofen

scheiding tussen kerk en staat

parlement

22
New cards

parlement

moet de wil van de natie vertegenwoordigen dankzij zijn door het verkozen leden, als representatieve instelling moest het als wetgevende macht de hoogste gezag in de staat belichamen

23
New cards

regering

uitvoerende macht, gecontroleerd door de rechterlijke macht en door het parlement

24
New cards

burgerlijke democratie

scheiding van deze machten en dat ze elkaar controleren

25
New cards

wat waren de liberalen het niet over eens?

sociale gelijkheid, parlement moest in hun ogen door cijnskiesrecht worden samengesteld

anderen wouden een constitionele monarchie

26
New cards

gematigd liberalisme

doctrinair liberalisme, rijke industriële burgers

  1. parlement met cijnskiesrecht

  2. constitutionele monarchie

  3. soevereiniteit van de staat

  4. juridische gelijkheid

  5. persvrijheid

27
New cards

radicaal liberalisme

democratisch liberalisme, de kleine ondernemers, journalisten, onderwijzers, …

  1. parlement met algemeen stemrecht

  2. republiek

  3. soevereiniteit van de burger of het volk

  4. juridische gelijkheid en sociale rechvaardigheid

  5. persvrijheid en ook een onafhankelijke pers

28
New cards

vazalstaat

staat die sterk politiek en economisch afhankelijk is van een andere staat, tijdens WO2 was Hongarije bijvoorbeeld een Duitse vazalstaat

29
New cards

Slag bij Waterloo

1815, Veldslag ten zuiden van Brussel waarin Napoleon definitief door de geallieerden werd verslagen

30
New cards

Congres van Wenen

1814-1815, Bijeenkomst van de grote mogendheden (Engeland, Pruisen, Oostenrijk en Rusland) waar, na Napoleons nederlaag, de politieke situatie in Europa geregeld werd.

31
New cards

Bufferstaat

zone, Kleine staat of een strook gebied, gelegen tussen 2 (grote) staten waardoor wordt voorkomen dat deze straten direct met elkaar in conflict komen

32
New cards

Legitimiteit

Echtheid, wettigheid. Tijdens het Wener Congres het principe dat vorsten een wettig recht hadden op hun troon

33
New cards

Restauratie

herstel van oude toestand

34
New cards

Verdeel en heersstrategie

Het trachten te behouden van de macht door de tegenstand te verdelen (uit het latijn: Divide et impera)

35
New cards

Interventierecht

Het recht om in een vreemd land te interveniëren. De leden van de ‘Grote Alliantie’ eigenden zich bijvoorbeeld in 1815 het recht toe om in actie te komen wanneer de politieke ordening, of door het Congres van Wenen vastgelegde grenzen, werden gewijzigd

36
New cards

Heilige Alliantie

1815, Verbond van Europese vorsten gebaseerd op het christendom en vooral gericht tegen de ideeën van de Franse Revolutie

37
New cards

Reactionaire politiek

Iemand die zeer behoudsgezind is en reageert tegen de vooruitgang. Hij wil in ieder geval de bestaande toestand handhaven of een vroegere weer herstellen.

38
New cards

Europees concert

Het systeem van onderlinge afspraken en raadpleging door de grote mogendheden na het Congres van Wenen afgesproken waarbij men elkaar regelmatig beloofde te raadplegen

39
New cards

Privé-initiatief

In tegenstelling tot een door de overheid bevolen of gesteund initiatief is dit een initiatief dat uitgaat van privépersonen

40
New cards

Vrije concurrentie

Enkel mogelijk wanneer er een vrijemarkteconomie is waarbij de overheid het initiatief aan de individuele bedrijven laat en zich niet mengt in het economische gebeuren door het bevoordelen of benadelen van een onderneming.

41
New cards

Arbeidsverdeling

Onder arbeidsverdeling verstaan we het onderverdelen van de arbeidshandelingen in deelhandelingen. De aard van de arbeidsverdeling kan zijn: intern, binnen een huishouding of extern, tussen huishoudingen of geografisch, tussen gebieden (regionaal) en landen (internationaal)

42
New cards

Vrijhandelstheorie

Economische theorie waarbinnen protectionisme en subsidies als taboe beschouwd worden want zij stimuleren een inefficiënte productie. In- en uitvoerrechten worden zoveel mogelijk vermeden om de handel niet te belemmeren.

43
New cards

Combination act

1799, Wet die beroepsverenigingen verbood in ENgeland

44
New cards

Act of navigation

1651, Engelse wet die de vrachtvaart op Engeland regelde. De wet was vooral voor al bedoeld om de vrachtvaart van de Hollanders onmogelijk te maken. Elk handelsschip was verplicht bij een reis eerst Engeland aan de doen waar de overslaghandel werd getaxeerd. in 1849 werd de wet, die in strijd was met het vrijhandelsprincipe, afgeschaft.

45
New cards

Burgerlijke democratie

Waarbij slechts een gedeelte van het ‘volk’, de rijke burgers aan het bestuur deelnemen

46
New cards

Sociale gelijkheid

In tegenstelling tot een strikt juridische gelijkheid streeft men hier naar een rechtvaardige verdeling van macht, inkomen en andere goederen zonder onderscheid van cultuur, religie, sociale laag, leeftijd of sekse

47
New cards

1824 dood van Franse Koning Lodewijk 18e

hij was kinderloos → de troon kwam aan zijn broer Karel X(10e) → hij was voorstander van een reactionaire politiek → ultramontaan zeer grote steun aan paus → Karel X maakt 4 nieuwe ordonnanties

  1. perscensuur ingesteld

  2. parlement werd ontbonden

  3. nieuwe verkiezingen alleen met hele hoge cijns

→ Revolutionaire arbeidersen student wilden een democratische republiek → barricaden in Parijs

Liberale burgerij ging met vruchten lopen, ze waren tevreden met een parlementaire monarchie die haar macht verzekerde en verdere revolutionaire woelingen kon onderdrukken → 1930 Louis-Phillipe van Orléans koning van een grondwettelijk koninkrijk

48
New cards

Franse heersers en staatsvormen

  1. Ancien régime, absoluut koningschap onder Lodewijk 16e tot 1789

  2. De eerste Franse republiek, Directoire en Consulaat 1792-1804

  3. 1ste keizerrijk onder Napoleon 1 1804-1815

  4. De restauratie onder Lodewijk 18e 1815-1824

  5. Het reactionaire streven naar absoluut koningschap onder Karel X 1824-1830

  6. De grondwettelijke monarchie onder burgerkoning Louis-Phillipe van Orléans 1830-1848

  7. 2de Franse republiek 1848-1852

  8. 2de keizerrijk onder keizer Napoleon 3 1852-1870