1/46
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Armoede
Netwerk van sociale uitsluitingen dat zich uitstrekt over meerdere gebieden van het individuele en collectieve bestaan.
Cultureel kapitaal
Het geheel van kennis, cognitieve vaardigheden en opleiding van een persoon waarmee sociale privileges verworven of behouden kunnen worden.
Economisch kapitaal
Geld of goederen direct inwisselbaar tot geld
Generatiearmoede
Armoede die doorgegeven wordt van generatie op generatie.
Gini-Coëfficiënt
Een statistische maatstaf van de ongelijkheid in een verdeling.
Inkomensongelijkheid
De ongelijke verdeling van het nationale inkomen over de bevolking.
Kansenongelijkheid
Een als onrechtvaardig te beschouwen kans op sociale ongelijkheid
Sociaal kapitaal
Het totaal aan hulpmiddelen dat beschikbaar is voor een gemeenschap om de sociale organisatie vorm te geven.
Sociale ongelijkheid
De ongelijke verdeling van schaarse, algemeen gewaardeerde zaken, namelijk economisch, cultureel en sociaal kapitaal. De ongelijke behandeling en waardering van mensen op basis van hun maatschappelijke positie en levensstijl.
Vermogen
Iemands totale bezit aan geld en goederen.
Vermogensongelijkheid
Ongelijkheid in het vermogen van de leden van een samenleving.
Extern rolconflict
Conflict over rolverwachtingen tussen 2 rollen.
Rolpartner
Lid van een groep met wie je onderling verbonden bent.
Emancipatie
Strijd waarbij een rolpatroon wordt verbroken en nieuwe rechten worden verworven
Rolpatroon
Geheel van gedragingen die overeenkomen met de rol van iemand.
Gesloten samenleving
Samenleving waarin sociale positie bij geboorte vastligt
Rolverwarring
Onzeker over het gepaste gedrag in een situatie.
Groep
Personen in interactie met dezelfde waarden en normen.
SES
Socio- economische status
Horizontale mobiliteit
Nieuwe sociale positie met zelfde SES en zelfde laag.
Sociaal aanzien
Erkenning voor het vervullen van een sociale rol.
Intern rolconflict
Conflict over rolverwachtingen bij 1 rol
Sociale controle
Controle van anderen waardoor iemand zich aanpast aan het verwachte gedrag.
Intergenerationele mobiliteit
Verandering van sociale positie t.o.v. vorige of volgende generatie.
Sociale mobiliteit
Verandering van sociale positie en (soms) sociale laag
Intragenerationele mobiliteit
Verandering van sociale positie binnen de eigen generatie.
Sociale positie
Plaats binnen een groep of samenleving.
Klassenmaatschappij Soort stratificatie sinds de 19e eeuw. Sociale rol Verwachtingen van anderen over jou sociale positie.
Maatschappelijke rangorde
Hiërarchie in de maatschappij
Sociale status
Waardering voor sociale positie.
Meritocratische samenleving
Samenleving waarin iemand kan toetreden tot een hogere klassen door eigen verdienste
Sociale stratificatie
Sociale gelaagdheid: indeling van groepen in lagen.
Open samenleving
Samenleving waarin je vlot van sociale positie kan veranderen.
Sociale structuur
Vorm van georganiseerd samenleven
Positieset
Alle sociale posities van iemand.
Standenmaatschappij
Soort van stratificatie tijdens de middeleeuwen
Rolgedrag
Gedrag op basis van positie en rol
Verticale mobiliteit
Het innemen van een nieuwe sociale positie met een andere SES en dus verandering van laag.
Rolmodel
Een voorbeeld functie.
Complottheorie Verzameling van foutieve berichten
Content/inhoud
digitale informatie
Fake news Bewust foutieve informatie
LGTBQIA+ Verzamelnaam voor seksuele en genderidentiteiten.
Maatschappelijk debat
Discussie, gevoerd door de hele bevolking, over een maatschappelijk onderwerp
Mediatisering
Toenemende invloed van massamedia
Misinformatie
Informatie waarvan mediagebruikers denken dat ze correct is.
Polarisatie
Toename van spanningen tussen groepen