Engels H1 1/3

ankel

enkle

autumm

herfst

(to) beg

bedelen

(to) capture

gevangennemen, vangen

chains

boeien

common

gewoon, gebruikelijk

desprate

wanhopig, hopeloos

dreadful

vreselijk

eager

erop gebrand, vurig

enemy

tegenstander, vijand

fee

tarief, vergoeding

flee, feld, feld

vluchten

harsh

streng, wreed

iron

ijzer

(to) lock away

opsluiten

Middle Ages

middeleeuwen

notorious

berucht, bekend

(to) rattle

rammelen

(to) shiver

rillen, bibberen

skeleton

skelet

(to) stroll

wandelen, slenteren

suffering

lijden

torture

marteling

unfortunate

ongelukkig

wrist

pols

absolutely

helemaal

(to) adore

dol zijn op

attic

zolder

(to) cheat

valsspelen

complicated

ingewikkeld

(to) construct

bouwen, in elkaar zetten

contemporary

hedendaags, huidig

convinced

ervan overtuigd zijn

(to) create

ontwerpen, maken

cube

kubus

(to) date back to

dateren uit/van

decade

decennium

(to) drive mad

gek maken

(to) envy

benijden