AFPF casus 4.2

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/39

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

40 Terms

1
New cards

Wat is epilepsie?

Optreden van insulten door een tijdelijke verstoring van hersenactiviteiten

2
New cards

Wat zijn risicofactoren van epilepsie?

Aandoeningen van de hersenen; CVA, tumor, meningitis, encefalitis, trauma en aangeboren vaatafwijkingen. Hersenschade door alcohol en drugs. Verstandelijke beperking, voorgeschiedenis met insult of koortsstuip en familiair

3
New cards

Wat is de etiologie van epilepsie?

Niet precies bekend, behalve bij schade hersenen door; slaaptekort, overmatig alcohol/drugs, emotionele stress, hormonale veranderingen, koorts en therapieontrouw. Klein gedeelte; door lichtflitsen

4
New cards

Wat is de pathofysiologie van epilepsie?

Normale hersenactiviteit > epileptische aanval = verhoogde prikkelbaarheid van de hersencellen leidt tot een ontlading (kortsluiting).

5
New cards

Wat is focale epilepsie?

Afwijking in een gedeelte hersenen

6
New cards

Wat is gegeneraliseerde epilepsie?

Beide hersenhelften aangedaan

7
New cards

Wat zijn symptomen van epilepsie?

De aanvallen beginnen meestal met een focaal begin; met een aura = opstijgend gevoel in maag, dejavu, sterretjes, lichtflitsen of derealisatie. Focaal begin kan ook met een verminderde gewaarwording gaan. Het kan overgaan in een tonische-clonische aanval = bewustzijnsverlies, verhoogde spierspanning, bleekblauwe verkleuring gelaat (tonische gedeelte) >> daarna ritmische spierschokken ledematen en hoofd, tong bijten door kaakspieren (clonische gedeelte) Extra; speekselvloed, urine-incontinentie, braken. Tijdens of erna. Aanval met gegeneraliseerd begin is altijd bewustzijnsverlies. Erna = postictale periode; moe, verward, hoofdpijn 30 min- uren – niet

8
New cards

Wat is de diagnostiek van epilepsie?

Terugkerende epileptische aanvallen, heteroanamnese, eeg, MRI, onderzoek hart of bloedonderzoek voor uitsluiten andere dingen

9
New cards

Wat is de behandeling van epilepsie?

Eerste hulp. Bij focaal begin; geruststellen, voorwerpen weghalen. Gegeneraliseerd begin; hoofd beschermen met handen of kussen, voorwerpen verwijderen, bril af, strakke kleding los en niks tussen tanden steken. TIMEN Langer dan 5 min = noodsituatie. Na de aanval in stabiele situatie vanwege speekselvloed

10
New cards

Wat zijn complicaties van epilepsie?

Ernstige verwondingen convulsieve status epilepticus

11
New cards

Wat is de prognose van epilepsie?

30% blijven aanvallen terugkomen > SUDEP; sudden unexpected death in epilepsy

12
New cards

Wat is de preventie van epilepsie?

Therapietrouw en uitlokkende factoren vermijden, valhelm, risicovolle situatie uit de weg gaan

13
New cards

Soorten epileptische aanvallen (focaal begin, motorisch)

Ongecontroleerde bewegingen, doelloze handelingen en trekkingen mond

14
New cards

Soorten epileptische aanvallen (focaal begin, niet-motorisch)

Zintuigelijke sensaties, autonome verschijnselen, aura, emotionele verschijnselen

15
New cards

Soorten epileptische aanvallen (gegeneraliseerd begin, motorisch, tonisch-clonisch)

Bewustzijnsverlies, vallen = grote aanval

16
New cards

Soorten epileptische aanvallen (gegeneraliseerd begin, motorisch, overig)

Wegvallen normale spierspanning, verstijven, kortdurende spierschokken

17
New cards

Soorten epileptische aanvallen (Absence)

Korte periode verminderd bewustzijn, dagdromen, snel knipperen = kleine aanval

18
New cards

Wat is een convulsieve status epilepticus?

Langer dan 5 min een aanval of meerdere aanvallen achter elkaar. Zorg dat je de vitale functies veilig houdt met de ABCDE. Zo snel mogelijk behandelen met medicatie middelen; neusspray met midazolam. Mogelijk intuberen en mogelijke cognitieve stoornissen als gevolg. Noodsituatie, omdat ademhaling wordt onderbroken door krampen = zware belasting voor hersenen en hart

19
New cards

Wat is syncope?

Plotselinge daling van de bloeddruk zorgt voor een tijdelijke bewusteloosheid door een verminderde doorbloeding hersenen.

20
New cards

Indicatie Lamotrigine

Epilepsie (eerste keus bij focaal begin en gegeneraliseerd begin tonisch-clonisch met en zonder myoclonieën (spierschokken))

21
New cards

Werking Lamotrigine

Blokkade van natriumkanalen en daarmee het vrijkomen van de neurotransmitter remt.

22
New cards

Belangrijkste bijwerkingen Lamotrigine

(ernstige) huiduitslag; hoofdpijn; irritatie, agressie, slaperigheid, slapeloosheid, agitatie, duizeligheid, tremor, misselijkheid, maag-darmklachten (incl. braken en diarree), droge mond, artralgie, (rug)pijn, vermoeidheid.

23
New cards

Tijdens stopweek van de pil kan de lamotriginespiegel stijgen. Hoge dosering geeft een verhoogde kans op teratogeniciteit (misvorming foetus

24
New cards

Indicatie: Levetiracetam

epilepsie (eerste keus bij focal begin en gegeneraliseerd begin: tonisch-clonisch met myoclonieën)

25
New cards

Werking: Levetiracetam

werking niet volledig bekend. Beïnvloedt de (calcium)kanalen in de neuronen, waaronder calciumionkanalen en daardoor remming afgifte neurotransmitter.

26
New cards

Belangrijkste bijwerkingen: Levetiracetam

Nasofaryngitis, hoofdpijn, slaperigheid. Psychiatrische effecten. depressie, angst, vijandigheid, agressie, zenuwachtigheid, prikkelbaarheid. Anorexie, insomnia, duizeligheid, convulsie, tremor, evenwichtsstoornis, diarree, misselijkheid, dyspepsie, braken, vertigo, hoest, huiduitslag, asthenie, vermoeidheid.

27
New cards

Contra-indicaties: Levetiracetam

relatief gecontra-indiceerd bij psychiatrische voorgeschiedenis.

28
New cards

Indicatie: Valproïnezuur / (natrium)valproaat

epilepsie (focaal begin en gegeneraliseerd begin: tonisch-clonisch met en zonder myoclonieën en absences).

29
New cards

Werking: Valproïnezuur / (natrium)valproaat

Het werkingsmechanisme is onbekend. Vermoedelijk concentratie van de neurotransmitter gamma-aminoboterzuur (GABA is een remmende neurotransmitter) verhoogd, als gevolg van remming van de afbraak en/of beïnvloeding van de GABA-receptor en is er een effect op de natrium- en kaliumkanalen.

30
New cards

Belangrijkste bijwerkingen: Valproïnezuur / (natrium)valproaat

Tremor, misselijkheid, trombocytopenie, anemie, hemorragie, menstruatie: onregelmatige menses, dysmenorroe, verhoogd gewicht. Nagelafwijking, nagelbedstoornis, alopecia, verwardheid, agressie, agitatie, aandachtsstoornis, hallucinaties, duizeligheid, verminderd geheugen, slaperigheid, stupor, hoofdpijn, nystagmus, doofheid, braken, leverbeschadiging, buikpijn en diarree, urine-incontinentie, hyponatriëmie, Gingiva-aandoening (-dysplasie)

31
New cards

Belangrijkste contra-indicaties: Valproïnezuur / (natrium)valproaat

Vanwege de sterk verhoogde kans op teratogeniciteit niet voorschrijven bij meisjes en vrouwen in de vruchtbare leeftijd. Lever- of pancreasfunctiestoornissen; verhoogde/versterkte bloedingsneiging

32
New cards

Extra: Valproïnezuur / (natrium)valproaat

kan myoclonieën verergeren; Mogelijkheid lange termijn bijwerkingen zoals osteoporose.

33
New cards

Status epilepticus: behandeling

benzodiazepinen of fenytoine toedienen

34
New cards

Indicatie: Midazolam

(dreigende) status epilepticus; (volwassenen eerste keus)

35
New cards

Werking: Midazolam

versterken de remmende werking van GABA neurotransmitter. GABA opent chloridekanalen, waardoor hyperpolarisatie van de celmembraan optreedt met als gevolg een remming van de excitatie van de betreffende cellen.

36
New cards

Belangrijkste contra-indicaties: Midazolam

myasthenia gravis; slaap-apneusyndroom; ernstige leverinsufficiëntie

37
New cards

Indicatie: Diazepam (Stesolid®= diazepam rectiole)

(dreigende) status epilepticus;

38
New cards

Extra: Diazepam (Stesolid®= diazepam rectiole)

Geef bij een epileptisch insult dat langer dan vijf minuten duurt midazolam nasaal, buccaal of intramusculair. Herhaal dit wanneer er vijf minuten na toediening nog symptomen zijn en verwijs met spoed naar de tweedelijnszorg. Diazepam rectiole is tweede keus, maar kan in de thuissituatie eerste keus zijn als noodmedicatie

39
New cards

Werking: Diazepam (Stesolid®= diazepam rectiole)

Versterken de remmende werking van GABA neurotransmitter. GABA opent chloridekanalen, waardoor hyperpolarisatie van de celmembraan optreedt met als gevolg een remming van de excitatie van de betreffende cellen

40
New cards

Belangrijkste contra-indicaties: Diazepam (Stesolid®=

Myasthenia gravis; ernstige respiratoire insufficiëntie; slaap-apneusyndroom; ernstige leverinsufficiëntie