theater: terminologie en definities

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/78

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

79 Terms

1
New cards

theater definitie

theater gebeurt wanneer, een of meer mensen, geïsoleerd in ruimte en/of tijd, zichzelf presenteren, in verbeelde handelingen/denkbeelden, aan een ander persoon

2
New cards

a willing suspension of disbelief

een onuitgesproken afspraak tussen acteurs en het publiek die zolang duurt als de voorstelling en zolang er een kern van waarheid in het stuk zit, er een bereidwilligheid is van het publiek om het ongeloof op te schorten en de verbeelding toe te laten

3
New cards

een theatercollectief

een groep acteurs die in de groep zelf een voorstelling kiezen, lezen, interpreteren, en opvoeren. elke taak wordt samen uitgevoerd

4
New cards

de producent/zakelijk leider

verantwoordelijk voor het financiële aspect

5
New cards

de regisseur/artistiek leider

verantwoordelijk voor kwaliteit en realisatie van het toneelconcept. neemt ook de algehele leiding over voorstelling in handen

6
New cards

de dramaturg

rechterhand van de regisseur, verzamelt alle gegevens die te maken hebben met de opgevoerde tekst

7
New cards

de scenograaf

verantwoordelijk voor het ontwerpen van het decor, eerste fase: schetsen maken en maquette bouwen, tweede fase: productie decor in decoratelier

8
New cards

de rekwisiteur

verantwoordelijk voor de rekwisieten (vb glazen, stoelen, bloemen,…)

9
New cards

de kostuumontwerper

verantwoordelijk voor kledij en accessoires, eerste fase: schetsen en patronen maken voor kledij, tweede fase: opdracht gegeven atelier om alles effectief uit te werken

10
New cards

de lichttechnicus

verantwoordelijk voor de belichting, tijdens voorstelling ook verantwoordelijkheid alles juist te krijgen

11
New cards

de geluidstechnicus

verantwoordelijk voor de juiste muziek op het juiste moment

12
New cards

de componist (+ muzikanten en dirigent)

schrijft de muziek voor de voorstelling (speelt de muziek voor de voorstelling)

13
New cards

de geluidsontwerper

maakt soundscape

14
New cards

soundscape

een soort decor van geluid om sfeer te creëren met geluiden en klanken

15
New cards
16
New cards

ensemble

een groep acteurs die samen in een theatergezelschap zitten, het gaat hem voornamelijk om de groep

17
New cards

typecasting

wanner acteurs steeds voor eenzelfde rol/emplooi worden gekozen

18
New cards

droog repeteren

repetities in een leeg lokaal zonder kledij, attributen, decor,…

19
New cards

mise-en-scène

stuk krijgt meer vorm, de ruimte en handeling worden langzaamaan aangekleed met allerlei rekwisieten

20
New cards

côté cour

rechterkant van het podium vanuit zicht publiek (linkerkant voor acteurs)

21
New cards

côté jardin

linkerkant van het podium vanuit zicht publiek (rechterkant voor acteurs)

22
New cards

generale repetitie

stuk wordt helemaal doorgespeeld met alles erop en eraan

23
New cards

try-out

generale repetitie met publiek om te zien hoe publiek reageert en of er aanpassingen moeten gebeuren

24
New cards

avant-première

opvoering vlak voor de eerste echte publieke voorstelling, meestal voor familie en vrienden

25
New cards

première

eerste keer dat de voorstelling gespeeld wordt voor een echt publiek

26
New cards

prosceniumtheater

meest gekende vorm van speellocaties, publiek zit in rijen voor het podium in een hofronde zaalvorm die verticaal is opgebouwd. goede zichtbaar-en verstaanbaarheid, maar grote afstand tussen publiek en acteurs

27
New cards

black box/vlakkevloertheater

niets scheidt publiek en acteurs in de ruimte. kleine afstand tussen publiek en acteurs, maar niet voor elk stuk geschikt

28
New cards

locatietheater

toneel wordt opgevoerd buiten de schouwburg op een echte locatie, de plek van opvoering voegt een toegevoegde waarde aan het stuk en kan betekenis versterken van het stuk,

29
New cards

straattheater

vindt plaats in de openbare ruimte, het publiek is veel diverser en het is heel beeldend omdat het dicht aanleunt bij mime en circus

30
New cards

acteursloge

kleedkamer voor de acteur, gebruikt voor voorbereiding opvoerin, opbergen persoonlijke spullen of tot rust te komen

31
New cards

applaus halen

de acteurs komen naar voren na de voorstelling om het applaus van het publiek in ontvangst te nemen door te buigen

32
New cards

applaus melken

net als publiek wil ophouden met applaudisseren nog eens naar voor komen om het applaus langer te laten duren. soms eist publiek dat acteurs terugkomen door lang te blijven klappen

33
New cards

auditie

een test voor kandidaten die een rol in een stuk willen krijgen waarbij er een jury oordeelt aan de hand van die proef over de bekwaamheid van voor de rol

34
New cards

broodjes of contragewichten

zware metalen blokken, gebruikt om decor en zetstukken op hun plaats te houden

35
New cards

bühne

= podium/toneel/scene/speelvlak

36
New cards

scène

kleinste onderverdeling van een stuk, deel van een akte, stukje dat niet wordt onderbroken door opkomst/afgang acteurs of wijziging decor

37
New cards

caboniteren of schmieren

overdreven spelen om de aandacht van het publiek te trekken, schmieren = andere acteurs aan het lachen proberen krijgen

38
New cards

cast of bezetting

rolverdeling: de namen van de spelers met hun rol

39
New cards

changement/decorwissel

verandering toneelbeeld

40
New cards

changement à vue

decorwissel bij open doek

41
New cards

claqueurs

ingehuurde toejuichers om succes voorstelling te waarborgen (groep = de CLAQUE)

42
New cards

claus

ieder tekstdeel in en toneelstuk dat door 1 acteur achtereen wordt gesproken zonder dat hij onderbroken wordt

43
New cards

coulissen

zwarte gordijnen/ schermen aan de zijkanten van het toneel

44
New cards

cue of de wacht

wachtwoord of teken voor medespelers en technici waardoor ze weten wanneer ze moeten handelen

45
New cards

doek

het rode gordijn voor het toneel, opening kan op verschillende manieren

46
New cards

de Griekse opening

2 delen van het doek naar links en rechts over rail weggetrokken

47
New cards

de Duitse opening

het doek dat uit 1 geheel bestaat wordt verticaal naar boven getrokken

48
New cards

de Italiaanse opening

doek wordt dmv touw dat door ringen in het doek loopt schuin omhoog gefronst

49
New cards

de Franse opening

combi duitse en italiaanse: 2 zijden doek worden schuin omhoog gefronst en tegelijk wordt heel het doek in verticale richting opgetrokken

50
New cards

doorloop

repetitie waarin de gehele tekst van een bedrijf of gehele stuk wordt doorgenomen

51
New cards

doorloop a l’Italienne

snelle oefendoorloop van het toneelstuk om de tekst, de bewegingsvolgorde en de scèneopvolging nog eens door te nemen (=ITALIAANTJE)

52
New cards

engelenbak/uilenkot/kiekenskot/Upper Galary/paradijs

hoogste en goedkoopste zitplaatsen in een schouwburg

53
New cards

figurant

iemand die in een stuk speelt (meestal) zonder iets te moeten zeggen maar nodig is om een bepaalde sfeer op te roepen

54
New cards

fond of achterdoek

achterkant van toneel is vaak bestaande uit doek, in de meeste gevallen is dit doek zwart

55
New cards

foyer

bar in theater waar publiek voor en na theater iets kan drinken

56
New cards

artiestenfoyer

bar bij kleedkamer waar alleen acteurs en medewerkers voorstelling komen

57
New cards

freeze/pose plastique

uit een beweging een komende houding die vastgehouden wordt

58
New cards

fries/friezen

horizontale schermen of doeken die boven toneel hangen zodat publiek de buizen en lampen boven toneel niet zien

59
New cards

ijzeren gordijn

metalen brandscherm dat tussen de scène en de zaal hangt zodat mocht er brand uitbreken tijdens de voorstelling, het niet van de ene kant naar de andere kant overslaat

60
New cards

jeune premier

jonge mannelijke hoofdrol

61
New cards

loge

zitplaatsen in een schouwburg die zich in afzonderlijke hokjes bevinden en via eigen ingang toegankelijk zijn

62
New cards

manteau/manteau d’arlequin/lijst/prosceniumboog

lijst waarmee speelruimte wordt omkaderd

63
New cards

open doek

het stuk meteen beginnen met een open doek

64
New cards

open doekje

spontaan tussentijds applaus voor 1 of meer acteurs

65
New cards

plankenkoorts/trac

angst hebben om op de planken te staan en voor een publiek te spelen

66
New cards

poten

verticale doeken om voor het publiek de inkijk in de zijkanten onmogelijk te maken

67
New cards

praktikabel

houten platform of podium om op bestaande toneel een verhoging aan te brengen

68
New cards

recette

totaal van entreegeld dat door de bezoekers werd betaald

69
New cards

schnabbel(en)

wanneer een acteur naast zijn gezelschap ook een andere bijverdienste maakt zoals een reclamespotje, klein rolletje in een film,…

70
New cards

script

toneeltekst

71
New cards

springloge

kleine ruimte dicht bij de scène waar de accessoires die tijdens de voorstelling moeten gebruikt worden, klaarliggen

72
New cards

tableau/tableau vivant

door 1 of meer acteurs aangenomen bewegingloze houding en waarbij het resultaat een tafereel toont en een geheel vormt als een “levend schilderij”

73
New cards

terzijde/an aside

opmerking die door een acteur wordt gemaakt tegen het publiek en die onhoorbaar is voor de andere acteurs

74
New cards

toneeltoren/kap

ruimte boven toneel met alle technische voorzieningen

75
New cards

trekken

mechanische voorzieningen waarmee decorstukken in toneeltoren omhoog of omlaag worden getrokken

76
New cards

vestiaire/garderobe

plaats waar publiek tijdens de voorstelling z’n jas, hoed, paraplu,… kan achterlaten

77
New cards

semiotiek

tak van de taalkunde die zich bezighoudt met het ontcijferen van allerhande talige tekens/studie van tekens en tekensystemen

78
New cards

referent

datgene waar een teken naar verwijst

79
New cards

interferentie

het foutief en onbewust toepassen van regels die bij een bepaalde taal horen bij een andere taal