Woordenschat - Thema 4: Gezondheid

Flashcards voor woordenschat over het thema gezondheid

Honger hebben

Avoir faim

Dorst hebben

Avoir soif

Inspanningen doen

Faire des efforts

Het tussendoortje

Snack

De gewoonte

Habitude

Aanpassen

S'adapter

De indruk hebben dat

Avoir la conviction que

De beweging

Exercice physique

Vermijden (vermeed - vermeden)

Éviter

Het junkfood

Malbouffe

De levensverwachting

Espérance de vie

Levens redden (redde, gered)

Sauver des vies

De luchtvervuiling

Pollution de l'air

Het gewicht

Poids

Raadplegen

Consulter

Bewust zijn van

Être conscient de

De spier

Muscle

Het bot

Os

De huid

Peau

Het lichaam

Corps

De ademhaling

Respiration

Het lauwe water

Eau tiède

De steek

Point de côté

De zalf

Pommade

De gezondheid

Santé

Het bloed

Sang

De ontsteking

Inflammation

Het symptoom

Symptôme

Het onderzoek

Examen

Het spoedgeval

Urgence

De geneeskunde

Médecine

De diagnose

Diagnose

De inenting

Vaccination

De behandeling

Traitement

Het herstel

Rétablissement

De voorkeur

Préférence

Het voedingsmiddel

Aliment

Het ijsblokje

Glaçon

Zich voelen

Se sentir

Ziek worden

Tomber malade

Besmetten

Contaminer

Hoesten

Tousser

Niezen

Éternuer

Overgeven, braken

Vomir

Verzorgen

Soigner

Zorgen voor

Prendre soin de

Ontsmetten

Désinfecter

Vaccineren

Vacciner

Genezen

Guérir

Behandelen

Traiter

Onderzoeken

Examiner

Kauwen

Mâcher

Afkoelen

Refroidir

Bewegen

Bouger

Spoelen

Rincer

Smeren

Appliquer

Ademen

Respirer

Duwen

Pousser

Afvallen

Perdre du poids

Zich verslikken

S'étouffer

Zich verbranden

Se brûler

Stijgen

Monter

Dalen

Descendre

Rechtkomen

Se relever

Steken

Piquer

Gezond

En bonne santé

Besmettelijk

Contagieux

Verkouden

Enrhumé

Medisch

Médical

Haastig

Hâtif

(on)schuldig

(in)nocent

Duizelig

Vertigineux

Bewusteloos

Inconscient

Buiten bewustzijn

Inconscient

Last hebben van iets

Souffrir de quelque chose

Het goed stellen

Se porter bien

Flauwvallen

S'évanouir

Spoedig herstel!

Prompt rétablissement !

Verzorg je goed!

Prends soin de toi !