Wat is stofwisseling in een organisme?
Alle chemische reacties in een organisme.
Wat betekent ‘biotisch’?
Dingen die leven kunnen hebben.
Wat betekent ‘abiotisch’?
Dingen die geen leven kunnen hebben.
Wat is een molecuul?
Het kleinste biologische eenheid.
Wat zijn organismen?
Levende wezens zoals planten, dieren, schimmels en bacteriën.
Wat zijn levensverschijnselen?
Kenmerken van leven zoals voorplanting, groei, ontwikkeling en stofwisseling.
Noem een voorbeeld van stofwisseling.
Fotosynthese, verbranding, voeding.
Wat gebeurt er als een organisme geen kernmerken van leven heeft?
Het is een dode organisme.
Wat beschrijft een levensloop?
Het hele leven van één organisme.
Geef een voorbeeld van een levensloop.
Geboren → groeit → verandert → krijgt kind → sterft.
Waar verwijst de term levenscyclus naar?
De voortgang van een soort organisme.
Wat omvat een groep weefsels?
Verschillende weefsels vormen een orgaan.
Wat is een orgaan?
Een deel van een organisme met een specifieke bouw en functie.
Wat is een orgaanstelsel?
Een groep van organen met een bepaalde functie.
Wat is een populatie?
Een groep van dezelfde organisme soort.
Definieer levensgemeenschap.
Alle verschillende populatie die leven in een bepaald gebied.
Wat is een ecosysteem?
Een begrensd gebied waar een levensgemeenschap en de niet-levende natuur deel van uitmaken.
Noem een voorbeeld van niet-levende natuur.
Temperatuur, zonlicht.
Wat zijn organisatieniveaus?
De volgorde van grootheid in biologie.
Noem de organisatieniveaus in volgorde.
Molecuul → organel → cel → weefsel → orgaan → orgaanstelsel → organisme → populatie → levensgemeenschap → ecosysteem → systeem aarde.
Wat zijn ‘eenvoudige organismen’?
Organismen die uit slechts één cel bestaan, zoals bacteriën.
Wat zijn eukaryoten?
Organismen met een celkern.
Wat zijn prokaryoten?
Organismen zonder celkern, maar met plasmiden.
Wat zijn voorbeelden van weefsels?
Dekweefsel, zenuwweefsel, spierweefsel.
Wat doet dekweefsel?
Het beschermt lichaamsoppervlakken.
Wat is de functie van zenuwweefsels?
Het geeft informatie door met zenuwcellen.
Wat is de rol van spierweefsels?
Het laat organismen bewegen.
Wat zijn tussenstoffen?
Stoffen die tussen de cellen in een weefsel zitten.
Wat is de functie van een celmembraan?
Het houdt het cytoplasma binnen en regelt in- en uitgaande stoffen.
Wat bevat het cytoplasma?
Vloeistoffen en stoffen die nodig zijn voor celprocessen.
Wat is de functie van de celkern?
Het bevat de data van de cel (DNA).
Wat maken bladgroenkorrels aan?
Glucose en zuurstof via fotosynthese.
Wat is het proces van fotosynthese?
H2O + CO2 + licht → O2 + C6H12O6.
Wat vormt het endoplasmatisch reticulum?
Een netwerk van dubbele membranen voor transport binnen de cel.
Wat is het verschil tussen RER en GER?
RER bevat ribosomen op de membraan, GER niet.
Wat doen ribosomen?
Ze produceren eiwitten.
Wat is de rol van het golgisysteem?
Het bewerkt onvoltooide eiwitten en zendt ze uit de cel.
Wat zijn lysosomen?
Enzymen die afvalstoffen afbreken.
Wat is exocytose?
Transport van de cel naar buiten.
Wat is endocytose?
Transport van buiten naar de cel.
Wat doet het mitochondrium?
Het verbrandt glucose om ATP te produceren.
Wat is ATP?
Energie die in een andere vorm is opgeslagen.
Wat zijn aquaporines?
Speciale eiwitten voor snel transport van water.
Wat is diffusie?
De verplaatsing van een stof van hoge naar lage concentratie.
Wat is osmose?
De verplaatsing van water van lage naar hoge concentratie.
Wat is een semipermeabel membraan?
Een membraan die alleen sommige stoffen laat door.
Wat is turgor?
De druk van vloeistof in de cel tegen de celwand.
Wat is plasmolyse?
Het loslaten van het celmembraan van de celwand.
Wat is passief transport?
Transport zonder energie.
Wat is actief transport?
Transport dat energie vereist.
Wat zijn de fasen van een natuurwetenschappelijk onderzoek?
Waarnemingen → onderzoeksvraag → hypothesevorming → experimentele fase → resultaten → conclusie.
Wat is literatuuronderzoek?
Een methode om bestaande kennis over een onderwerp te verzamelen.
Wat is hypothesetoetsend onderzoek?
Een methode om een mogelijke verklaring voor een waarneming te testen.
Wat is een controle groep?
De groep in een experiment die geen behandeling krijgt.