Vocabulary list 1

eggplant

aubergine

pineapple

ananas

sweetbreads

(kalfs)zwezerik

guinea pig

cavia

moose

eland

goose

gans

grocers

levensmiddelenwinkel/kruideniers

humanitarian

humanitair, filantroop, weldoener

produce

produceren, maken

shed(n)

schuur

shed(v)

werpen, vergieten

oarsmen

roeiers

polish

opblinken

refuse

weigeren

marvel

wonder, verwondering

lunac/lunacy

waanzin, krankzinnigheid

asylum

asiel

quicksand

drijfzand

paradox

paradox

to be committed

te worden gepleegd, zal worden… moet worden.

physicist

natuurkundige, fysicus, wetenschapper

foothills

voet van de berg, uitlopers

naturalized

genaturaliseerd

dawn

dageraad, zonsopgang

eye-witness

ooggetuige

longed

verlangd

surface

oppervlak

luminosity

helderheid, lichtsterkte

profound

diepgaand, diep, diepzinnig, ingrijpend

impression

indruk, impressie

dusty

stoffig

dingy

smerig, groezelig ( rubberboot)

filling station

tankstation

watchtower

wachttoren, uitkijktoren

to stand sentry

de wacht houden

barbed-wire

prikkeldraad

purpose

doel

censored

gecensureerd

pacifism

pacifisme

Zionism

zionisme

dismiss

ontslaan, verwerpen, afwijzen

reflective

reflecterend

sceptics

sceptici

imminent

dreigend, onmiddellijk, nakend

implosion

implosie

speculated

gespeculeerd

involved

betrokken

harbour

haven, jachthaven

nicknamed

bijnaam, koosnaam

submarine

onderzeeër

citizens

burgers

emphasis

nadruk, accent, aandacht

omit

weglaten, nalaten, overslaan

contaminate

besmetten, vervuilen

to obscure

te verdoezelen, te verhullen

tremendous

enorm, veel, geweldig

suffer

lijden, ondergaan

moderate

matige(n), gemiddeld

to be heading

te stevenen, (richting)

presume

veronderstellen, vermoeden

faction

factie, fractie, groep

disputed

betwist, omstreden

cheer up!

kop op, (op)vrolijken

majority

meerderheid

babbling

kabbelend

random

willekeurig

saliva

speeksel

tool

gereedschap

vocal organs

stembanden

mimicry

mimiek, nabootsing

glottogony

taal oorsprong, ontstaan van taal, glotgtogonie

vitally

essentieel

reflect

weerspiegelen, reflecteren

mainstream culture

hoofdcultuur

ambiguous

dubbelzinnig

submerge

onderdompelen, onderduiken, duiken

awe

ontzag, bewondering

gobledegook

larie, onzin, wartaal

hodgepodge

mengelmoes, rommeltje

popadom

?

codswallop

onzin, flauwe kul

shepherd

herder

starvation

honger, uithongering, hongersnood

crops

gewassen

cereals

granen, ontbijtgranen