1/54
- 79 dia's aan GRIND
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
kenmerken prehistorisch boerenbedrijf
kleine familiebedrijven
gemengde bedrijven
grotendeels zelfvoorzienend (arbeid en opbrengst)
beperkte surplus
waar is de productie van een prehistorisch boerenbedrijf voor bedoeld?
eigen behoeften
waar is de productie van een modern boerenbedrijf voor bedoeld?
markt / het behalen van winst
kenmerken modern boerenbedrijf
grote bedrijven
gespecialiseerd op een type landbouw
gericht op de markt
gemechaniseerd
surplus als eindproduct
kernpunten life in a turkish village
gemengd bedrijf (graan en caprines)
familiebedrijf
zelfvoorzienend ohgv akerbouw en veeteelt
suiker, zout, kruiden en ijzeren gereedschappen als enige import
kernpunten zelfvoorzienend agrarisch bedrijf
duurzaamheid en energiezuinige wijzen van omgaan met producten
zelfvoorziening; taken verdeeld tussen familieleden
hoe worden werkzaamheden in het boerenbedrijf verdeeld (obv etnografische gegevens)?
ploegen werd gedaan door mannen
oogsten werd gedaan door vrouwen
weiden en verwerken veeproducten werd gedaan door zonen
op welke manier werden producten verduurzaamd en bezuinigd?
drogen en fermenteren om langer te bewaren
werken met minimale hoeveelheden brandstof
waarom werden producten zo goed bewaard?
op deze manier kon de familie hun boerenbedrijf voortzetten door de barre en koude maanden heen
waarom vinden we weinig afval van prehistorische boerenbedrijven terug?
alles werd zo veel mogelijk hergebruikt
waarom worden etnografische waarnemingen gebruikt in de archeologie?
veel aspecten van het dagelijks leven laten geen archeologische sporen na
etnografische gegevens zijn belangrijk als referentiekader en voorkomt bias
wat zijn archeologische bewijzen voor een gemengd boerenbedrijf?
(verwerkt) dierlijk bot van huisdieren
(verbrande) zaden van akkerbouwgewassen
wat weten we van in de prehistorie verbouwde gewassen?
sprake van chronologische en regionale variantie
graansoorten, peulvruchten, vezelplanten, smaakmakers en fruit/noten
welke soorten werden juist minder gegeten?
vis en gevogelte, ook aan de kustgebieden werd dit minder gegeten
Waarom werden in het rivierengebied tijdens de romeinse tijd juist veel paarden gefokt?
Er werd ingespeeld op de hoge vraag naar paarden voor de romeinse legers
wat vertelt Norre Tranders ons over het prehistorische boerenbedrijf?
alleen een select aantal dieren verbleef in de stal
ook outsiders waren betrokken in het boerenbedrijf
koeien, schapen, paarden, varkens en honden
kernpunten prehistorische akkerbouw en veeteelt
standaard gemengd bedrijf
chronologische en regionale variatie
divers dieet
geen inzicht in verhouding akkerbouw-veeteelt ivm geen inzicht in volumes en surplus
waarom is de stalinhoud geen correcte afspiegeling van de veestapel?
het grootste deel van de veestapel bevond zich buiten de stal
wat is een huis?
onderkomen van een huishouden en het vee
sociaal en cultureel hart van een nederzetting
wat is het erf?
alle hoofd- en bijgebouwen omgrensd binnen een bepaald gebied
centrale expressie van identiteit
wat is een nederzetting?
een of meer woonerven die door een gezamenlijke omheining kunnen zijn omgeven
waar moet men rekening houden bij het definieren van een nederzetting?
een einzelhof (enkel woonerf) telt ook als een nederzetting
wat vinden archeologen ondergronds terug van gebouwen en hekken?
paalsporen
wat moeten archeologen reconstrueren van gebouwen en hekken?
de bovengrondse constructie van wanden, daken en hekstructuren
wat zijn gedateerde opvattingen betreffende constructie in de prehistorie?
alles is met recht hout gebouwd
er werd specifiek hout geproduceerd om huizen van te bouwen
hoe weten we dat recht hout waarschijnlijk niet is gebruikt in prehistorische constructie?
experimentele archeologie; een huis gebouwd met recht hout stortte vrij snel in door de druk
hoe werden prehistorische huizen gebouwd?
met kromgebinten, gebogen constructies ipv recht hout
wat is een kenmerk van noord-west europa betreffene prehistorische leefwijzen?
men leefde met vee onder een dak in een woonstalhuis
functionele aspecten van het woonstalhuis
woon- en slaapgedeelte (ongeveer) duidelijk
soms sprake van een middenhuis
deuren/hallen als veronderstelde scheiding tussen gedeelten
hernieuwde sociale aspecten van het woonstalhuis
niet alleen de extended family woonde hier
men sliep ook in “stalgedeelte”
wat zijn vaste elementen in de inrichting van een nederzetting?
woonstalhuis
schuur / spieker
waterput
erfgreppels / sloten
waar moet rekening mee gehouden worden bij het reconstrueren van een nederzetting?
aan- en heropbouw van huizen
onderscheid tussen hoofd- en bijgebouwen soms lastig te maken
moeilijk te bepalen welk gebouw bij welke fase past
begrenzingen nederzetting / erf zijn onbekend
VEEL ARCHEOLOGISCHE SPOREN ZIJN NIET ZICHTBAAR
Welke inzichten heeft de casus zambia gegeven in het interpreteren van sociale relaties obv de inrichting van een nederzetting?
verder van de rest gelegen huizen impliceert een soort buitensluiting van de individu
afval werd strategisch gedeponeerd - uit de wind en uit het zicht
Welke 4 fasen kent de biografie van een huis?
constructiefase
bewoningsfase
verlatingsfase
post-verlatingsfase
hoe is fase 1 van de bewoningscyclus gekoppeld aan de levenscyslus van de bewoners?
constructie gaat gepast met de formatieve fase van een nieuw huishouden; een pasgetrouwd stel verlaat het ouderlijk huis en gaat samenwonen
hoe is fase 2 van de bewoningscyclus gekoppeld aan de levenscyslus van de bewoners?
bewoning gaat gepast met de verandering in samenstelling van een nieuw huishouden; kinderen worden geboren of familie komt inwonen
hoe is fase 3 van de bewoningscyclus gekoppeld aan de levenscyslus van de bewoners?
verlating gaat gepast met het overlijden van de ouders
hoe is fase 4 van de bewoningscyclus gekoppeld aan de levenscyslus van de bewoners?
post-verlating wordt het huis geassocieerd met de voorouders
wat gebeurt er eigenlijk tussen fase 2 en 3 van de biografie van een huis?
het huishouden valt langzaam uiteen; kinderen gaan uit huis en inwonende ouderen overlijden
wat is de geschatte levensduur van een huis (en een gezin) volgens het model van Gerritsen?
20 tot 25 jaar
wat weten we van de constructiefase van een huis?
huis werd gebouwd voor of door het toekomstige huishouden
bouwplan obv tradities en principes van eerdere generatie(s)
gebouwd als complete constructie (in een keer)
gebouwd over een korte tijdsperiode met familie en nederzettingsleden
werd al rekening gehouden met toekomstige gezinssamenstelling
hoe was de constructie van een woonstalhuis in noord-west europa anders dan in de rest van de wereld?
het huis wordt hier geleidelijk volwassen (veroudert) synchroon aan de levenscyclus van het gezin
wat weten we van de bewoningsfase van een huis?
aanwijzingen voor reparatie en verbouwing bij sommige huizen
periodiek onderhoud is onzichtbaar
chronologie aan- en afbouw is onduidelijk
wat weten we zekerder van het (bovengrondse) uiterlijk van het woonstalhuis?
staanders en ingangen werden in toenemende mate versierd, ingekerfd, etc
wat weten we van de (post-)verlatingsfase van een huis?
vaak gepaard met ritueel; verbranding of onderhoud
meerdere mogelijke momenten van verlating
waarom werden verlaten huizen verbrand?
om de levenskracht van de bewoners te doden
waarom werden verlaten huizen onderhouden?
als eerbetoon aan de voorouders die hier hebben gewoond
waarom kan een huis verlaten zijn?
hoofd van het huishouden is overleden
kinderen zijn een nieuw huishouden begonnen en de ouderen gaan mee
laatste lid kerngezin is overleden
welke 3 patronen van verlating zijn archeologisch zichtbaar?
Het huis is intact gelaten (alleen bij goede conservatie zichtbaar)
Het huis is uitgegraven; soms is het hout hergebruikt
Het huis is in brand gestoken (veelvoorkomend bij halls)
Wat zijn drie mogelijke stappen NA het verlaten van een huis?
Het erf wordt verlaten en er wordt een nieuw erf gesticht
Er wordt op hetzelfde ERF een nieuw huis gebouwd
Er wordt op dezelfde PLEK een nieuw huis gebouwd
wat zien we na de late ijzertijd steeds meer gebeuren ohgv de stichting van nieuwe huizen en erven?
de bewoonde plek blijft bewoond; er is een toegenomen belang voor een gedeelde familiegeschiedenis
wat zijn twee kritiekpunten betreffende het model van Gerritsen?
De levensduur van het kerngezin is lang niet altijd gelijk aan de cyclus van het huis
Zwervende erven blijven algemeen voorkomen tot in de middeleeuwen
op welke 3 manieren hoeft een gezinscyclus niet gelijk te zijn aan de levenscyclus van een huis?
de lengte van de levenscyclus van een gezin is cultureel bepaald
huizen kunnen veel langer mee dan 20-25 jaar
een relatie met voorouders kan juist een onderbouwing zijn voor het behoud van het ouderlijk huis
wat vertelt de experimentele archeologie ons over het bewonen van een woonstalhuis?
het was enorm koud
“koe-kachel hypothese” onjuist
hoogste temperaturen werden vlak onder het dak behaald
vloer en wanden hielden extreem slecht warmte vast
wat is de “koe-kachel hypothese”?
hypothese die stelt dat binnen woonstalhuizen vee werd gebruikt om de totale warmte van het huis te verhogen