Media aesthetics 3+4

Mise-en-scène

Verwijst naar alles wat je in een scène ziet en hoe het wordt gepresenteerd, inclusief setting, belichting, acteurs, kostuums en objecten (toneelschikking)

Authentic setting

on location

Stylized settings

purposely build sets

Props

en object in de setting dat een functie heeft binnen de actie en de thema kan versterken

werkingen kostuum

Kostuums kunnen een Casale rol vervullen binnen de verhaallijn

Ze kunnen visueel aantrekkelijk zijn en een esthetisch effect creëren

Kostuums helpen om een tijdperk of cultuur geloofwaardig te maken

werkingen Makeup

dezelfde functies als kostuum

Belangrijk bij horror, sciencefiction en fantasy.

In mainstream cinema is make-up bedoeld om onopvallend te blijven,

High key lighting: vermindert het contrast in de scène, wat betekent dat er minder verschil is tussen de donkere tonen en de heldere gebieden Wordt vaak gebruikt in genres waar een lichte en vrolijke toon gewenst is.

Low-key lighting: benadrukt schaduwen, hoog contrast tussen de donkere tonen en de heldere gebieden. Geschikt voor genres zoals film noir, horror en thrillers.

Chiaroscuro: extreem donkere en lichte gebieden binnen het beeld. Film noir

Natural light

Gebruik van beschikbare, omgevingslichtbronnen, zoals zonlicht, om een scène te verlichten in plaats van kunstmatige studiolampen.,hierdoor voelen scènes authentiek en onbewerkt aan.

Hollywood three point lighting

Key light: Schijnt direct op subject hoofdlicht

Fill light: Zijkant

Back light: Achter

Effect 3 point

1. Richt de aandacht op het gezicht van de acteur.

2. Laat acteurs er aantrekkelijk uitzien.

3. Is esthetisch aangenaam.

Staging

De plaatsing van acteurs en objecten binnen een scène

Composition

de visuele organisatie en kadering van elementen binnen het shot.

Rule of thirds

Actor movement

De fysieke bewegingen en plaatsing (blocking) van acteurs binnen een scène.

Symmetrie

• Creëert visuele balans, orde en rust.

• Wordt vaak geassocieerd met harmonie, macht of formaliteit.

Asymmetrie:

• Introduceert spanning, dynamiek of visuele onbalans.

• Gebruikt om conflict, onzekerheid of beweging over te brengen.

Western

• Ruimtelijke compositie:

  • Deep focus: zowel de voorgrond als achtergrond zijn scherp, waardoor de uitgestrektheid van de omgeving benadrukt wordt.

  • Lange takes: creëren een gevoel van tijd en ruimte, passend bij het rustige en contemplatieve tempo van het genre.

  • Symmetrie: symboliseert orde of het vastleggen van een cruciaal moment (bijv. een duel).

Romantische drama

Intieme framing: close-ups en medium shots om emoties en relaties tussen personages te benadrukken.

Actie

• Beweging van personages:

  • Frantic en urgent: personages rennen, springen, vechten en manoeuvreren in snelle, gespannen scènes.

• Belichting:

  • Hoog contrast met schaduwen en felle highlights, vooral tijdens gevechtsscènes.

  • Soms stroboscoopeffecten of plotselinge lichtflitsen om de intensiteit te verhogen

Korea en globalisering

omarmen van globalisering, dit kan alleen duurzaam en succesvol kan zijn als het gebaseerd is op een sterke nationale identiteit en unieke cultuur. Voor Zuid-Korea is dit vooral zichtbaar in de manier waarop het traditionele en moderne elementen samenbrengt in zijn mondiale culturele export.

Extreme Close-Up (ECU): Laat extreme details zien, zoals ogen of lippen.

Close-Up (CU): Legt emoties en reacties vast door het onderwerp het hele frame te laten vullen.

Medium Close-Up (MCU): Tussen een close-up en een medium shot, vult het onderwerp het frame gedeeltelijk.

Medium Shot (MS): Toont het onderwerp vanaf de knieën omhoog, veel gebruikt bij dialogen.

Long (wide) Shot (LS): Toont het hele lichaam van een onderwerp in relatie tot de omgeving.

Extreme Long Shot (ELS): Toont het onderwerp samen met de volledige omgeving.

Full Shot: Vergelijkbaar met een long shot, maar met meer details van het personage en minder nadruk op de omgeving

Cowboy Shot

Toont het onderwerp vanaf de heupen of taille, vaak gebruikt in westerns.

Establishing Shot

Een long shot aan het begin van een scène om de setting te introduceren.

Pan

Horizontale beweging op een vaste as in de rondte, vaak om een scène te onthullen of beweging te volgen.

Tilt

Verticale beweging om een scène te scannen, vaak als overgang tussen details en een groter overzicht.

Dolly Shot

De camera beweegt vooruit of achteruit, vaak gebruikt om de kijker dichter bij de actie te brengen.

Truck Shot

De camera beweegt zijwaarts, vaak parallel aan het onderwerp.

Zoom

afstandsverandering

Handheld Shot

Een onstabiele, schokkerige beweging voor een documentaireachtige stijl of spanning.

Eye level shot: Creëert een neutrale en directe verbinding met het onderwerp.

High Angle: Kijkt neer op het onderwerp, wat kwetsbaarheid of onbelangrijkheid benadrukt.

Low Angle: Kijkt omhoog naar het onderwerp, wat kracht of dreiging uitstraalt.

Bird's-Eye View: Recht boven het onderwerp voor een abstract of alwetend perspectief.

Dutch Angle: Schuine hoek om desoriëntatie of instabiliteit te suggereren.

POV Shot: Laat zien wat een personage ziet, wat kan bijdragen aan spanning of empathie.

The short-focal-length (wide-angle) lens

-35mm, geeft een breed gezichtsveld

The middle-focal-length (normal) lens

35mm tot 50mm Net als menselijk oog

The long-focal-length (telephoto) lens

Nauw gezichtsveld, veel blur

Rack focus

Focus switched snel van A naar B