Hoofdstuk 18 Nederlands in gang

gezocht (zoeken)

searched

opgeschreven (opschrijven)

written down

gevonden (vinden)

found

had (hebben)

had

gelegd (leggen)

placed

viel (vallen)

fell

gehaald (halen)

took

niemand

nobody

terwijl

while

het leer

leather

de rekening

account

onmiddellijk

immediately / at once

hoewel

although

onhandig

awkward

zodra

as soon as

de politie

police station

nadat

after

de portemonnee

wallet / purse

gestolen (stelen)

stolen

aangifte doen

report

de politieagent

police officer

zat (zitten)

was sitting

het terras

terrace

zulk

such

toen

when

lag (liggen)

was / lay

overal

everywhere

nergens

nowhere

zeker

sure

voordat

before

konden (kunnen)

could

omdat

because

de rits

zip

zodat

so that

steeds

always

de dader

culprit

namelijk

it so happens

slim

clever

ziet eruit (eruit zien)

looks like

oei

um / oh

in ieder geval

at any rate

verder

otherwise

pasjes (het pasje)

cards

het rijbewijs

drivers' licence

de identiteitskaart

ID card

de bankpas

bank card

de bankrekening

bank account

de bank

bank

blokkeren

block

hoezo

how come

ophalen

get

vervelend

annoying

nemen contact op (contact opnemen)

contact / get in touch

de kans

chance

als

if

eerlijk

honest