Latijn CE woorden U t/m V

5.0(1)
studied byStudied by 19 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/62

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

Latin

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

63 Terms

1
New cards
ubi adv.
waar
2
New cards
ubi
(voegw. + ind.perf.) zodra, toen
3
New cards
ubicumque adv.
waar ook maar, overal waar
4
New cards
ulciscor, ulcisci, ultus sum
wreken, zich wreken op
5
New cards
ullus adi. gen. ullius, dat. ulli
(ook maar) enig
6
New cards
ulterior (-ius), ioris
meer verwijderd, verder, aan de overkant
7
New cards
ultimus
verst, uiterst, laatst
8
New cards
umbra
schaduw
9
New cards
umquam adv.
ooit
10
New cards
unda
golf
11
New cards
unde adv.
waarvandaan
12
New cards
unus gen. unius, dat. uni
één
13
New cards
urbs, urbis f
stad (speciaal: Rome)
14
New cards
uro, urere, ussi, ustum
verbranden
15
New cards
usque adv.
ononderbroken
16
New cards
usus, us m
gebruik, nut; omgang
17
New cards
ut + ind.perf.
+ coni.
zoals; zodra, toen
opdat, dat, zodat
18
New cards
usque (utraque, utrumque)
elk van beide(n), beide(n)
19
New cards
utinam
o dat toch, als toch (in wenszinnen)
20
New cards
utor, uti, usus sum + abl.
gebruiken, benutten, omgaan met
21
New cards
vacuus
leeg, vrij van (+ dat.)
22
New cards
vadum
ondiepe plaats
23
New cards
valeo, valere, valui, valiturus
1 sterk zijn, gezond zijn 2 invloed / macht hebben 3 waard zijn, gelden
24
New cards
vallis, is f
dal
25
New cards
varius
verschillend, bont
26
New cards
vel
of (ook), of zelfs, bijvoorbeeld
27
New cards
velut(i)
zoals, alsof, als het ware
28
New cards
venenum
gif, toverdrank
29
New cards
venio, venire, veni, ventum
komen
30
New cards
ventus
wind
31
New cards
verbum
woord
32
New cards
vero adv./ voegw.
werkelijk, inderdaad; / echter, toch
33
New cards
verto, vertere, verti, versum
draaien, wenden
34
New cards
verus
waar, werkelijk, echt
35
New cards
vestigium
spoor, voetspoor
36
New cards
vestis, is f
kleding(stuk), kleren, kleed
37
New cards
veto, vetare, vetui, vetitum
verbieden
38
New cards
vetus, eris
oud
39
New cards
via
weg, straat
40
New cards
vicinus
1 naburig, in de buurt 2 (subst.:) buurman
41
New cards
victor, oris m
overwinnaar, (adi.:) zegevierend
42
New cards
video, videre, vidi, visum
zien
43
New cards
videor, videri, visus sum
schijnen; menen, denken
44
New cards
(alci) videtur
het schijnt (iem.) (goed of juist) toe
45
New cards
vinclum
boei, (pl.:) gevangenis
46
New cards
vindo, vincere, vici, victum
overwinnen, zegevieren
47
New cards
vinum
wijn
48
New cards
vir, viri
man, echtgenoot
49
New cards
virgo, inis f
jonge vrouw, maagd
50
New cards
vis (vim, vi) f
1 kracht, sterkte, geweld 2 macht, invloed
51
New cards
vita
leven, leefwijze
52
New cards
vitium
fout, gebrek
53
New cards
vito, vitare
vermijden, ontwijken
54
New cards
vivo, vivere, vixi, victurus
leven
55
New cards
vix adv.
nauwelijks, met moeite
56
New cards
voco, vocare
roepen, noemen
57
New cards
volo, velle, volui
willen
58
New cards
voluptas, atis f
genoegen, genot
59
New cards
votum
gelofte, wens, gebed
60
New cards
vox, vocis f
stem, woord, klank, geluid
61
New cards
vulgus n
volk, de grote massa
62
New cards
vulnus, eris n
wond
63
New cards
vultus, us m
gelaatsuitdrukking, gezicht