het filosofisch denken over literatuur: Plato & Aristoteles

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/41

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

42 Terms

1
New cards

mimese

nabootsing / nabootstheorieen. Dit is de essentie waar Plato en Aristoteles het over eens zijn.

2
New cards

Politeia - Plato

… ontwerp van de ideale gemeenschap. Het is een werk over de ideale gemeenschap / staat en hoe een gemeenschap zich het est dient te organiseren

3
New cards

Plato’s ideenleer

De door ons waarneembare objecten zijn slechts een kopie van de ware ideeen, die aan de concrete tijd en ruimte zijn ontheven. Onze veranderlijke, imperfecte, aan verval onderhevige wereld is slechts een kopie van de onveranderlijke, onvergankelijke, perfecte ideeenwereld.

4
New cards

meta-fysica

‘boven de zintuigelijke waarneming’

5
New cards

Allegorie van de grot - Plato

het grote verhaal over de heldenreis van onwetendheid naar kennis keert steeds terug in de Westerse geschiedenis. Eveneens de eerste grote samenzweringstheorie. In de zintuigelijk waarneembare wereld leven wij op dezelfde wijze als de mensen in … . Wie onwetend is, wat waarheid (en leugen) is verandert steeds, maar het verhaal w

6
New cards

de ziel

onze permanente vorm, immaterieel, tijdloos en onvergankelijk >< lichaam

7
New cards

anamnese

het op filsofische wijze wijze herinneren van de ideeele werkelijkheid, via de dialoog met de filosoof

8
New cards

a priori kennis

Plato verkiest … = kennis gebaseerd op autonome rede, neit op zintuigelijke waarneming

9
New cards

Allegorie van de bedden

  1. bed als idee = eeuwige vorm, metafysisch, niet zintuigelijk waarneembaar, moeilijkst om te begrijpen

  2. bed als gemaakt door de timmerman = zintuigelijke werkelijkheid, gebruiksobject

  3. Bed afgebeeld door de schilder

De eerste is vervaardigd door God, de 2de is vervaardigd door een ambachtsman, de derde is vervaardigd door een nabootser

10
New cards

doel van filosofie volgens plato

achter de oppervlakkige wereld kijken enn zo kennis verwerven over de volmaakte ideeen. Dit kan bereikt worden door Anamnese (het op filsofische wijze herinneren van de ideeele werkelijkheid, via de dialoog met de filosoof), omdat de ziel (onze permanente, onvergankelijke, immateriele vorm) contact heeft gehad met de ideeen voor de geboorte.

11
New cards

derderangskunst (Droogstoppel)

de kunstenaar is een charlatan; hij doet alsof. De kunstenaar beheerst geen ambacht: hij kan alleen de illusie wekken van gecreerde objecten (die zelf maar fletse afspiegelingen zijn van ideeen).

12
New cards

Hypomnese

Een ziekelijke staat van verwarring die veroorzaakt wordt door herinneringen op basis van het kunstmatige (derderangskunst). De literatuur destabiliseert mensen, i.e. brnegt ze verder af van de ideenwereld dan ooit. De literatuur moet daarom volgesn plato verbannen worden.

13
New cards

hymnen

in zijn stelselmatige depreciatie voor de literatuur maakt plato een uitzondering voor …. omdat ze van propagandisch nut zijn.

14
New cards

Aristoteles

‘de voorvader van de literatuurwetenschap’

15
New cards

literaire fictie

Aristoteles heeft in tegenstelling tot zijn leermeester plato grote waardering voor… : biedt universeel-menselijk inzicht

16
New cards

derdegraads afbeelding (Plato)

omdat … een ideale we’reld verondersteld, de metafysisca, een wereld waar waarheden tijdloos en universsel zijn die we niet met onze zintuigen kunnen waarnemen => als je deze werkelijkheid nog eens gaat nabootsen in literatuur/kunst dan ben je bezig met … .

17
New cards

Poetica - Aristoteles

een reeks college-achtige notities (fragmentarisch en onvolledig overgeleverd). Het dient als een hadnboek voor dichters: een leer van hoe je poezie maakt. Succesvolle ‘mimese’ kan worden aangeleerd (model: Sophocles Oedipus Rex). Doel van dit geschrift was om dit geschrift was om schirjvers terug te doen aanknopen bij de literaire traditie van de klassieke tragedie.

18
New cards

praxis (verhaal)

lange episodische opeenvolging van gebeurtenissen, lijkt willekeurig, zonder rekening te houden met noodzakelijkheid, waarschijnlijkheid en onvermijdelijkheid

  • post hoc : en daarna, en daarna, en daarna,…

19
New cards

mythos (plot)

verhaal getransformeerd door artistiek proces van mimese. Resultaat meer eenheid, orde & evenwicht. Veel representatiever en logischer dan een het gewoon navertellen van een reeks gebeurtenissen.

  • propte rhoc: en daarom, en daarom, en daarom,…

20
New cards

objectafbakening

Literatuur is een vorm van mimesis; mimeert de essentie van de mens (reveleert wat mens tot mens maakt)

21
New cards

oorsprong van de dichtkunst (Aristoteles)

een natuurlijk instinct, imiteren om te leren.

22
New cards

voorschriften voor goede/fatsoenlijke literatuur (Aristoteles)

  • genres niet mengen

  • evenwicht en harmonie nastreven

  • decorum (betamelijkheid): stijlkeuze moet weloverwogen zijn in functie van het thema, soort personage, tijd, etc.

23
New cards

de tragedie

(dramatische vorm van mimese) - het koningstuk van de literatuur (volgens Aristoteles)

24
New cards

hierarchie van genres

spektakel => muziek => taal/expressie => PERSONAGES => PLOT

25
New cards

personages

  • moeten goed van inborst zijn - toeschouwer voelt medelijden (eleos)

  • gedrag moet overeenkomen met sociale positie

  • gedrag moet consistent zijn

  • personages moeten overeenkomst vertonen met de mensen in de werkelijkheid (toeschouwer volet angst: ‘fobos’)

26
New cards

principes van causaliteit

de ene handeling/gebeurtenis vloeit voort uit de andere; ‘propter hoc’

27
New cards

omgekeerde V

verwikkeling, climax, afwikkeling

28
New cards

typische wendingen

  • hamartia

  • peripeteia

  • anagnorisis

29
New cards

hamartia

een (karakter)fout van de portagonist die zijn/haar ondergang inluidt

30
New cards

peipeteia

een plotselinge ommekeer waardoor het lot van de hoofdpersoon evolueert van gunstig naar ongunstig (=reversal of fortune)

31
New cards

anagnorisis

moment van herkenning/inzicht: de hoofdpersoon bereikt een dieper besef, begrijpt plots iets belangrijks waardoor hij/zij een andere kijk kijgt op dingen.

32
New cards

katastorfe

ondergan an de held(in). Wakkert in de toeschouwer angst en medeleven aan (fobos & eleos).

33
New cards

katharsis

zuivering = doel van de tragedie, na neutralisering van de excessieve passies die eerder zijn vertoond en aangewakkerd in de tragedie (angst & medeleven ) breekt moment van dieper inzicht & berusting aan bij de toeschouwer.

34
New cards

ironie

geveinsde ontwetendheid: ontstaat door een contrast tussen wat gezegd, getoond of gessugereerd wordt en wat er werkelijk aan de hand is.

35
New cards

dramatische ironie

toneelstuk (film, verhaal, …) exploiteert de kennisvoorsprong die de toeschouwer heeft ten opzichte van de personages. Veroorzaakt spanning of humor (of beide tegelijk).

36
New cards

oedipus complex

kind ontwikkeld instinctieve erotische binding met de ouder van het tegenovergestelde geslacht en identificeert de ouder van het gelijke geslacht als een rivaal. Als het zijn wil zou kunnen doordrijven zou het dus (in het geval van een jongen) (a) een erothisch gepriviligeerd contact met de moeder onderhouden, (b) zijn vader uit de weg ruimen.

37
New cards

Horatius

schrijver van ars poetica

38
New cards

ars poetica

brieven op zijm gezet, als een leergedicht (ook een artistiek doel); thema: de kunst van het dichten. Invloed van Aristoteles, maar legt eigen accenten

39
New cards

utile dulce

poezie moet lering en vermaak combineren, of nog (letterlijk): het nuttige aan het angenamen paren. Een goed gedicht is vermakelijk en leerzaam.

40
New cards

decorum

wat sierlijk en gepast is. De kunstenaar draagt een morele verantwoordelijkheid tegenover het publiek: mag niet (zeker niet nodeloos of uit effectbejag) choqueren.

41
New cards

ab ovo

‘vanaf het ei’ = een verhaal beginnen bij het allereerste begin, inclusief alle voorgeschiedenis.

42
New cards

in medias res

homeros begint zij epos echter meteen in volledige oorlog=> in het midden van de zaak/actie