Nederlands 1.3 en 2.3 begrippen

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/29

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

part leren

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

30 Terms

1
New cards

leestrategieën

Technieken om begrijpend lezen te verbeteren

2
New cards

Verkennend lezen

het lezen van de titel, de eerste en laatste alinea, tussenkopjes, de eerste zin van alle alinea's van de kern, en de bron

3
New cards

nauwkeurig lezen

een tekst helemaal lezen om hem te begrijpen

4
New cards

zoekend lezen

in een tekst zoeken naar antwoorden op een vraag

5
New cards

studerend lezen

een tekst lezen omde informatie eruit te halen

6
New cards

tekstverbanden

verband tussen woorden, zinnen en alinea's van een tekst

7
New cards

opsommend tekstverband

tekstverband dat twee of meer teksdelen in volgorde noemt

8
New cards

tekstverband tijdsvolgorde

tekstverband dat aangeeft in welke volgorde gebeurtenissen plaatsvinden

9
New cards

tegenstellend verband

tekstverband dat aangeeft welke tekstdelen een tegenstelling vormen

10
New cards

uitleggend tekstverband

tekstverband dat een verklaring aangeeft

11
New cards

redengevend tekstverband

tekstverband dat een reden aangeeft, je gebruikt hierbij signaalwoorden als want, omdat, daarom, immers, namelijk

12
New cards

concluderend tekstverband

tekstverband waarbij je conclusies trekt, je gebruikt hierbij signaalwoorden als dus, dan, ook, hieruit volgt, de slotsom is, concluderend

13
New cards

vergelijkend tekstverband

tekstverband dat een vergelijking tussen zinnen of alinea's aanduidt

14
New cards

tekstdoel

Het doel van een schrijver van een tekst. Er zijn vier tekstdoelen: informeren, overtuigen, activeren en amuseren.

15
New cards

Tekstsoort

een verzamelnaam voor alle teksten met hetzelfde doel

16
New cards

Tekstvorm

de vorm van een tekst binnen een tekstsoort

17
New cards

titel

naam van een tekst, zegt meestal al veel over het onderwerp

18
New cards

onder- of boventitel

een woord of zin onder of boven de titel die meer informatie geeft over het onderwerp

19
New cards

hoofdgedachte

eén zin die benoemt wat het belangrijkste is wat de schrijver over het onderwerp zegt

20
New cards

informatieve tekst

Een tekst die vooral feitelijke informatie bevat met als doel de lezer informeren.

21
New cards

Feitelijke informatie

een beschrijving van gebeurtenissen die echt hebben plaatsgevonden of informatie over dinen die in werkelijkheid bestaan

22
New cards

betogende tekst

tekst met het doel om de lezer overtuigen van een mening

23
New cards

activerende tekst

de lezer activeren of tot handel aan te zetten, voorbeeld: advertentie

24
New cards

amusernde tekst

de lezer amuseren, voorbeeld: stripboek

25
New cards

interview verslag

een verslag van een vraag- en antwoordgesprek

26
New cards

letterlijk interviewverslag

Een interviewverslag waarin de vragen en antwoorden zo letterlijk mogelijk weergegeven zijn.

27
New cards

samenvattend interviewverslag

Een interviewverslag waarin de vragen zijn weggelaten en de antwoorden gedeeltelijk in eigen woorden zijn samengevat.

28
New cards

inleiding

Het eerste gedeelte van een tekst dat kort het onderwerp introduceert en de aandacht trekt, waardoor de lezer de rest van de tekst gaat lezen.

29
New cards

slot

Het laatste gedeelte van een tekst dat een conclusie, samenvatting of een advies geeft.

30
New cards

samenvattend tekstverband

Een tekstverband dat je vaak aan het eind van een tekst(deel) vindt, als een schrijver samenvat wat hij ervoor geschreven heeft.