Studied by 19 people
wind (molen) park
un parc d'éoliennes
stap
un démarche
(aan)deel
une part (un parti=partij, une partie=gedeelte)
verantwoordelijkheid nemen
prendre ses responsabilités (fpl)
straf-
repressif (ve)
straling
le rayonnement, rayonner
windenergie
l'énergie (f) éolienne
getijdencentrale
une usine marémortrice
oplossen
résoudre
verergering, toename
une aggravation, grave
dringend
urgent (e)
handelen
agir
ondernemen
entreprendre, une entreprise
iets/iem uitrusten met iets/voorzien van iets
doter qc/qn de qc
milieuvervuiling bestrijden
antipollution
vervuilende stof
un polluant
ontwikkelen
développer, le développement
onderzoek
le recherche, (re)chercer
afzien van, opgeven
renoncer à, renoncement
milieu-
environnemental(e) (-eaux:mpl)
katalysator
un pot catalytique
lood
le plomb
openbaar vervoer
les transports en commun (mpl)
top (ontmoeting)
un sommet
doel
un objectif
hulp, ondersteuning
un soutien, soutenir
eindigen
s'achever
doorslaggevend
décisif (-ve), une décision
overeenkomst, verdrag
une convention
verminderen, terugbrengen
réduire, la réduction
maatregel
la mesure
dringende noodzaak, urgentie
l'urgence
opstellen
mettre en place
vervuiler
un(e) pollueur (-euse)
behoud, bescherming
la sauvegarde
duurzame energiebron
une énergie renouvelable
duurzaam
durable, durer, la durée
zonne-energie
l'énergie solaire (f)
door waterkracht opgewekte elektriciteit (hydro-elektriciteit)
l'hydroélectricité (f)
getijde
une marée, la marée haute/basse
veelbelovend (zijn) voor de toekomst
(être) porteur d'avenir
duwen, drijven
pousser
doelmatigheid, rendement
l'efficacité, efficace
concurrerend
compétitif (-ve), la compétitivité
zonnepaneel
un panneau solaire
biobrandstof
un biocarburant
benzinestation
une station-service
versnellen
accélérer, l'accélération (f)
opstellen, vastleggen
établir
beperken
limiter
efficiënt, werkzaam
efficace, l'efficacité (f)
iets overwegen, iets voor ogen hebben
envisager qc
benzine
l'essence (f)
voertuig
un véhicule
verbruiken
consommer, la consommation
uitstoot
les émission (f), émettre
personenauto, privéauto
une voiture particulière
verstedelijkt, geürbaniseerd
urbanisé(e), l'urbanisation (f)
carpoolen
le covoiturage
openbaar fietsverhuursysteem
le Vélib
lid
un(e) adhérent(e), adhérer à
omvang, grootte
l'ampleur
schaal
une échelle
wereldwijd
planétaire
optie, keus
une option
strijd
la lutte
ontwikkelingsland
pays en voie de développement
voorrang
la priorité
intentieverklaring
une déclaration d'intention
noodzakelijkerwijs, per se
forcément
verenigbaar, overeenstemmend
compatible
bescherming
la protection, protéger
zich verplichten tot, beloven
s'engager à
duidelijk, significant
significatif (ve)
wetgeving
législation (f)
uitdrogen
se dessécher
vruchtbaar
fertile, >< infertile, la fertilité
overstroming
une inondation, inonder
lood
le plomb
zure regen
la pluie acide
vliegverkeer
le trafic aérien
uitstoot, lozing (van afvalstoffen)
un rejet
chemisch
chimique, la chimie
stikstof
l'azote
zwavelzuur
l'acide sulfurique
aantasten
attaquer
veroorzaken, teweegbrengen
causer
stijging, verhoging
une élévation
decenium
une décennie
klimaatverandering
le changement climatique
spuitbus
une bombe aérosol
in staat zijn om
être susceptible de
immuunsysteem
le système immunitaire
kanker
un cancer
water-
aquatique
ontdoen van iets
débarrasser de qc
olietanker
un pétrolier
schipbreuk
un naufrage, faire naufrage
voedselketen
la chaîne alimentaire
voorstander, aanhanger
un(e) partisan(e)
Note 
Flashcard (24)