FRA: apprendre

studied byStudied by 0 people
0.0(0)
Get a hint
Hint

élever un enfant

1 / 351

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

French

352 Terms

1

élever un enfant

een kind grootbrengen

New cards
2

éduquer un enfant

een kind opvoeden

New cards
3

une éducation

een opvoeding

New cards
4

un éducateur

een opvoeder

New cards
5

une éducatrice

een opvoedster

New cards
6

cultivé, cultivée

ontwikkeld

New cards
7

la culture

de cultuur, de ontwikkeling

New cards
8

avoir la culture

algemene ontwikkeling hebben

New cards
9

former qqn

iemand vormen, opleiden

New cards
10

une formation

een opleiding

New cards
11

la formation

de permanente vorming, het levenslag leren

New cards
12

enseigner qqch à qqn

iemand iets onderwijzen

New cards
13

l’enseignement primaire, secondaire, supérieur, universitaire

het lager, middelbaar, hoger, universitair onderwijs

New cards
14

un enseignant/une enseignante

een leerkracht/ een lerares

New cards
15

savoir

weten

New cards
16

un savoir

een kennis

New cards
17

connaître

kennen

New cards
18

ils n’y connaissent rien

ze kennen er niets van

New cards
19

des connaissances

opgedane kennis

New cards
20

ignorer

niet weten

New cards
21

un talent

een talent

New cards
22

être doué pour qqch

aanleg hebben voor iets

New cards
23

avoir un don pour qqch

een gave hebben voor iets

New cards
24

être fort en qqch

sterk zijn in iets

New cards
25

être faible en qqch

zwak zijn in iets

New cards
26

la mémoire

het geheugen

New cards
27

un but

een doel(stelling)

New cards
28

poursuivre un but

een doel nastreven

New cards
29

motiver

motiveren

New cards
30

une motivation

een motivatie

New cards
31

se concentrer

zich concentreren

New cards
32

la concentration

de concentratie

New cards
33

l’attention

de aandacht

New cards
34

faire attention à qqch

aandacht hebben voor iets

New cards
35

être attentif/attentive à qqch

aandacht hebben voor iets

New cards
36

progresser/faire des progrès

vordering maken

New cards
37

apprendre qqch à aqn

iemand iets leren

New cards
38

paresseux, paresseuse

lui

New cards
39

la paresse

de luiheid

New cards
40

travailleur, travailleuse

werklustig, vlijtig

New cards
41

appliqué, appliquée

ijverig

New cards
42

comprendre

begrijpen

New cards
43

la compréhension

het begrip

New cards
44

autoritaire, autoritaire

autoritair

New cards
45

l’autorité

het gezag

New cards
46

sévère, sévère

streng

New cards
47

la discipline

de discipline

New cards
48

servir de modèle à qqn

als voorbeeld dienen voor iemand

New cards
49

récompenser qqn de/pour qqch

iemand voor iets belonen

New cards
50

une récompense

een beloning

New cards
51

indulgent, indulgente

toegeeflijk

New cards
52

l’indulgence

toegeeflijkheid

New cards
53

exiger qqch de qqn

iets eisen van iemand

New cards
54

exigeant, exigeante

veeleisend

New cards
55

la négligence

de veeleisendheid

New cards
56

obéir à qqn, à qqch

iemand, iets gehoorzamen

New cards
57

punir qqn

iemand straffen

New cards
58

une punition

een straf

New cards
59

une école publique, privée, primaire, mixte

een openbare school, een privé-, een lagere - , een gemengde school

New cards
60

un écolier, une écolière

een scholier

New cards
61

le système éducatif

het onderwijssystmee

New cards
62

la scolarité

de schooltijd

New cards
63

la scolarité obligatoire

de leerplicht

New cards
64

une année scolaire, académique, universitaire

een school-, academie-, universitair jaar

New cards
65

la rentrée des classes

het begin van het nieuwe schooljaar

New cards
66

les fourniture scolaires

het schoolgerei

New cards
67

un jardin d’enfants

een kleuterschool

New cards
68

l’école maternelle/la maternelle

de kleuterschool

New cards
69

à la maternelle

in de kleuterschool

New cards
70

le collège

eerste vier jaar van sec onderwijs in fra

New cards
71

un collégien, une collégienne

een leerling uit de eerste vier jaar middelbaar

New cards
72

le Lycée

de laatste twee jaar in middelbaar fra

New cards
73

un lycéen, une lycéenne

een leerling uit de laatste twee jaar middelbaar

New cards
74

une école de commerce

een handelsschool

New cards
75

un internat

een internaat

New cards
76

un professeur, une professeure

een leerkracht, docent, prof

New cards
77

un instituteur, une institutrice

een onderwijzer(es)

New cards
78

un proviseur, une proviseure

een directeur van het lyceum

New cards
79

un surveillant, une surveillante

een toezichthouder, ster

New cards
80

un élève, une élève

een leerling

New cards
81

une classe

een klas

New cards
82

une de salle de classe, de cours

een klaslokaal

New cards
83

redoubler

blijven zitten

New cards
84

un échange scolaire

een uitwisseling met school

New cards
85

partir en échange scolaire

op uitwisseling gaan met school

New cards
86

un analphabète, une analphabète

een analfabeet

New cards
87

un cancre

een slechte leerling

New cards
88

tricher

spieken

New cards
89

faire l’école buissonière

spijbelen

New cards
90

sécher un cours

brossen

New cards
91

avoir, donner une heure de colle

een uur nablijven

New cards
92

présent, présente

aanwezig

New cards
93

une présence

een aanwezigheid

New cards
94

absent, absente

afwezig

New cards
95

une absence

een afwezigheid

New cards
96

réussir à faire qqch

erin slagen iets te doen

New cards
97

réussir un test

slagen voor een toets

New cards
98

mon frère réussit dans tout ce qu’il entreprend

mijn broer slaagt in alles wat hij onderneemt

New cards
99

une réussite

een succes

New cards
100

échouer à qqch

falen in iets, niet slagen

New cards

Explore top notes

note Note
studied byStudied by 54 people
... ago
5.0(200)
note Note
studied byStudied by 90 people
... ago
5.0(2)
note Note
studied byStudied by 55 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(2)
note Note
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 1 person
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 56 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 71 people
... ago
5.0(1)

Explore top flashcards

flashcards Flashcard (38)
studied byStudied by 1 person
... ago
4.0(1)
flashcards Flashcard (31)
studied byStudied by 39 people
... ago
5.0(2)
flashcards Flashcard (37)
studied byStudied by 80 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (46)
studied byStudied by 16 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (55)
studied byStudied by 6 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (27)
studied byStudied by 1105 people
... ago
4.7(18)
flashcards Flashcard (20)
studied byStudied by 47 people
... ago
5.0(2)
flashcards Flashcard (125)
studied byStudied by 101 people
... ago
5.0(1)
robot