1. Characteristics of prokaryotic cells

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
full-widthCall with Kai
GameKnowt Play
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/29

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

30 Terms

1
New cards

Prokaryotes Eukaryotes

Prokaryoten: bact, archaea

  • geen celkern: DNA ligt los in cytoplasma in nucleoid

  • geen membraangebonden organellen: mitochondriën, GA, …

Eukaryoten: dieren, planten, schimmels, protisten

  • celkern: DNA zit in kernmembraan

  • membraangebonden organellen

<p>Prokaryoten: bact, archaea</p><ul><li><p>g<span style="background-color: transparent; font-size: 1.6rem;">een celkern: DNA ligt los in cytoplasma in nucleoid</span></p></li><li><p><span style="background-color: transparent; font-size: 1.6rem;">g</span>een membraangebonden organellen: mitochondriën, GA, …</p></li></ul><p>Eukaryoten: dieren, planten, schimmels, protisten</p><ul><li><p><span style="background-color: transparent; font-size: 1.6rem;">celkern: DNA zit in kernmembraan</span></p></li><li><p><span style="background-color: transparent; font-size: 1.6rem;">m</span>embraangebonden organellen</p></li></ul><p></p>
2
New cards

Grootte

De meeste bacteriën: 0,5 tot 2,0 µm

Menselijke rode bloedcel: 7,5 µ

<p>De meeste bacteriën: 0,5 tot 2,0 µm</p><p>Menselijke rode bloedcel: 7,5 µ</p>
3
New cards

Vorm en indeling

Coccus: rond, groeien + naast elkaar in streep = streptococcus, in 3d (trosje) = staphylococcus

Bacillus: staafje, naast elkaar groeien = streptobacillus

  • bv: clostridium tetani: veroorzaakt tetanus, lactobacillus bulgaricus (in yoghurt)

Spirochete: kurkentrekkervorm (bv borrelia burgdorferi→ lyme)

Vibrio: komma vorm, gebogen staafje (bv: vibrio cholerae→ cholera)

<p>Coccus: rond, groeien + naast elkaar in streep = streptococcus, in 3d (trosje) = staphylococcus</p><p>Bacillus: staafje, naast elkaar groeien = streptobacillus</p><ul><li><p>bv: clostridium tetani: veroorzaakt tetanus,&nbsp;<span>lactobacillus bulgaricus (in yoghurt)</span></p></li></ul><p>Spirochete: kurkentrekkervorm (bv&nbsp;<span style="background-color: transparent; font-size: 1.6rem;">borrelia burgdorferi→ lyme)</span></p><p><span style="background-color: transparent; font-size: 1.6rem;">Vibrio: komma vorm, gebogen staafje (b</span>v: vibrio cholerae→ cholera)</p>
4
New cards

Overzicht structuur

Celmembraan, meestal omgeven door celwand

Intern cytoplasma met ribosomen, nucleair gebied, ...

Verscheidenheid aan externe structuren, zoals capsules, flagella en pili

<p>Celmembraan, meestal omgeven door celwand</p><p>Intern cytoplasma met ribosomen, nucleair gebied, ...</p><p>Verscheidenheid aan externe structuren, zoals capsules, flagella en pili</p>
5
New cards

Celwand

Bevindt zich buiten celmembraan

Functies: karakteristieke vorm cel en voorkomt dat cel barst (osmose)

  • Cholesterol zorgt CM niet openspringt →fluiditeit: bact heeft dit niet! gevoelig!

  • Penicilline of lysozym celwand aantasten

Bestanddelen celwand: peptidoglycaan, buitenmembraan, periplasmatische ruimte

6
New cards

Peptidoglycaan of mureïne

Bevat:

  • N-acetylglucosamine (NAG) en N-acetylmuraminezuur (NAM)

  • Cross linked door tetrapeptiden, met 3de AZ: lysine voor meeste grampos bact, diaminopimelinezuur (DAP) voor meeste gramneg bact

Disacharide-ruggengraat: identiek voor alle bact

Tetrapeptide: L-Alanine →D-glutamic acid →L-lysine/ DAP →D-Alanine

<p>Bevat:</p><ul><li><p>N-acetylglucosamine (NAG) en N-acetylmuraminezuur (NAM)</p></li><li><p>Cross linked door tetrapeptiden, met 3de AZ: lysine voor meeste grampos bact, diaminopimelinezuur (DAP) voor meeste gramneg bact</p></li></ul><p>Disacharide-ruggengraat: identiek voor alle bact</p><p>Tetrapeptide: L-Alanine →D-glutamic acid →L-lysine/ DAP →D-Alanine</p>
7
New cards

Gramneg versus grampos bact

Gramnegatief: meestal geen oligopeptidebrug, verbinding tussen DAP en D-Ala

Grampositief: oligopeptidebrug, 5 glycinemoleculen (S. aureus)

<p>Gramnegatief: meestal geen oligopeptidebrug, verbinding tussen DAP en D-Ala</p><p>Grampositief: oligopeptidebrug, 5 glycinemoleculen (S. aureus)</p>
8
New cards

Grampos bact: celwand

Dikke laag peptidoglycaan: 60-90% celwand bestaat uit peptidoglycaan

Lipoteichoïnezuur en teichoïnezuur

  • Polymeren ribitolfosfaat of glycerolfosfaat

  • Bezitten neg elektrische ladingen: opp-antigeen, transport Ca2+ en Mg2+

Eiwitten: adhesiefactoren, productie capsule, penicillinebindend eiwit (PBP) in CM

<p>Dikke laag peptidoglycaan: 60-90% celwand bestaat uit peptidoglycaan</p><p>Lipoteichoïnezuur en teichoïnezuur</p><ul><li><p>Polymeren ribitolfosfaat of glycerolfosfaat</p></li><li><p>Bezitten neg elektrische ladingen: opp-antigeen, transport Ca2+ en Mg2+</p></li></ul><p>Eiwitten: adhesiefactoren, productie capsule, penicillinebindend eiwit (PBP) in CM</p>
9
New cards

Gramneg bact: celwand

Dunne laag peptidoglycaan: 10-20% celwand bestaat uit peptidoglycaan, verteerd peptidoglycaan levert sferoplasten op (2 membranen)

Periplasmatische ruimte= ruimte tussen cel en buitenmembraan, bevat peptidoglycaan, toxines en katabole enzymen

Eiwitten: adhesiefactoren, productie capsule, penicillinebindend eiwit (PBP) in CM

<p>Dunne laag peptidoglycaan: 10-20% celwand bestaat uit peptidoglycaan, verteerd peptidoglycaan levert sferoplasten op (2 membranen)</p><p>Periplasmatische ruimte= ruimte tussen cel en buitenmembraan, bevat peptidoglycaan, toxines en katabole enzymen</p><p>Eiwitten: adhesiefactoren, productie capsule, penicillinebindend eiwit (PBP) in CM</p>
10
New cards

Gramneg bact: Lipopolysacchariden

of LPS of endotoxine (!)

  • buitenste domein: O of somatisch antigeen →samenstelling varieert stam tot stam, serologische classificatie

  • kernoligosacharide: 10-15 heptose- en octosesuikers, KDO = keto-deoxyoctulosonaat

  • lipide deel: lipide A →gefosforyleerde diglucosamine, meerdere VZ, zoals 3-hydroxy-myristinezuur (C14)

Groot risico: baxter= H2O + zouten + suiker

  • + gram neg en pos →door hitte: bact dood (neg en pos dood)→ IV: dier gaat dood

  • probleem: bact afgedood →endotoxines zijn hitte stabiel! Shock!

<p>of LPS of endotoxine (!)</p><ul><li><p>buitenste domein: O of somatisch antigeen →samenstelling varieert stam tot stam, serologische classificatie</p></li><li><p>kernoligosacharide:&nbsp;10-15 heptose- en octosesuikers, KDO = keto-deoxyoctulosonaat</p></li><li><p>lipide deel: lipide A →gefosforyleerde diglucosamine, meerdere VZ, zoals 3-hydroxy-myristinezuur (C14)</p></li></ul><p>Groot risico: baxter= H2O + zouten + suiker</p><ul><li><p class="MsoListParagraphCxSpMiddle">+ gram neg en pos →door hitte: bact dood (neg en pos dood)→ IV: dier gaat dood</p></li><li><p class="MsoListParagraphCxSpMiddle">probleem: bact afgedood →endotoxines zijn hitte stabiel! Shock!</p></li></ul><p></p>
11
New cards

LPS functie

Hecht zich aan specifieke weefsels

Antigene variatie

Beschermende permeabiliteitsbarrière:

  • LPS-moleculen en Ca2+

  • + EDTA → barrièrefunctie verloren (rol in oordruppels)

bv:hond met oorontsteking: AB geven met hierin EDTA (ethyleen diamine tetra azijnzuur) →zorgt voor Ca wegnemen (binden aan COO- einden) →2 neg ladingen wel afstoten →antennes gaan uit elkaar wijken → AB gemakkelijker binnenkomen

12
New cards

Gramkleuring

Stap 1: kristalviolet 1min →paarskleuring: bevat pos geladen N →binden met iets neg

Stap 2: jood bij gedaan →kristalviolet binden →kristalvioletjood = sterkere kleur en groter molecule

Stap 3: Ontkleuren met ethanol en aceton

  • aceton: lipofiel middel, CM kapot maken

  • ethanol: denaturatie eiwitten (peptidoglycaanlaag →dichter samenkomen)

  • bij gram neg er door, maar niet bij gram pos →dikke laag peptidoglycaan (samengedrukt)

Stap 4: tegenkleuren met safranine →pos geladen

  • gram pos: alle plaatsen bezet →oorspronkelijke kleurstof paars

  • gram neg: alle kristalviolet weg →kleurt roos

<p>Stap 1: kristalviolet 1min →paarskleuring: bevat pos geladen N →binden met iets neg</p><p>Stap 2: jood bij gedaan →kristalviolet binden →kristalvioletjood = sterkere kleur en groter molecule</p><p>Stap 3: Ontkleuren met ethanol en aceton</p><ul><li><p>aceton: lipofiel middel, CM kapot maken</p></li><li><p>ethanol: denaturatie eiwitten (peptidoglycaanlaag →dichter samenkomen)</p></li><li><p>bij gram neg er door, maar niet bij gram pos →dikke laag peptidoglycaan (samengedrukt)</p></li></ul><p>Stap 4: tegenkleuren met safranine →pos geladen</p><ul><li><p>gram pos: alle plaatsen bezet →oorspronkelijke kleurstof paars</p></li><li><p>gram neg: alle kristalviolet weg →kleurt roos</p></li></ul><p></p>
13
New cards

Zuur vaste bact: celwand

= geen grampos en geen gramneg

Dunne laag peptidoglycaan

Arabinogalactanen: verbonden met peptidoglycaan→ verbonden met mycolzuren met hoog moleculair gewicht

Rijk aan lipiden (60% celwand) → LANGZAME GROEIERS !

  • Lipoarabinomannanen

  • Mycolzuren (C 100, lang)= β-hydroxy-α-alkylvetzuren

<p>=<span> </span>geen grampos en geen gramneg</p><p>Dunne laag peptidoglycaan</p><p>Arabinogalactanen: verbonden met peptidoglycaan→ verbonden met mycolzuren met hoog moleculair gewicht</p><p>Rijk aan lipiden (60% celwand) → LANGZAME GROEIERS !</p><ul><li><p>Lipoarabinomannanen</p></li><li><p>Mycolzuren (C 100, lang)= β-hydroxy-α-alkylvetzuren</p></li></ul><p></p>
14
New cards

Ziehl-Neelsen of zuurvaste kleuring

Eerst kleuren met carbolfuchine

HCl (pH <1) toevoegen: ontkleurt en zuurvaste bact doet niks want gaat niet door celwand

Tegenkleuren: methyleenblauw, zuurvaste blijven eerste kleur behouden

<p>Eerst kleuren met carbolfuchine</p><p>HCl (pH &lt;1) toevoegen: ontkleurt en zuurvaste bact doet niks want gaat niet door celwand</p><p>Tegenkleuren: methyleenblauw, zuurvaste blijven eerste kleur behouden</p>
15
New cards

Bacteriën zonder celwand

Mycoplasma

Chlamydia

Archaebacterien

16
New cards

Mycoplasma

Afwezigheid van celwand → pleomorf, vorm aannemen dat die wil

Stabiliteit van celmembraan door opname van sterolen ( andere bacteriën)

Zeer klein: 0,2 tot 0,8 µm

<p>Afwezigheid van celwand → pleomorf, vorm aannemen dat die wil</p><p>Stabiliteit van celmembraan door opname van sterolen (<span data-name="left_right_arrow" data-type="emoji">↔</span> andere bacteriën)</p><p>Zeer klein: 0,2 tot 0,8 µm</p>
17
New cards

Chlamydia

Geen peptidoglycaan

Gramnegatieve bacterie

Obligaat intracellulair !

MOMP = belangrijk buitenmembraaneiwit

<p>Geen peptidoglycaan</p><p>Gramnegatieve bacterie</p><p>Obligaat intracellulair !</p><p>MOMP = belangrijk buitenmembraaneiwit</p>
18
New cards

Archaebacteriën

Geen peptidoglycaan

Celmembraan: monolaag (40 C lang), ethergebonden (niet fosfolipiden!)

Nucleïnezuren: hittebestendige spiralen

Hittebestendige enzymen: meer hydrofobe AZ, extra bindingen tussen AZ

Archaebacteriën kunnen in extreem barre omstandigheden leven

<p>Geen peptidoglycaan</p><p>Celmembraan: monolaag (40 C lang), ethergebonden (niet fosfolipiden!)</p><p>Nucleïnezuren: hittebestendige spiralen</p><p>Hittebestendige enzymen: meer hydrofobe AZ, extra bindingen tussen AZ</p><p>Archaebacteriën kunnen in extreem barre omstandigheden leven</p>
19
New cards

Celmembraan

Vloeistofmozaïekmodel: fosfolipiden in vl toestand, eiwitten verspreid tussen lipiden→ mozaïekpatroon

Dubbele laag

Eiwitten

<p>Vloeistofmozaïekmodel: fosfolipiden in vl toestand, eiwitten verspreid tussen lipiden→ mozaïekpatroon </p><p>Dubbele laag</p><p>Eiwitten</p>
20
New cards

Celmembraan functies

Doorlaatbaarheidsbarrière: voorkomen grote stoffen naar buiten

Eiwitanker

Energiebesparing: elektronentransportketen →gradient, vorming ATP

<p>Doorlaatbaarheidsbarrière: voorkomen grote stoffen naar buiten</p><p>Eiwitanker</p><p>Energiebesparing: elektronentransportketen →gradient, vorming ATP</p>
21
New cards

Celmembraan: passief transport

Geen ATP nodig: diffusie doorheen membraan, eiwitkanaal, osmose via water

<p><span>G</span>een ATP nodig: diffusie doorheen membraan, eiwitkanaal, osmose via water</p>
22
New cards

Celmembraan: actief transport

ATP nodig

Fosfaat zorgen dat het niet terug naar buiten kan gaan

<p>ATP nodig</p><p>Fosfaat zorgen dat het niet terug naar buiten kan gaan</p>
23
New cards

Celmembraan: transport siderophores

Ijzer cofactor

  • ijzer 3+ complexeren (graakt niet op zijn eigen goed binnen) →via kanaal binnenkomen → uiteindelijk terecht in cel, ATP nodig →ijzer 3+ omgezet tot ijzer 2+ →in bep enzymes actief

  • Ijzer transport van buiten naar binnen

<p>Ijzer cofactor</p><ul><li><p>ijzer 3+ complexeren (graakt niet op zijn eigen goed binnen) →via kanaal binnenkomen → uiteindelijk terecht in cel, ATP nodig →ijzer 3+ omgezet tot ijzer 2+ →in bep enzymes actief </p></li><li><p>Ijzer transport van buiten naar binnen</p></li></ul><p></p>
24
New cards

Interne structuren: cytoplasma en nucleoide

Cytoplasma: 80% water en 20% stoffen, zoals ionen en suikers

Nucleaire regio of nucleoïde

  • geen kernmembraan! en histon-eiwitten

  • bestaat voornamelijk uit DNA, maar ook uit wat RNA en eiwitten

  • meeste bact slechts 1 cirkelvormig chromosoom, vibrio cholerae: 2 chromosomen

<p>Cytoplasma: 80% water en 20% stoffen, zoals ionen en suikers</p><p>Nucleaire regio of nucleoïde</p><ul><li><p>geen kernmembraan! en histon-eiwitten</p></li><li><p>bestaat voornamelijk uit DNA, maar ook uit wat RNA en eiwitten</p></li><li><p>meeste bact slechts 1 cirkelvormig chromosoom, vibrio cholerae: 2 chromosomen</p></li></ul><p></p>
25
New cards

Interne structuren: Ribosomen

20.000 ribosomen/bacterie, bestaat uit RNA en eiwitten

Functie: eiwitsynthese

Sedimentatiesnelheid in centrifuge

  • Svedberg (S)-eenheden: variëren naargelang moleculaire grootte en vorm

  • Eukaryoten: snelheid afh van gewicht →versch: niet enkel gewicht telt mee maar ook vorm →verandert: 80s en niet 100s

AB maken dat enkel werkt op ribosomen bact en niet op humane ribosomen →doelwit verschillend van mens – bact

<p>20.000 ribosomen/bacterie, bestaat uit RNA en eiwitten</p><p>Functie: eiwitsynthese</p><p>Sedimentatiesnelheid in centrifuge</p><ul><li><p>Svedberg (S)-eenheden: variëren naargelang moleculaire grootte en vorm</p></li><li><p>Eukaryoten: snelheid afh van gewicht →versch: niet enkel gewicht telt mee maar ook vorm →verandert: 80s en niet 100s</p></li></ul><p class="MsoListParagraphCxSpLast">AB maken dat enkel werkt op ribosomen bact en niet op humane ribosomen →doelwit verschillend van mens – bact</p>
26
New cards

Interne structuren: Inclusions

Korrels: = metachromatische korrels (versch kleurintensiteiten)

  • glycogeen (polymeer van glucose): energie

  • polyfosfaat (fosfaatpolymeer)

Vesikels: door membranen omgeven structuren

  • met gas gevulde vacuolen → fotosynthetische bact en cyanobact

<p>Korrels: = metachromatische korrels (versch kleurintensiteiten)</p><ul><li><p>glycogeen (polymeer van glucose): energie</p></li><li><p>polyfosfaat (fosfaatpolymeer)</p></li></ul><p>Vesikels: door membranen omgeven structuren</p><ul><li><p>met gas gevulde vacuolen → fotosynthetische bact en cyanobact</p></li></ul><p></p>
27
New cards

Interne structuren: cytoskelet

Bepaalt vorm van de bacterie

Cytoskelet → bacillus

Geen cytoskelet → coccus

<p>Bepaalt vorm van de bacterie</p><p>Cytoskelet → bacillus</p><p>Geen cytoskelet → coccus</p>
28
New cards

Endosporen

Meest resistente van alle levensvormen (≠ schimmelsporen!)

Om te ontsnappen aan ongunstige omgevingsomstandigheden: uitputting voedingsstoffen, hoge temp, ...

Geslachten (Gram-pos): voornamelijk Bacillus en Clostridium

<p>Meest resistente van alle levensvormen (≠ schimmelsporen!)</p><p>Om te ontsnappen aan ongunstige omgevingsomstandigheden: uitputting voedingsstoffen, hoge temp, ...</p><p>Geslachten (Gram-pos): voornamelijk Bacillus en Clostridium</p>
29
New cards

Endosporen: kieming

Kieming = terugkeer naar vegetatieve toestand vanuit spore

NIET reproductief (1 cel vormt 1 endospore)

Plaats van endospore → identificatie

<p>Kieming = terugkeer naar vegetatieve toestand vanuit spore</p><p>NIET reproductief (1 cel vormt 1 endospore)</p><p>Plaats van endospore → identificatie</p>
30
New cards