Definitie van termen: Johansson, het nut van er, rotwoordjes

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/9

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

10 Terms

1
New cards
metalinguïstische bewustzijn
het bespreken van en redeneren over taal zelf, dat wil zeggen de structuur en functie van een taal. Het wordt gekoppeld aan de crosslinguistic awareness bij de taalleerder
2
New cards
crosslinguistic awareness
het gaat om de specifieke kennis over in hoeverre de structuur van 2 of meerdere talen verschillen en overeenkomen, niet slechts om de beheersing van deze talen
3
New cards
functioneel draagvlak
Het is vergelijkbaar met de term “functionele bovenkant”. Het werd geïntroduceerd in onderzoeken over positieww. Met het ww “staan” wordt de component functioneel draagvlak geactiveerd. Als men zegt dat een bord ligt ipv staat dan weten we dat de functionele bovenkant niet geactiveerd is maar dat het bord waarschijnlijk op de grond is gevallen
4
New cards
presentatief “er”
staat in mededelende zinnen op de eerste plaats van de zin of bij inversie, na de persoonsvorm. Je gebruikt het voornamelijk bij een onbepaald onderwerp en als vervanger van een onderwerp in passieve zinnen (Er staat een man voor de deur)
5
New cards
locatief “er”
het duidt een plaats aan (Ik woon er al jaren)
6
New cards
prepositioneel “er”
in combinatie met een voorzetsel (hij dacht er vaak aan)
7
New cards
Partikel
In taalkunde kunnen partikels voor verschillende dingen gebruikt worden. Eerst voor het niet werkwoordelijke deel van scheidbare samengestelde ww (op in opbellen) Tweede wordt het gebruikt als overkoepelende term voor alle onverbuigbare woorden: voegwoorden, tussenwerpsels, bijwoorden enz. Hun betekenis is heel moeilijk te omschrijven. We kunnen 3 soorten partikels onderscheiden: focuspartikels, graad en modale partikels
8
New cards
Focus partikels
plaatsen een zinsdeel op de voorgrond en suggereren bovendien dat datgene wat op de voorgrond geplaatst wordt, anders is dan verwacht kan worden (zelfs, alleen, ook) Een hele belangrijke groep binnen die focuspartikels is de tijdspartikels (al, nog, pas, weer)
9
New cards
Graadpartikels
zeggen iets over de mate waarin iets het geval is en verbinden daar gelijk een waardeoordeel aan (zo, erg, te)
10
New cards
Modale partikels
ze kunnen de betekenis van zinnen op heel subtiele manieren veranderen. Ze brengen bijzondere betekenisschakeringen aan. Daarom worden ze ook schakeringspartikels genoemd. Ze kunnen niet beklemtoond worden, niet in hun eentje vooraan in de zin staan en niet ontkend worden (nou, dan toch, wel, maar, eens, even) Ze staan meestal in het midden van de zin. Ze worden vaak naast elkaar in een zin geplaatst: kuddediergedrag (Geef de boeken dan nu toch eindelijk maar eens even hier)