1/579
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
mtu - watu (1/2)
mens
-a kutosha
genoeg
-acha
verlaten, achterlaten
-aga
afscheid nemen van
-alika
uitnodigen
-alikwa
uitgenodigd worden
-ambia
vertellen
-amka
wakker worden
-amka
opstaan, wakker worden
-amsha
iemand wakker maken
-amsha
‘wekken’
-amua
beslissen
-andaa
klaarmaken
-andama
‘volgen, opvolgen, na iemand komen’
-andika
schrijven
-angalia
kijken
-anguka
vallen
-angusha
neergooien, laten vallen, ruineren
-anza
beginnen, beginnen
-badilisha
-badilishana
veranderen, ruilen met
-bichi
onrijp
-bidi
nodig zijn
-bisha
oneens zijn
-bishana
argumenteren
-bivu
rijp
-bomoa
afbreken
-chagua
-changanya
mengen
-changanya akili
verwarren
-chapishwa
gepubliceerd worden
-chekesha
‘doen lachen’
-chemka
koken
-chemka
‘koken - intr.’
-chemsha
doen koken
-cheza
spelen, dansen
-cheza mpira
voetballen - voetbal
-choma
braden, roosteren, branden
-dhani/-fikiri
denken
-dharau
verachten, misprijzen
-dondoa
beetje bij beetje oppakken, selecteren
-elekeza
iemand de weg wijzen, instrueren
-elewa
begrijpen
-endelea
doorgaan
-endesha
rijden - een voertuig, beheren - een bedrijf
-endesha gari
een auto besturen
-enyewe
‘zelf’
-faa
nuttig, juist, passend zijn
-ficha
verbergen
-fuata
volgen
-fukuza
verjagen, wegjagen
-fundisha
leren
-somesha
onderwijzen, opvoeden
-funga
sluiten, vergrendelen
-fungana
een doelpunt of punt scoren in het kader van een sportwedstrijd
-funguka
‘zich openen; open kunnen/zijn’
-funika
‘bedekken’
-funza
opvoeden, onderwijzen, aanleren - vooral goede manieren
-furahia
‘genieten van’
-gandana
aan elkaar vastzitten, snel verharden - bevroren
-gawana
‘onder elkaar verdelen’
-gawanya
delen, verdelen
-geuka
zich omdraaien
-geukia
zich omdraaien naar, zich wenden naar
-gomba
schelden, argumenteren, oneens zijn
-gombana
ruziën, argumenteren
-gongwa
geslagen worden
-gusa
aanraken
-hakikisha
ervoor zorgen
-hama
verhuizen - weg van
-hamia
verhuizen - naar
-haribu
havenen, stuk maken, vernielen
-hisi
voelen
-hudhuria
aanwezig zijn
-husika
‘betroffen zijn’ - be concerned
-husu
betreffen
-iba
stelen
-imba
zingen
-inama
bukken, buigen
-ingia
binnengaan
-ingine
een ander, een - ander
-ingiza
‘binnenlaten, -brengen’
-jaa
‘vol zijn/raken’
-jaza
vullen
-jikuta
jezelf vinden
-jishughulisha
bezig zijn met, zich bezighouden met
-jua
‘weten, kennen’
-julikana
‘gekend/kenbaar, beroemd zijn’
-julisha
veroorzaken, iemand laten weten
-kali
scherp, sterk
-kalisha
‘laten zitten’
-kamata
grijpen, nemen, vasthouden, vangen
-kanyaga
‘onder de voet lopen’
-karibisha
verwelkomen, uitnodigen
-karibishwa
verwelkomd worden, ontvangen/uitgenodigd worden
-kataa mwaliko
een uitnodiging afslaan
-kataa
weigeren
-kataza
verbieden
-katwa
geknipt worden
-kimbia
‘- weglopen’