een staat waarin burgers met grondrechten worden beschermd tegen machtsgebruik en willekeur van de overheid
New cards
2
sociale rechtstaat
wetten en voorzieningen om welvaart en de welzijn van burgers te bevorderen
New cards
3
indoctrinatie
Het proces waarbij mensen langdurig, systematisch en dwingend eenzijdige opvattingen opgedrongen krijgen met de bedoeling dat zij deze opvattingen kritiekloos overnemen.
New cards
4
sociale ongelijkheid
Ongelijke verdeling in de maatschappij van kennis, financiële middelen en (politieke) macht.
New cards
5
sociale cohesie
De mate waarin mensen zich verbonden voelen met elkaar
New cards
6
waarden
Uitgangspunten of principes die mensen belangrijk vinden in hun leven.
New cards
7
Normen
Regels over hoe iemand zich in een bepaalde situatie behoort te gedragen.
New cards
8
Autoritaire staat
Een bestuursvorm waarbij alle macht in handen is van één persoon (dictator), een familie, een kleine groep mensen, een partij of militairen.
New cards
9
Democratische rechtsstaat
Een bestuursvorm waarbij burgers mogen meedoen aan vrije verkiezingen en zo indirect kunnen meebeslissen over politieke kwesties.
New cards
10
Rechtszekerheid
Erop kunnen rekenen dat rechten gerespecteerd worden.
New cards
11
Soevereiniteits- en democratiebeginsel
Alle mensen sluiten gezamenlijk een vredesakkoord, het sociaal contract.
New cards
12
Legaliteitsbeginsel
De overheid mag alleen de vrijheid van burgers inperken als de rechtmatigheid van die beperking is vastgelegd in wetten en regels die door het parlement zijn aangenomen.
New cards
13
Beginsel van de trias politica
De spreiding van de macht van de overheid over de wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht.
New cards
14
Verlichte dictatuur
Een autoritair regime waarin de machthebber in zekere mate rekening houdt met de bevolking.
New cards
15
Sociaal grondrechten
Economische, sociale en culturele rechten die de overheid niet kan garanderen, maar waar zij zich wel voor moet inspannen.
New cards
16
verticale werking
Grondrechten kunnen door burgers worden uitgeoefend tegenover de staat.
New cards
17
horizontale werking
Burgers kunnen zich tegenover elkaar op hun grondrechten beroepen.
New cards
18
wetgevende macht
Deze staatsmacht maakt de wetten waaraan burgers en overheid zich moeten houden.
New cards
19
uitvoerende macht
Deze staatsmacht zorgt ervoor dat eenmaal goedgekeurde wetten worden uitgevoerd.
New cards
20
Constitutionele monarchie
Constitutionele monarchie
New cards
21
Klassiek grondrechten
Burgerlijke en politieke rechten die de overheid moet garanderen.
New cards
22
Nachtwakersstaat
Een staat die zich voornamelijk inzet voor bewaking van de veiligheid van de burgers.
New cards
23
Recht
Het geheel van in wetten vastgelegde regels.
New cards
24
Rechterlijke macht
Deze staatsmacht beoordeelt of burgers of machthebbers wetten hebben overtreden en doet uitspraak in conflicten.
New cards
25
Privaatrecht
Dit rechtsgebied regelt de afspraken tussen burgers onderling.
New cards
26
Rechtspersonen
Partijen in het burgerlijk recht, zoals burgers, verenigingen, bedrijven.
New cards
27
Geschil
Het conflict dat je aan de rechter voorlegt.
New cards
28
Vonnis
Bindende uitspraak van de rechter in een rechtszaak.
New cards
29
Kort geding
Versnelde en vereenvoudigde procedure voor spoedeisende zaken.
New cards
30
Publiekrecht
Rechtsgebied dat de verhoudingen tussen burgers en overheid en tussen overheden onderling regelt.
New cards
31
Mediation
Conflictoplossing met behulp van een onafhankelijke bemiddelaar.
New cards
32
Bestuursrecht
Rechtsgebied dat aan de orde is op bijna alle terreinen waarop de overheid actief is.
New cards
33
Jurisprudentie
Alle eerdere uitspraken van alle rechters samen.
New cards
34
Rechtsorde
De manier waarop het recht is georganiseerd.
New cards
35
Discretionaire bevoegdheid
De bevoegdheid om in sommige gevallen zelfstandig beslissingen te nemen over hoe een wet wordt toegepast.