Nederlands woorden schat trim 3 jaar 1

studied byStudied by 0 people
0.0(0)
Get a hint
Hint

act/ acts -acteur -acteren

1 / 62

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

Dutch

63 Terms

1

act/ acts -acteur -acteren

een optreden of deel van een optreden

New cards
2

ambitie/ ambities -ambiëren

gedrevenheid/ ernaar streven om veel te bereiken

New cards
3

beuken

hard slaan of kloppen

New cards
4

commercieel

gericht op het maken van winst

New cards
5

deinen -de deining

langzaam op en neer gaan

New cards
6

editie/ edities

een versie/ aflevering

New cards
7

evenement/ evenementen

een belangrijke gebeurtenis

New cards
8

joelen -het gejoel

luid en uitbundig roepen

New cards
9

kabbelen -de kabbeling

zachtjes golven

New cards
10

ontzet - de ontzetting

ontsteld door schrik verbijsterd

New cards
11

paviljoen

lichtgebouwd huisje of overdekte stellage in parken, op feestterreinen

New cards
12

randanimatie/ randanimaties -animeren

activiteiten om mensen bezig te houden naast de hoofdactiviteit

New cards
13

romantisch -de romantiek - de roman

dromerig/ zonder rekening te houden met de werkelijkheid

New cards
14

slenk / slenken

geul in een strand / schor, schorren (inkaping in zand waar meestal water doorloopt)

New cards
15

vlijen -het gevlij

zachtjes neerleggen

New cards
16

accentueren -het accent

markeren/ onderstrepen/ beklemtonen

New cards
17

analyse/ analysen/ analyses -analyseren - de analist

het onderzoek/ de ontleding

New cards
18

bijt/ bijten

een niet bevroren plek in het ijs

New cards
19

cryptisch -de cryptologie- de cryptogram- de crypte

met een verborgen betekenis verbloemd

New cards
20

functioneren -de functie -functioneel

werken

New cards
21

gedijen

goed groeien/ makkelijk overleven/ bloeien

New cards
22

gunstig -de gunst

positief/ goed/ voordelig

New cards
23

kolonist/ kolonisten -de kolonie- koloniaal- koloniseren

wie als eersten een bepaald gebied betreed

New cards
24

osteoporose - de osteopaat -osteologie

snellere afbraak dan aanmaak van bot (bv. bij ouder worden), waardoor de botten broos worden en de kans op breuken stijgt

New cards
25

universum/ universums/ universa -universeel

het heelal/ de ruimte

New cards
26

een vreemde eend aan de bijt

een vreemde tussen allemaal bekenden

New cards
27

het aanzien -aanzien

achtig/ gunstig mening omtrent iemand

New cards
28

apenkooien

tikkertje spelen op gymtoestellen

New cards
29

arresteren - de arrestatie

aanhouden/ inrekenen

New cards
30

bond/ bonden -verbinden

een vereniging

New cards
31

combinatie/ combinaties - combineren

samenvoegen

New cards
32

creëren - de creatie - creatief

scheppen/ maken

New cards
33

extreem -extremist

tot de grens gaand

New cards
34

fysiek -de fysiek -fysisch

lichaamelijk

New cards
35

filosofie/ filosofieën - filosoferen - de filosoof

een levensbeschouwing

New cards
36

freestylen

n een vrije stijl een sport of sportdeel beoefenen, improviseren

New cards
37

illegaal -legaal

onwettig (legaal=wettig)

New cards
38

het internaat/ internaten -intern

een kostschool

New cards
39

instroduceren -de introductie

voorstellen

New cards
40

maximaal -het maximum - de maxima- maximum (bw)

het maximum bereikend (niet gelijk aan minimaal omgekeerde)

New cards
41

multicultereel -de cultuur

elementen van verschillende culturen samengesteld

New cards
42

nomadengezin/ nomadengezinnen -de nomade

rondzwervend gezin/ gezin zonder vaste woonplaats

New cards
43

particulier/ particulieren

niet voor iedereen toegankelijk

New cards
44

prototype/ prototypes/ prototypen

eerste/ oorsprongkelijk model

New cards
45

uitermate

in hoge mate/ buitengewoon/ extreem

New cards
46

verwant (aan) -de verwant

trekken van overeenkomst vertonend

New cards
47

iemand het zwijgen opleggen

iemand de mond snoern

New cards
48

afkickcentrum/ afkickcentra/ afkickcentrums -afkicken

een therapeutische inrichting waar je een ontwenningskuur kunt volgen

New cards
49

anticlimax/ anticlimaxen -de climax

een hoogtepunt dat uitblijft aan het einde van een verhaal

New cards
50

blessure/ blessures/ blessuren -blesseren

een verwonding of letsel

New cards
51

carrière/ carrières

een loopbaan/ de activiteiten op vlak van sport of in beroepsverband die iemand door de jaren heen uitgevoerd heeft

New cards
52

chemicaliën -de chemie

scheikundige stoffen

New cards
53

fenomenaal -het fenomeen

verbazingwekkend

New cards
54

de grimas/ grimassen -grimassen

een vertrokken gelaatsuitdrukking waarbij te zien is dat iemand pijn heeft

New cards
55

hamstring/hamstrings

een spier aan de onderkant van het dijbeen

New cards
56

kibbeling/ kibbelingen

stukjes gepaneerde en gefrituurde vis

New cards
57

lauweren -de lauwerkrans -de laureaat

verheerlijken

New cards
58

muiterij/ muiterijen -muiten

oproer van krijgs/ of scheepsvolk

New cards
59

nabjaar

Antwerps dialect) een vreemde, rare kerel, synoniem van abjaar, napsjaar, hapsjaar, apsjaar

New cards
60

triomferen -de triomf

zegevieren/ de overwinning behalen en dat tonen

New cards
61

in de gaten hebben

doorkrijgen hoe dingen in de gaten zitten/ zicht houden op de situatie

New cards
62

in mineur

in een sombere stemming/ niet vrolijk

New cards
63

ophanden zijn

binnenkort te verwanten zijn/ te gebeuren staan

New cards

Explore top notes

note Note
studied byStudied by 13 people
... ago
5.0(2)
note Note
studied byStudied by 8 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 85 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 46 people
... ago
5.0(2)
note Note
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 31 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 111257 people
... ago
4.9(688)

Explore top flashcards

flashcards Flashcard (230)
studied byStudied by 33 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (218)
studied byStudied by 4 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (57)
studied byStudied by 9 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (171)
studied byStudied by 18 people
... ago
5.0(2)
flashcards Flashcard (25)
studied byStudied by 3 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (52)
studied byStudied by 31 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (78)
studied byStudied by 96 people
... ago
5.0(3)
flashcards Flashcard (24)
studied byStudied by 20 people
... ago
5.0(1)
robot