1/110
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
een opleiding
un apprentissage
een combinatie
une combinaison
een (boot)tocht
une croisière
een bestemming
une destination
een periode, een duur
une durée
een omgeving
un environnement
een tussenstop
un étape
een excursie, expeditie
une expédition
een gastgezin
une famille d'accueil
een grens
une frontière
een wereldreiziger
un globe-trotteur
een onderdompeling
une immersion
een reisroute
un itéraire
een volwassenheid
une maturité
een levenswijze
un mode de vie
een begrip
une notion
een prestatie
une performance
een duik
une plongée
een populatie, een bevolking
une population
een progres, een vooruitgang
un progrès
een besluitvorming
une prise de décision
een verblijf
un séjour
een stage
un stage
een slee
un traîneau
de vakantie
des vacances
efficiënt
efficace
Europees
européen
onvergetelijk
inoubliable
rondreizend, zwervend
itinérant
taal-, taalkundig
linguistique
speels, ludiek
ludique
belangrijk, groot, meerderjarig
majeur
miskend
méconnu
maritiem
nautique
noordelijk
nordique
dagelijks
quotidien
aards
terrestre
uitgebreid, breed
vaste
levend, levendig
vivant
opvangen, onthalen
accueillir
verbeteren
(s')améliorer
temmen
apprivoiser
vormen, samenstellen
constituer
zich verplaatsen
se déplacer
ontvluchten
échapper
zich uitleven
s'éclater
gebruiken
emprunter
begeleiden
encadrer
vastbinden
enchaîner
verkennen
explorer
vertrouwd maken
familariser
voorkomen
figurer
onderdompelen
immerger
toevoegen
joindre
glunderen
jubiler
navigeren
naviguer
toenemen, ontwikkelen
progresser
tijdens
lors de
zoniet
voire
doorheen
à travers
in het buitenland
à l'étranger
heel ver weg, aan het einde
au bout du monde
in residentie
en récidence
het beste passen
convenir le mieux
het gezonde verstand
le bon sens
zich de haren uittrekken
s'arracher les cheveux
deelnemen aan
prendre part à
de borg
la caution
het bureau
le bureau
een hut
une cabane
de kelder
la cave
de schoorsteen
la cheminée
de (slaap)kamer
la chambre (à coucher)
een bevestiging
une confirmation
de gang
le couloir
de keuken
la cuisine
de berging
le débarras
een ruimte
un emplacement
de ingang
l'entrée
de trap
l'escalier
een verdieping
un etage
een vakantiehuis
un gîte
de garage
le garage
de zolder
le grenier
een woning
une habitation
de hal
le hall
een hangmat
un hamac
een gast(heer)
un hôte
de tuin
le jardin
de woonkamer
le living
een verhuring
une location
een overnachting
une nuitée
de kamer
la pièce
de berging
la remise
een vergoeding
une rétribution
het gelijkvloers
le rez-de-chaussée
een woonwagen
une roulotte
de eetkamer
la salle à manger
de badkamer
la salle de bains
de leefruimte
la salle de séjour