Home
Explore
Exams
Search for anything
Login
Get started
Home
Language
French
Voc Dossier 2
5.0
(3)
Rate it
Studied by 14 people
Knowt Play
Learn
Practice Test
Spaced Repetition
Match
Flashcards
Card Sorting
1/181
Earn XP
Description and Tags
French
University/Undergrad
Add tags
Study Analytics
All Modes
Learn
Practice Test
Matching
Spaced Repetition
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced
No study sessions yet.
182 Terms
View all (182)
Star these 182
1
New cards
le transport routier
het wegtransport
2
New cards
le transport ferroviaire
het spoorvervoer
3
New cards
le transport aérien
het luchtvervoer
4
New cards
le transport maritime
het zeevervoer
5
New cards
le transport fluvial
de binnenscheepvaart
6
New cards
un semi-remorque
een trekker met oplegger
7
New cards
un camionneur
een trucker
8
New cards
les marchandises
de goederen
9
New cards
un cargo
een vrachtschip
10
New cards
le fret
de lading, vracht
11
New cards
la cale
het ruim
12
New cards
un moyen de transport
een vervoermiddel
13
New cards
un véhicule
een voertuig
14
New cards
aller quelque part en voiture
ergens naartoe gaan met de wagen
15
New cards
une voiture de location
een huurwagen
16
New cards
une voiture d’occasion
een tweedehandswagen
17
New cards
faire du vélo
fietsen
18
New cards
un(e) piéton(ne)
een voetganger (-ster)
19
New cards
un passage
een doorgang
20
New cards
un passage clouté
een zebrapad
21
New cards
un passage pour piétons
een zebrapad
22
New cards
une zone piétonne
een voetgangersgebied
23
New cards
un trottoir
een voetpad
24
New cards
un(e) cycliste
een fietser (-ster)
25
New cards
un deux-roues
een tweewieler
26
New cards
une piste cyclable
een fietspad
27
New cards
une crevaison
een lekke band
28
New cards
la conduite
een rijstijl
29
New cards
un conducteur (-trice)
een chauffeur, bestuurder (-ster)
30
New cards
un chauffard
een wegpiraat
31
New cards
la circulation
het verkeer
32
New cards
une circulation dense
een druk verkeer
33
New cards
le trafic
het verkeer
34
New cards
démarrer
starten, wegrijden
35
New cards
arrêter / couper le moteur
de motor afzetten
36
New cards
rouler à X km à l’heure
X km per uur rijden
37
New cards
à toute vitesse
in volle vaart
38
New cards
klaxonner
claxonneren
39
New cards
changer de vitesse
schakelen, van versnelling veranderen
40
New cards
passer la marche arrière
in achteruit schakelen
41
New cards
une auto-école
een autorijschool
42
New cards
à gauche / droite
links / rechts
43
New cards
tourner à droite
rechts afslaan
44
New cards
tenir sa droite
rechts houden
45
New cards
tout droit
rechtdoor
46
New cards
faire un détour
een omweg maken, omrijden
47
New cards
une déviation
een omleiding
48
New cards
le code de la route
de wegcode
49
New cards
la priorité
de voorrang
50
New cards
un panneau
een verkeersbord
51
New cards
un sens interdit
een verboden richting, verboden in te rijden
52
New cards
un sens unique
een straat met eenrichtingsverkeer, eenrichtingsstraat
53
New cards
chaussée déformée
slecht wegdek
54
New cards
les gravillons
de steenslag
55
New cards
un parcmètre
een parkeermeter
56
New cards
stationner
parkeren
57
New cards
stationnement interdit
verboden te parkeren
58
New cards
le réseau routier
het wegennet
59
New cards
une voie express
een snelweg
60
New cards
une bretelle
een op- / afrit
61
New cards
un échangeur
een verkeersknooppunt, klaverblad
62
New cards
le péage
de tol
63
New cards
le périphérique
de ring(weg)
64
New cards
un rond-point
een rotonde
65
New cards
une voie sans issue
een doodlopende weg
66
New cards
une impasse
een doodlopende weg
67
New cards
un encombrement
een verkeersopstopping
68
New cards
l’heure d’affluence
het spitsuur
69
New cards
les heures de pointe
het spitsuur
70
New cards
un excès de vitesse
een snelheidsovertreding
71
New cards
une limitation de vitesse
een snelheidsbeperking
72
New cards
un alcootest
een alcoholtest
73
New cards
une contravention
een bekeuring
74
New cards
une amende
een boete
75
New cards
un procès-verbal
een bekeuring, proces-verbaal
76
New cards
la carte verte
een groene (verzekerings)kaart
77
New cards
voyager en train
met de trein reizen
78
New cards
voyager par le train
met de trein reizen
79
New cards
le réseau ferroviaire
het spoortnetwerk
80
New cards
un(e) voyageur (-euse)
een reiziger (-ster)
81
New cards
faire la navette
pendelen
82
New cards
un arrêt de bus
een bushalte
83
New cards
une gare routière
een busstation
84
New cards
un trajet
een traject
85
New cards
une station de métro
een metrostation
86
New cards
une ligne de métro
een metrolijn
87
New cards
une gare
een (trein)station
88
New cards
un quai
een perron
89
New cards
une voie
een spoor
90
New cards
le terminus
het eindsstation
91
New cards
une consigne automatique
een bagagekluis
92
New cards
un ticket
een kaartje
93
New cards
un aller simple
een enkele reis
94
New cards
un aller-retour
een retour
95
New cards
à destination de
naar …, richting
96
New cards
en provenance de
uit…
97
New cards
valable
geldig
98
New cards
la réduction famille nombreuse
de gezinsreductie
99
New cards
un(e) contrôleur (-euse)
een conducteur (-trice)
100
New cards
une salle d’attente
een wachtruimte, wachtzaal
Load more