Examen Pasen '24

studied byStudied by 47 people
5.0(3)
Get a hint
Hint

l’oreille

1 / 93

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

French

94 Terms

1

l’oreille

het oor

New cards
2

les cheveux

de haren

New cards
3

le cou

de nek

New cards
4

le bras

de arm

New cards
5

la main

de hand

New cards
6

le ventre

de buik

New cards
7

le genou

de knie

New cards
8

le pied

de voet

New cards
9

l’oeil

het oog

New cards
10

la bouche

de mond

New cards
11

le nez

de neus

New cards
12

la santé mentale

de mentale gezondheid

New cards
13

prendre soin de

zorg dragen voor

New cards
14

la priorité

de prioriteit

New cards
15

prioritaire

prioritair, wat voorrang krijgt

New cards
16

prioriser

voorkeur geven aan

New cards
17

prendre conscience de

beseffen, zich bewust worden van

New cards
18

la pensée

de gedachte

New cards
19

la respiration

de ademhaling

New cards
20

la détente

de ontspanning, de rust

New cards
21

se détendre

zich ontspannen

New cards
22

détendu(e)

ontspannen

New cards
23

suffisamment

voldoende

New cards
24

insuffisamment

onvoldoende

New cards
25

ressentir le besoin de

de behoefte voelen om

New cards
26

relaxant(e)

ontspannend

New cards
27

relaxer

relaxen

New cards
28

la relaxation

het relaxen

New cards
29

le courage

de moed

New cards
30

encourager

aanmoedigen

New cards
31

courageux, -se

moedig

New cards
32

le courage

de moed

New cards
33

la force

de kracht, de sterkte

New cards
34

la faiblesse

de zwakheid

New cards
35

faiblir

verzwakken

New cards
36

faible

zwak

New cards
37

la méditation

de meditatie

New cards
38

améliorer

verbeteren

New cards
39

avoir confiance en soi/en quelqu’un

vertrouwen hebben in zichzelf/ in iemand anders

New cards
40

avoir une conversation

een gesprek voeren

New cards
41

la santé physique

de fysieke gezondheid

New cards
42

l’orteil

de teen

New cards
43

le cœur

het hart

New cards
44

le coude

de elleboog

New cards
45

le poumon

de long

New cards
46

la gorge

de keel

New cards
47

aveugle

blind

New cards
48

sourd(e)

doof

New cards
49

s’exercer

oefenen, trainen

New cards
50

l’alimentation

de voeding

New cards
51

réduire

verminderen

New cards
52

enrichir

verrijken

New cards
53

faire face à

aanpakken, het hoofd bieden aan

New cards
54

l’équilibre

het evenwicht, de balans

New cards
55

le concours

de wedstrijd

New cards
56

l’équipe

het team

New cards
57

le gagnant, la gagnante

de winnaar, de winnares

New cards
58

participer à

deelnemen aan

New cards
59

être en forme

in vorm zijn

New cards
60

pendant les cours

tijdens de lessen

New cards
61

pour travailler plus efficacement

om efficiënter te werken

New cards
62

pour améliorer mon français

om mijn Frans te verbeteren

New cards
63

pour obtenir de meilleurs résultats

om betere resultaten te halen

New cards
64

pour élargir mes connaissances

om mijn kennis te vergroten

New cards
65

pour avoir une bonne santé

om een goede gezondheid te hebben

New cards
66

je m'engage à

ik engageer me om

New cards
67

je promets de

ik beloof om

New cards
68

je vais commencer à

ik ga beginnen met

New cards
69

il me faudra

ik zal moeten

New cards
70

écouter les consignes

naar de opdrachten luisteren

New cards
71

faire attention

opletten

New cards
72

écouter les explications du prof

naar de uitleg van de leerkracht luisteren

New cards
73

participer positivement aux activités de classe

positief deelnemen aan de klasactiviteiten

New cards
74

être plus concentré

geconcentreerder zijn

New cards
75

prendre mon journal de classe

mijn klasagenda nemen

New cards
76

ranger ma chambre

mijn kamer opruimen

New cards
77

travailler à un rythme régulier

op regelmatig tijdstip werken

New cards
78

planifier mon travail

mijn werk plannen

New cards
79

mieux apprendre mes leçons

mijn lessen beter leren

New cards
80

étudier le vocabulaire nouveau

de nieuwe woordenschat studeren

New cards
81

réviser les conjugaisons des verbes

de vervoegingen van de werkwoorden herhalen

New cards
82

faire mes devoirs à temps

mijn taken op tijd maken

New cards
83

manger moins de sucreries

minder suikerrijke producten eten

New cards
84

faire plus de sport

meer aan sport doen

New cards
85

me coucher plus tôt

vroeger naar bed gaan

New cards
86

me lever plus tôt

vroeger opstaan

New cards
87

être toujours à temps

altijd op tijd zijn

New cards
88

économiser de l'argent

geld sparen

New cards
89

rester positif

positief blijven

New cards
90

faire du bruit

lawaai maken

New cards
91

déranger les autres

anderen storen

New cards
92

rêver tout le temps

de hele tijd dromen

New cards
93

jouer trop à l'ordinateur

te veel spelen op de computer

New cards
94

oublier mon livre dans mon casier

mijn boek vergeten in mijn locker

New cards

Explore top notes

note Note
studied byStudied by 142 people
... ago
5.0(2)
note Note
studied byStudied by 71 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 190 people
... ago
5.0(3)
note Note
studied byStudied by 6 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 20 people
... ago
4.0(1)
note Note
studied byStudied by 34 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 13 people
... ago
5.0(1)
note Note
studied byStudied by 28 people
... ago
5.0(2)

Explore top flashcards

flashcards Flashcard (138)
studied byStudied by 10 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (44)
studied byStudied by 4 people
... ago
5.0(2)
flashcards Flashcard (24)
studied byStudied by 14 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (24)
studied byStudied by 21 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (50)
studied byStudied by 31 people
... ago
5.0(3)
flashcards Flashcard (67)
studied byStudied by 6 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (103)
studied byStudied by 4 people
... ago
5.0(1)
flashcards Flashcard (43)
studied byStudied by 976 people
... ago
5.0(9)
robot