Communiceren als Kinderbegeleider

Flashcards om de belangrijkste concepten en definities te herhalen.

Communicatie

Het proces van het verzenden en ontvangen van informatie tussen individuen, groepen of entiteiten.

Cruciale aspecten van communicatie

Informatie delen, relaties opbouwen, conflicten oplossen, samenwerken, doelen bereiken.

Non-verbale communicatie

Lichaamstaal, gezichtsuitdrukkingen en gebaren.

Voordelen van goede communicatie

Betere zorg, hoger welbevinden, wederzijds begrip, fijnere samenwerking, meer werkplezier.

Structuur van een gesprek

Begroeting, kennismaking, eigenlijke gesprek, afscheid nemen.

Begroeting

Een gebaar dat sociaal contact op gang brengt.

Kennismaking

Bij de eerste ontmoeting stel je jezelf voor.

Afscheid nemen

Duidelijk maken dat het gesprek is afgerond.

Actief luisteren

Terwijl je aandachtig luistert naar het verhaal van de ander, te kennen geven dat je luistert, dat je begrijpt wat de ander zegt, dat je begrijpt hoe de ander zich voelt.

Ruis in de communicatie

Zender en ontvanger vullen de boodschap (zelf) deels in.

SOFTEN

Smile, Open, Forward, Touch, Eye, Nod.

LSD

Luisteren, Samenvatten, Doorvragen.

LSD - LUISTEREN

Open houding, niet onderbreken, laat eigen mening achterwege, stilte = OK, aanmoedigen.

LSD - SAMENVATTEN

Op een vragende toon samenvatten wat je hoort en checken of je de boodschap goed begrepen hebt.

LSD - DOORVRAGEN

Bijvragen om extra info te krijgen. Open vragen stellen!

OMA

Oordelen, Meningen en Aannames/Advies

ANNA

Altijd Navragen, Nooit Aannemen

Communiceren met jonge kinderen - Taalgebruik

Gebruik eenvoudige taal, benoem wat je ziet, herhaal en breid uit, verbeter niet direct.

Communiceren met jonge kinderen - Andere vormen van communicatie

Non-verbaal, paraverbale communicatie, ooghoogte, lichaamstaal, intonatie.

Communiceren met kinderen - Aandachtspunten

Eerst luisteren, ze voelen vooral, moeilijk om alles onder woorden te brengen, aanspreken op interesses.

Communiceren met kinderen - Respectvol communiceren

Benader een kind met bescheidenheid en respect, kort gesprek, open vragen, rond het gesprek goed af.

Non-verbale signalen

Uitingen die geen woorden bevatten, zoals lichaamshouding, gezichtsuitdrukkingen, en gebaren.

Paraverbale communicatie

De toon, het volume, en de snelheid waarmee gesproken wordt.

Empathie

Het vermogen om de emoties van anderen te herkennen en erop te reageren.

Assertiviteit

Het uiten van je eigen behoeften en meningen op een respectvolle manier, rekening houdend met de ander.

Open vragen

Vragen die uitnodigen tot een uitgebreid antwoord en meer informatie onthullen.

Gesloten vragen

Vragen die met 'ja' of 'nee' beantwoord kunnen worden en weinig nieuwe informatie opleveren.

Conflictbeheersing

Het vermogen om meningsverschillen op een constructieve manier te bespreken en tot een oplossing te komen.

Culturele sensitiviteit in communicatie

De manier waarop culturele achtergrond de communicatie beïnvloedt.

Feedbackvaardigheden

Het vermogen om feedback te geven en te ontvangen op een manier die de relatie versterkt.

Effectieve communicatie

Het proces waarbij de boodschap van de zender correct geïnterpreteerd wordt door de ontvanger.

Actief luisteren

Aandachtig luisteren naar de spreker, feedback geven en tonen dat je begrijpt wat er gezegd wordt.

Non-verbale communicatie

Communicatie zonder woorden, zoals lichaamstaal, gezichtsuitdrukkingen en gebaren.

Paraverbale communicatie

De manier waarop woorden worden uitgesproken, inclusief toon, volume en spreeksnelheid.

Feedback geven

Reacties geven op iemands gedrag of prestaties, bedoeld om de ander te helpen verbeteren.

Feedback ontvangen

Openstaan voor de mening van anderen over jouw gedrag of prestaties, en hier van leren.

Empathie

Het vermogen om de gevoelens van anderen te begrijpen en je in te leven in hun situatie.

Assertiviteit

Opkomen voor jezelf en je eigen mening geven, met respect voor de mening van anderen.

Conflicthantering

Het omgaan met conflicten op een constructieve manier, gericht op het vinden van een oplossing waar beide partijen tevreden mee zijn.

Culturele sensitiviteit

Het bewust zijn van de verschillen tussen culturen en hier rekening mee houden in de communicatie.

Rapport

Een gevoel van verbinding en wederzijds vertrouwen tussen gesprekspartners.

congruentie

Overeenstemming tussen wat je zegt, hoe je het zegt en wat je uitstraalt.

Actief doorvragen

Gericht vragen stellen om meer informatie te krijgen en de ander aan te moedigen om verder te vertellen.

Samenvatten

In het kort herhalen wat de ander heeft gezegd om te controleren of je het goed hebt begrepen.

Non-evaluatieve reactie

Reageren zonder te oordelen of je mening te geven.