Begrippen M&N V2 periode 1

5.0(1)
studied byStudied by 3 people
GameKnowt Play
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/33

flashcard set

Earn XP

Description and Tags

veel succes

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

34 Terms

1
New cards

Meetinstrument

Hulpmiddel om metingen / waarnemingen te doen

2
New cards

Vergelijken

Het onderzoeken van overeenkomsten (en verschillen) tussen
twee dingen.

3
New cards

Grootheid

Iets wat je kunt meten (bijvoorbeeld lengte)

4
New cards

Eenheid

Een aangenomen maat of hoeveelheid, waarmee we een
grootheid vergelijken als we deze meten.

5
New cards

standaard

Gebruikelijk, gewoon, norm,

6
New cards

standaard eenheden

Internationaal overeengekomen maat bij bepaalde grootheden.
Daarom ook de voorkeurseenheid.

7
New cards

SI-eenheden

Uniforme internationale standaardeenheden voor het meten van
bijvoorbeeld afstand, massa, snelheid en temperatuur.

8
New cards

Reactietijd

Tijd die verstrijkt tussen het moment van de 'actie' en de door de mens gewenste 'reactie'.

9
New cards

Onnauwkeurigheid

Afwijking tussen de gemeten waarde en de werkelijke (ware)
waarde.

10
New cards

beweging

Een verandering van positie in de tijd

11
New cards

Snel, Snelheid

de grootte van de verandering per eenheid van tijd.

12
New cards

Afstand

Hoeveelheid ruimte tussen twee punten.

13
New cards

tijdsduur

Hoeveelheid tijd die verstrijkt tussen twee momenten.

14
New cards

Assen

'liniaal' (lijn met maatstreepjes) aan de onderkant en zijkant van
een diagram/grafiek.

15
New cards

Astitels

Deze geven aan welke informatie is uitgezet langs de assen, zowel de Grootheid als de eenheid tussen haakjes. Vb: s (m)

16
New cards

Asverdeling

Maatstreepjes die de assen verdelen in gelijke stukjes.

17
New cards

Stevigheid

Steun geven om te zorgen dat je niet in elkaar zakt of bezwijkt
onder je eigen gewicht.

18
New cards

Vorm

Fysiek kenmerk van een voorwerp, de ruimte die het inneemt.

19
New cards

Bescherming

Object (orgaan) beschermen voor gevaar of nadelige gevolgen.

20
New cards

Scharniergewrichten

Gewricht die maar in één richting kan bewegen

21
New cards

Kogelgewrichten

Gewrichten die alle kanten op kunnen bewegen doordat ze zijn opgebouwd uit een bal aan het ene bot en een kom aan het andere.

22
New cards

Rolgewrichten

Gewricht dat ervoor zorgt dat het ene bot om het andere heen
kan rollen.

23
New cards

versnelling

Verandering van de snelheid per seconde.

24
New cards

vertraging

Afname van de snelheid per seconde.

25
New cards

Kracht

Oorzaak van een verandering

26
New cards

Kracht uitoefenen

Een verandering teweeg brengen

27
New cards

Force

Het Engelse woord voor kracht.

28
New cards

Newton

Naam van een dode natuurkundige, en de eenheid van kracht.

29
New cards

Evenwicht

Een situatie waarbij zonder verstoring geen verandering zal
plaatsvinden.

30
New cards

Wrijving

De weerstand die optreedt wanneer twee oppervlakken langs
elkaar schuiven, terwijl ze tegen elkaar aan gedrukt worden

31
New cards

Weerstandskrachten

Krachten die tegen de bewegingsrichting in werken.

32
New cards

Veerkracht

De kracht die er voor zorgt dat een veer of elastiek na vervorming (uitrekking) terug naar de oorspronkelijke vorm gaat

33
New cards

massa

Een hoeveelheid stof in kg

34
New cards

traagheid

De mate waarin een voorwerp of object zich verzet tegen
verandering