Discriminatie in het onderwijs: woordenschat + spreekwoorden

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/19

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

20 Terms

1
New cards

asielzoeker

Iemand die in een ander land bescherming vraagt omdat hij in zijn thuisland vervolgd wordt of gevaar loopt. 

2
New cards

etniciteit

Een groep mensen die een gemeenschappelijke culturele achtergrond, taal of geschiedenis deelt.

3
New cards

illegaal

Iemand die zonder geldige verblijfsvergunning in een land verblijft.

4
New cards

kleurling

 Iemand met een niet-blanke huidskleur.

5
New cards

marginalisering

Het proces waarbij bepaalde groepen aan de rand van de samenleving worden gedrukt en minder kansen krijgen.

6
New cards

integratie

Het proces waarbij bepaalde groepen aan de rand van de samenleving worden gedrukt en minder kansen krijgen.

7
New cards

segregatie

De scheiding van verschillende groepen binnen een samenleving, bijvoorbeeld op basis van ras, religie of sociale status.

8
New cards

assimilatie

 Het proces waarbij een minderheidsgroep volledig opgaat in de dominante cultuur en de eigen gebruiken en identiteit verliest.

9
New cards

xenofobie

Angst of afkeer voor vreemdelingen of mensen uit andere culturen.

10
New cards

globalisering

Wereldwijde verbondenheid op economisch, cultureel vlak. 

11
New cards

de spuigaten uitlopen

Dit betekent: het te ver gaat en onaanvaardbaar wordt.

Etymologie: ‘Spuigaten’ zijn de openingen in een schip waardoor water wordt afgevoerd. Als deze overlopen, is er een probleem.

12
New cards

op de keper beschouwd

Dit betekent: bij nader inzien, als je iets nauwkeurig onderzoekt, klopt het.

Etymologie: een ‘keper’ is een weeftechniek waarbij de draden zorgvuldig worden bekeken.

13
New cards

veel in zijn mars hebben

tot veel in staat zijn, goed zijn, veel verwachtingen.

Etymologie: Met een mars is hier eigenlijk de mand van een rondreizende koopman (een marskramer) bedoeld. Zo'n marskramer droeg daar zo veel mogelijk goederen in mee. Veel in je mars hebben betekende oorspronkelijk dan ook 'veel voorraad hebben'.

14
New cards

uit de band springen

Dit betekent dat de mening afwijkt van de norm.

Etymologie: een wagen die ‘uit de band springt’, raakt van het pad.

15
New cards

aan de tand voelen

Iemand ondervragen → in dit geval: Dit betekent dat ze strenger ondervraagd werd.

Etymologie: een paard wordt aan de tanden onderzocht om de leeftijd te bepalen.

16
New cards

bakzeil halen

 Dit betekent dat je zal moeten toegeven of terugkrabbelen, je houding veranderen.

Etymologie: ‘bakzeil halen’ is een zeilterm waarbij de zeilen worden teruggedraaid om snelheid te minderen.

17
New cards

net door de beugel kunnnen

Dit betekent dat het niet aanvaardbaar is.

18
New cards

vertrekken met stille trom

 Dit betekent zonder ophef of eer vertrekken.

Etymologie: vroeger verlieten soldaten hun post zonder tromgeroffel als ze niet geëerd werden.

19
New cards

eerste viool spelen

de leider zijn

20
New cards

de loef afsteken

iemand overtreffen, beter zijn