les 12: taalfilosofie + wijsbegeerte

continentale en analytische wijsbegeerte

taal - denken

rode draad in (taal)filosofie = verhouding tussen …

• opgevat als parallel

autonomie

taal gezien als ontstaan uit …

genesis

taal = macht + autonomie gegeven

• mens gaat met taal symbolische orde in leven heersen

heteronomie

Derrida = wij zijn geen meesters over taal, enkel vorm tekenleer gaat ons vooraf

modus significandi

= wijze v betekenisgeving, wijze van uitdrukking

parallel in werkelijkheid

hoe alle modussen in realisme

parallel niet tot in werkelijkheid

hoe alle modussen in idealisme

modus intelligendi

denken (modus)

modus significandi

taal (modus)

modus essendi

zijn (modus)

analytische

soort wijsbegeerte

• 20e eeuw: VK, Bertrand Russel

• alternatief tegen Hegeliaanse invloeden

Hegelianisme

wat is analytische wijsbegeerte niet

→ wel alles dat niet continentaal

Kant

welke filosoof bij beide wijsbegeerten?

positivistisch

analytische wijsbegeerte

• meer aandacht logisch taalgebruik

• .. perspectief, bv. Comte

  • = kijken nr data, kwantitatieve gegevens

continentale

soort wijsbegeerte

• absoluut idealisme, fenomenologie, existentialisme, pscyhoanalyse ,….

• synthetiserende systemen, minder aandacht logica

Rorty

persoon: hoe verschillend ook zijn, beide wijsbegeertes gekenmerkt door ‘linguistic turn’

linguistic turn

= wending naar taal, ‘wat is taal’, hoe verhouden naar werkelijkheid

logische - dagelijkse

binnen analytische wijsbegeerte 2 soorten analysen van taal

logische taal

analyse van taal: Wittgenstein I (>1910)

• wat is zinvol taalgebruik, welke criteria

= neopositivistische fase

dagelijkse taal

analyse van taal: Wittgenstein II (> 1930)

• hoe werkt taal, communicatie bouwvakkers

= gelijkenissen Derrida