1/177
Flashcards voor DNA tentamen
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Transformatie
Verandering in genotype en fenotype t.g.v. assimilatie van extern DNA door cel
Mogelijke genotypes
Mogelijke genotypes = n(n+1)/2 met n = aantal allelen
Virus
DNA/RNA omringd door beschermende laat (coat) bestaand uit eiwit
DNA
Stikstofhoudende base (nucleotides) + pentose(5)-suiker Deoxyribose + fosfaatgroep
DNA uiteinden
Het 5'-uiteinde van een DNA draagt een fosfaatgroep op het 5'- koolstofatoom. Het 3'- uiteinde heeft een vrije hydroxylgroep (–OH) aan het 3'-koolstofatoom van de suiker.
RNA
Stikstofhoudende base + 5-suiker (pentose) Ribose + fosfaatgroep, Minder stabiel, enkelstrengs
Purines
Guanine en Adenine met 2 ringen
Pyrimidines
Cytosine, Thymine en Uracil met één ring
DNA replicatie
Proces waarbij DNA wordt gekopieerd
Origing of replication
Replicatie van DNA molecuul begint op een specifieke sequenties
Semi-conservatief model
Type van DNA replicatie waarbij de gerepliceerde dubbele helix bestaat uit één oude streng en één nieuwe streng
Conservatief model
Ouderlijke streng komt compleet bij elkaar na replicatie
Dispersief
Alle 4 volgende gerepliceerde helices hebben mix van oud en nieuw
Replication fork
Y-gevormde locatie waar ouderlijke strengen van DNA ontwonden worden
Helicase
Enzym dat dubbele helix ontwind op replication forks waardoor ze beschikbaar komen als template strengen
Single-strand binding proteins
Binden aan ongepaarde DNA-strengen en stabiliseert zodat strengen niet opnieuw binden
Topoisomerase
Verlicht spanning door verbreken DNA-strengen, draaien en weer samenvoegen
Primer
Aanhechtingspunt voor DNA-replicatie = complementair aan oude streng
DNA-polymerase III
Blijft in replicatievork op templatestreng en voegt continue nucleotiden toe op leading-strand
Lagging strand
Achterblijvende streng die weg van replicatievork werkt (discontinue)
DNA-polymerase I
Vervangt RNA tot DNA die gevormd zijn door primer
DNA ligase
Verbindt suikerfosfaat-ruggengraat van alle Okazaki-fragmenten tot continue DNA
Mismatch-reparatie
Verwijderen en vervangen door enzymen van verkeerd gepaarde nucleotiden die het gevolg zijn van replicatiefout
Nucleotide- excisiereparatie
Excideren = eruit knippen van beschadigd DNA door het enzym nuclease
Telomeren
Bevatten geen genen, bestaat uit korte herhalingen van één nucleotide sequentie aan uiteinde van chromosoom
Telomerase
Katalyseert verlenging van telomeren in eukaryotische geslachtcellen, waardoor oorspronkelijke lengte wordt hersteld en verkorting gecompenseerd
Chromatine
Eiwit, waaruit chromosoom bestaat
Euchromatine
Minder compacte, meer erspreide interfase chromatine
Heterochromatine
Meer compacte, dichter ogende
Nucleosoom
Fase waarin het om histonen zit gewikkeld in bloemvorm
Nucleofilament
Samenkomst van nucleosomen in 30-nm fiber
Linker DNA
Verbindt de histonen
Genexpressie
Proces waarbij DNA synthese van eiwitten aanstuurt in twee fasen: Transriptie en Translatie
Wild-type
Normale niet gemuteerde vorm van gen, organisme of eigenschap
Transcriptie
Synthese van RNA door informatie uit template streng van DNA
Translatie
Synthese van polypeptide door informatie uit mRNA met behulp van ribosomen
Pre-mRNA
Waar intronen en exonen nog aanwezig zijn, worden verwijderd door DNA processing. Alleen in eukaryoten
RNA-polymerase
Wrikt twee DNA-strengen uit elkaar en verbindt RNA-nucleotiden die complementair zijn aan DNA-template streng
Promotor
Dna-sequentie waar RNA-polymerase bindt en transcriptie initieert
Terminator
Sequentie die het uiteinde van transcriptie signaleert
Transcription unit
Deel van DNA dat wordt omgezet in RNA
Startpunt
Nucleotide waar RNA-polymerase start met het maken van mRNA
Openreading frame (ORF)
Het gehele RNA
Promotor
DNA sequentie direct vóór gen
Pribnow box
Onderdeel van promotor
-35
Onderdeel van promotor
TATA box
Onderdeel van promoter
Transcriptie initiatie complex
RNA-polymerase II
Operator
Regulatie sequentie vlak naast de promoter
Operon
Groep genen die samen worden afgeschreven vanaf één promoter
Enhancer
DNA sequentie dat activiteit van een promoter versterkt
Silencer
Tegenovergestelde Enchancer
Core-elementen
Onderdeel core-promotor
Terminatie
RNA-polymerase schrijft sequentie over op DNA
5-cap
Gemodificeerde vorm van Guanine (G) op 5-end na transcriptie van eerste 20-40 nucleotides
Poly-A-tail
Enzym met meer dan 50-250 A nucleotides op 3’-end van pre-mRNA
UTR
Untranslated regions
Coding segment
Locatie waar protein-coding segments bevinden
RNA-splicing
Verwijderen van intronen en samenvoegen van exonen
Spliceosome
Splitst RNA door binden uiteindes RNA intron
Ribozym
RNA-molecuul wat functioneert als enzym
Alternatieve splicing
Type eukaryote genregulatie op RNA- verwerkingsniveau waarbij verschillende mRNA-moleculen worden geproduceerd uit hetzelfde primaire transcript
Domeinen
Afzonderlijke structurele en functionele regio van een eiwit
Transfer mRNA (tRNA)
RNA-molecuul dat functioneert als vertaler tussen aminozuur en eiwit taal door het oppikken van een specifiek nucleïnezuur en dit over te dragen naar ribosoom waar tRNA de juiste codon in het mRNA herkent
Ribosoom
Structuur gemaakt van proteïnes en RNA
Anticodon
Nucleotide triplet op een uiteinde van tRNA-molecuul dat basepaard met specifieke complementaire codon op een mRNA-molecuul
Initiator tRNA
Geeft tRNA het startsein
Aminoacul-tRNA synthetase
Koppelt aminozuur met tRNA
Wobble
Flexibele basenparing
Ribosomaal RNA (rRNA)
RNA moleculen dat samen met eiwitten een ribosoom vormt
Signal peptide
Sequentie van 20 aminozuren op of bij de N-terminus dat polypeptide naar ER of andere organellen brengt
Signal-recognition particle (SRP)
Herkent signalpeptide als het samenvoegd van ribosoom en helpt begeleiden van ribosoom naar ER door binden met receptro eiwit op ER
Polyribosomes
Groep verschillende ribosomen gebonden aan (en vertalen) hetzelfde mRNA-molecuul
Mutatie
Verandering in nucleotide sequentie van DNA van een organisme of DNA/RNA van virus
Puntmutaties
Verandering in één nucleotidepaar van een gen
Nucleotide paar substitutie
Één nucleotide in een DNA-streng en partner in complementaire streng is veranderd door een ander paar
Silent mutatie
Heeft geen effect op het fenotype
Missense mutatie
Resulteert in codon dat codeer voor ander aminozuur
Nonsense mutatie
Mutatie dat aminozuur verandert in stop-codon
Mutageen
Chemische of fysieke stof (agent) dat met het DNA interacteert, wat mutatie veroorzaakt
Gene echting
Veranderen van genen op specifieke, voorspelbare wijze
CRSPR-CAS 9 systeem
Techniek voor bewerken genen, door gebruik te maken van bacterieel eiwit CAS-9, gekoppeld aan gids RNA dat complementair is aan gen sequentie van interesse.
Feedback inhibition
Wanneer een stof ophoopt in de cel, stopt de synthese van de stof door enzymactiviteit te remmen
Promotor
Plek waar RNA-polymerase kan binden
Operator
In bacterieel en faag-DNA een reeks nucleotiden nabij het begin van een operon waaraan een actieve repressor zich kan binden
Operon
Eenheid van genetische functies die voorkomt in bacteriën en fagen
Regulator Gen
Gen dat codeert voor proteïne (zoals repressor) dat de transcriptie van ander gen of groep genen controleert
Repressor
Bindt met operator, wat voorkomt dat RNA-polymerase kan binden
Corepressor
Klein molecuul dat samenwerkt met repressorproteïne om een operon uit te schakelen
Repressible operon
Meestal aan, kan uitgeschakeld worden
Inducible operon
Meestal uit, kan aan geschakeld worden
Β-galactosidase
Katalysator van omzetting disaccharide lactose in glucose + galactose
Inducer
Specifiek klein molecuul dat bindt met bacteriële repressor
Negatieve feedback
Als er genoeg geproduceerd is, stopt productie dus eindproduct remt eigen productie
Positieve feedback
Eindproduct stimuleert eigen productie katabolies proces
Precursors
Beginstof die wordt omgezet in andere stof
Cyclisch AMP (cAMP)
Detecteert verlaagde glucose concentratie
Activator
Eiwit dat bindt aan DNA en transcriptie van gen stimuleert
Host controlled restriction
Experiment dat liet zien dat bacteriën viraal DNA kunnen afbreken, terwijl eigen chromosomaal DNA niet geknipt werd
Endonuclease
Verbreken van chemische verbindingen aan de binnenkant door restrictieenzymen