1/81
Flashcards voor de geschiedenis van het publiekrecht in de Verenigde Staten.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
Kolonisatie van Amerika
Begint met de kolonisatie van het Amerikaanse continent door de Spanjaarden in 1492.
Boekaniers
Belangrijke figuren zoals Francis Drake en Walter Raleigh speelden een rol in de stichting van de kolonie Virginia.
Nieuw Amsterdam
Opgericht rond 1624 door de Republiek der Verenigde Provinciën, gericht op handel in pelsen en tolerantie.
New York
Ingenomen door de Engelsen zonder geweld en hernoemd naar Jacobus II, Hertog van York.
Kolonisatiestrategie van de Republiek der Verenigde Provinciën
Kenmerkte zich door weinig emigratie uit de Republiek en meer focus op kolonies in Indonesië en de Caraïben.
Kolonisatiestrategie van de Engelse Kroon
Richtte zich op de kolonies om (religieuze) dissidenten naartoe te sturen.
Edict van Nantes
Voorzag in religieuze tolerantie, maar werd teruggedraaid onder Lodewijk XIV.
Protestantse dissidenten
Stichtten kolonies in New England vanwege religieuze vervolging.
Quakers
Waren tolerant en verzetten zich tegen hiërarchie in kerkelijke organisaties.
Calvinisten
Hadden conservatieve, puriteinse opvattingen en geloofden in hard werken.
The Mayflower mythe
Separatisten die het anglicanisme verwierpen en zich vestigden rond Boston.
Crown colonies
Rechtstreeks bestuurd door Europese mogendheden via een gouverneur.
Chartered colonies
Eigen charter met vertegenwoordigende instellingen die geraadpleegd moesten worden door de gouverneur.
Proprietary colonies
Stukken grond toevertrouwd aan personen of aandeelhouders door de Koning.
Slaven
Vervingen Europese arbeiders om plantages te bewerken.
Producten van plantages
Suiker, katoen, tabak, koffie, indigo, rum en zilver.
Driehoekshandel
Gestart door de Republiek in 1619.
Driehoekshandel
Zorgt voor bloei van steden zoals Amsterdam, Liverpool, Bordeaux en Nantes.
Slaven
Geen rechten en werden beschouwd als roerende goederen.
Inheemse bevolking / indianen
Vormden een externe factor en kenden geen individueel eigendomsrecht.
Animisme
Overtuiging dat objecten, plaatsen en wezens allemaal een afzonderlijke spirituele essentie bezitten.
Inheemse bevolking
Waren slachtoffer van Europese ziektes, plunderingen, fysieke verminkingen en deportaties.
Kolonisten
Eisten dezelfde inspraak, rechten en vrijheden als de elite in Engeland.
Brits-Amerikaanse oorlog 1812-1814
Was het gevolg van expansiedrift van de VS, maritieme disputen en handelsconflicten.
Emigratie vanuit Europa
Aantrekkelijk vanwege de relatief ongeregelde samenleving, het ontbreken van adel en ontginningsmogelijkheden.
Economische grootmachten
Olie, staal, spoorwegen en financieringen.
Zwarte bevolking
Blijft discriminaties ondergaan ondanks de burgeroorlog.
Brits grondwettelijk recht
Vorst is soeverein in zijn parlement, maar dit geldt niet voor de kolonies.
Kolonies
Wordt bestuurd door een gouverneur die soms advies moet inwinnen van een vertegenwoordigend orgaan.
New England
Puriteins, handel ontwikkelt er snel omwille van hun religieuze opvattingen.
James Oglethorpe (Georgia)
Wilde in 1732 een egalitaire landbouwgemeenschap stichten.
John Locke
Ontwerpt grondwet voor Carolina die rechten van aandeelhouders afschermt.
Soevereiniteit respecteren
Voor de Britse Kroon: belastingen betalen, wetgeving naleven en troepen leveren.
Economische discriminatie
Worden fiscaal zwaarder belast dan in Engeland en verplicht om goederen uit Groot-Brittannië aan te kopen.
Stamp Act
Voerde zegelbelasting in op officiële documenten.
Boston Tea Party
Kolonisten gooien Britse thee in het water uit protest tegen het monopolie van de corrupte Oost-Indische Compagnie.
Revolutie
Economische elite die zelf handelsbeleid wil bepalen en de lagere klassen weet te mobiliseren.
Afgevaardigden van kolonies
Vormen in 1774 een Continentaal Congres (grondwetgevende vergadering).
Klassieke argumentatie in Continental Congress
Verbreken door de Koning van het contract met zijn onderdanen.
Thomas Paine's 'On Common Sense'
Pleit voor de volledige onafhankelijkheid van de Dertien Kolonies.
Coercive/Intolerable Acts
Geldende koloniale rechtswaarborgen ingetrokken + handelsbeperkingen.
Reactie Continental Congress
Handel met GB wordt opgezegd tot belastingen zakken (naar peil 1763).
Frankrijk
Steunt de Amerikaanse revolutionairen onder Lodewijk XVI.
Onafhankelijkheidsverklaring van 4 juli 1776
Verschaft Engelse recht af en stapt uit juridische constructie GB.
Staten
Kennen zichzelf volledige soevereine bevoegdheid toe.
Lokale grondwetten (staten)
Sociaal-conservatief of meer liberaal/progressief.
Bill of Rights
Veel gelijkenissen met de Bill of Rights van John Locke uit 1689.
Afgevaardigden van Dertien Koloniën (1777)
Komen samen om een confederatie van onafhankelijke staten te vormen.
Articles of Confederation
Geratificeerd door alle staten in 1781.
Bedoeling Articles of Confederation
Horizontale samenwerking tussen staten i.f.v. “common defense, security of liberty and general welfare”.
Staten in confederatie
Afstand van recht om buitenlandse betrekkingen te voeren en vrij verkeer tussen alle staten.
Congres (Articles of Confederation)
Gemodelleerd op Staten-Generaal Republiek der Verenigde Provinciën.
Committee
Uitvoerend orgaan, permanent wanneer Congres in reces is.
Noodzaak herzien confederale systeem
Hoge meerderheidsdrempel (2/3), geen werkelijke uitvoerende macht en handel niet op confederaal niveau geregeld.
Federalists
Sterke centrale regering die steunt op beslissingen in bicameraal wetgevende macht.
Anti-federalists (of particularisten)
Macht bij de staten obv. idee van volkssoevereiniteit.
Virginiaplan
Wetgevende kamers duiden uitvoerende macht aan en ‘grondwettigheidstoetsing’ door Revisieraad.
New Jersey-plan
Monocameraal parlement met gelijke vertegenwoordiging.
Compromis (Grondwet 1787)
Senaat die staten vertegenwoordigt / Kamer die bevolking vertegenwoordigt.
Compromis (Grondwet 1787)
Geen residuaire bevoegdheid voor federale overheid: bevoegdheden federatie worden limitatief opgesteld.
Federalists (ratificatie Grondwet)
Publiceren onder schuilnaam Publius – vandaag beter gekend onder ‘Federalist Papers’.
Machtenscheiding en evenwicht
Mixed government (Aristoteles) en checks & balances (Locke, Montesquieu).
Federatie
Staatsorganen die staatsmachten uitoefenen met grote mate van onafhankelijk t.o.v. elkaar.
Samenwerking tussen takken
Bv.: federale wetten worden aangenomen door het Congres en ondertekend door de president.
Sterk bicameraal systeem
Congres met 2 wetgevende kamers.
Huis van Afgevaardigden
Om de twee jaar volledig herverkozen (‘midterms’ / midterm elections).
Senaat
Sinds 1913 wel rechtstreek verkozen door kiezers.
President (wetgeving)
Ondertekent tekst die is aangenomen door beide kamers (Bill -> Law).
Congres
Stemt jaarlijks belastingen.
President
Verkozen om de 4 jaar, kan éénmaal herverkozen worden.
Kiesmannen
Grote staten hebben meer kiesmannen en dus grotere invloed.
Regering (Cabinet)
Moeten bevestigd worden door Congres, maar eens aangesteld, enkel nog verantwoordelijk t.o.v. president.
Executive order
In aangelegenheden waar het essentieel is dat uitvoerende macht snel handelt.
Impeachment
Afzetting = wapen van wetgevende macht tegen (vice-)president, ministers, ambtenaren.
Impeachment
Strafproces gevoerd door Kamer (~ raadkamer / KI) en Senaat (~ vonnisgerecht).
Supreme Court
Ruime bevoegdheden en hoogste beroepsinstantie.
Grondwettigheidstoetsing
Niet voorzien in de Grondwet, maar gevestigd via Marbury vs. Madison (1803).
Redenering opperrechter John Marshall
Grondwettelijke beperkingen aan de overheid zijn zinloos als de rechterlijke macht ze niet zou kunnen afdwingen.
Supreme Court
Uitspraken Supreme Court hebben grote precentwaarde, maar men kent wel rechtsommekeer.
Anti-federalists
Meer directe inspraak van het volk (volkssoevereiniteit).
Federalists
Representatief regime > directe democratie: afstand nodig tussen vertegenwoordiger en vertegenwoordigde.
Bill of rights (1791)
Legt accent legt op ‘life, liberty and property’.