duits

vertaling

Übersetzung

de verkoop

der Verkauf

de verkoper

der Verkäufer

die Verkäuferin

de klant

der Kunde

die Kundin

het product

die Ware

de service

die Dienstleistung

het aanbod

das Angebot

die Auswahl (an)

De brochure

die Broschüre

de offerte

das Preisangebot

der Kostenvoranschlag

de prijs

der Preis

de korting

der Rabatt

de kortingsprijs

der Sonderpreis

de prijslijst

die Preisliste

de factuur

die Rechnung

de betaling

die Zahlung

gratis

Kostenlos

vrijblijvend

unverbindlich

de bestelling

der Auftrag

de samenwerking

die Zusammenarbeit

de handelspartner

der Geschäftspartner

die Geschäftspartnerin

overtuigen

überzeugen

een goed imago hebben

einen guten Ruf haben

rood

rot

Oranje

orange

blauw

blau

lichtblauw

hellblau

donkerblauw

dunkelblau

grijs

grau

zwart

schwarz

roze

rosa

Geel

gelb

Waar

wo

Wie

wer

Wie

wer

Wanneer

wann

Wat

was

Hoeveel

Wie viel

Mogen

Dürfen

Mag ik iets drinken

Darf ich etwas trinken

Helpen

helfen

De hulp

Die Hilfe

Willen

wollen

Graag hebben

mögen

Zou graag hebben

möchten

Moeten

müssen

Moeten van een ander

sollen

revolutionair

revolutionär

Zijn prijs waard

Preiswert

Op maat gemaakt

massgefertigt

vergelijken

vergleichen

Compenseren

ausgleichen

De beweging

Die Bewegung

regelmatig

haüfig

De prestatie

Die Leistung

beschikbaar

verfügbar

Modern

Zeitgemass

Kwaliteitsvol

hochwertig

Vertikaal

Senkrecht

Horizontaal

waagerecht

Uniek

einzigartig

Strak

Schlicht

Naadloos

Natlos

Weersbestendig

wetterfest

Waterdicht

wasserdicht

minder

weniger

De lakkerij

Die lackiererei

Poeder

Pulver

Bouwstijl

baulich

Doek

gewebe

Kiezen

wahlen

De screen

Die Markisse

Het resultaat

Das Resultat

Groter dan

Groser als

Even breed

Genau so breit

Laag

niedrig

Spellen

buchstabieren

Wie is de volgende

Wer ist an der Reihe

Moet ik het venster sluiten

Soll ich das Fenster schliessen

Mag ik iets vragen

Darf ich etwas fragen

Ik zou graag koffie drinken, aub

Ich möchte eine Kaffee trinken, bitte

De oproep

Der Anruf

Het toestel

Der Apparat

De naam

Der Name

De agenda

Der Terminkalender

De afspraak

Der Termin

De reden

Der Grund

De file

Der Stau

Het tijdstip

Der Zeitpunkt

Het voorstel

Der Vorschlag

Het terugbellen

Der Rückruf