Hermeskennis voor ontgroeningscantus
Eerste oprichting
1969 door Fons Martens
Naam
Lekoh
Heroprichtingsjaar
1986
Heroprichter
Jan Van Outeren
Naam
Hermes Diepenbeek
Type
VZW
Kleuren
rood => wit => groen
Betekenis kleuren
Rood + wit: de Limburgse kleuren
Groen: de kleur van economie
Hermeslied
Pagina 176
Op wijze van:
Klokke roelandt
schijvers van hermeslied + tekst
F. Vanden Eynde. J. De stoop. +
Diepenbeekse land, toffe gezant,
Gij hebt mijn vrienden hier gegeven.
Veel boek en pen, student die ik ben
Toch sterft gij niet studentenleven.
Ik, econoom, mijn club zijn troon
stevent door toekomst en verleden.
Dan klopt mijn hart, ‘t schiet in bekoring
en ’t warme bloed vloeit door uw stroming.
Mijn trots is HERMES, trouwe hand
Ik deel met u heel Vlaandrenland
Laatste 5 praesessen
2018-2019 Anaïs Claes
2019-2020 Luke Geelen
2020-2021 Frederik Valgaeren v. Coblo
2021-2022 Jules Peeters v. Kait
2022-2023 Jonathan Van Nieuwenhove v. Watts
Wat zijn de eerste 3 liederen van een Hermescantus?
IO VIVAT
GAUDEAMUS IGITUR
HERMESLIED
Praeses
Lander | Kenis |
Vice
June | Vanhoutven |
Vice
Senne | Cycoń v. Plomo |
Quaestor
Basiel | Swerts |
Quaestor
Gitte | Wouters |
Ab-actis
Janne | Simons |
Schachtenmeesteres
Marieke | Stevens |
Schachtenmeesteres |
Emma | Louwet |
Schachtenmeester
Adam | Nilsson v. Bartho |
Schachtenmeester
Vincent | Nouwen |
brand strategist
Reinout | Tuytten |
Cantor
Simon | Marneffe v. Poule |
Media
Michiel | Lintermans |
Media |
Jasmijn | Moonen |
PR
Gilles | Vanstraelen v. Djerrie |
PR
Benoît | Vaes |
Bachus
Kaan | Ağdere |
Domina Liquor |
Yoshua | Appeltans |
C&O (2) |
Femke | Duchateau |
Anna | Bogdanova |
Scriptor
Maud | Ketels |
Sport (2)
Ruben | Martens |
Toon | Hofkens |
Provisor
Tom | Collen |
Oude zak
Lennert | Appelen |
Thematae Noctis (2)
Pauline | Van Dyck v. Phira |
Stiene | Rogiers |
Educa (3)
Xander | Timmermans |
Sebastian | Timmers |
Amber | Thijs |
Io Vivat
Io vivat! io vivat!
Nostrorum sanitas!
Hoc est amoris poculum!
Doloris est antidotum!
3.
Io vivat! io vivat!
Nostrorum sanitas
Nos jungit amicitia,
Et vinum praebet gaudia.
Gaudeamus Igitur
Gaudeamus igitur, juvenes dum sumus; (bis)
Post jucundam juventutem,
Post molestam senectutem,
Nos habebit humus. (bis)
2.
Ubi sunt qui ante nos in mundo fuere? (bis)
Vadite ad superos,
Transite ad inferos,
Ubi jam fuere. (bis)
Student zijn
Een student is een vent met een pijp in den kop
En een pet of een muts scheef erop.
Soms eens centen heeft, meest geen centen heeft.
Keerzang:
En in zorg zorgeloos zijn leven leeft.
Student zijn: dat wordt men niet,
Student zijn: dat leert men niet!
Student zijn: verleert men niet,
Dat is men, of men is het niet.
2.
Een student is een vent, die zijn pint tijdig drinkt,
En wel eens naar ’n mooi meisje pinkt.
Soms een liefje heeft, soms twee liefjes heeft.
3.
Een student is een vent, waar de tijd op verslijt,
Die altijd hier of daar staat in ’t krijt.
Soms miserie heeft, altijd leute heeft.
Ach Lieflijke Meisjes
1.
Er liep eens een schachtje door Leuven;
Hij was vol ijver en vlijt.
Toen zag hij de schoonste schachtin van het jaar,
En droomde van vrijen gaan met haar.
Ach lieflijke meisjes,
Wij hebben geen tijd.
Er valt te blokken:
De FACULTEIT...
Ach lieflijke meisjes,
Wij hebben geen tijd.
Alleen studeren telt
Aan d’Universiteit.
2.
Toen kwam er de dag dat hij groot werd:
Hij ging voor ’t eerst naar de club.
Hij werd er gedoopt en hij dronk er Jack-Op
En gaf voor het bier het meisje op.
Ach lieflijke meisjes,
Wij hebben geen tijd,
Er valt te drinken:
SPECIALITEIT...
Ach lieflijke meisjes,
Wij hebben geen tijd.
Alleen de club die telt
Aan d’Universiteit.
3.
Maar eens komt een eind’ aan ’t studeren.
Dan werkt hij zelf voor zijn brood.
Dan denkt hij aan trouwen, aan kind’ren en huis
En zoekt zich een maagdje rein en kuis.
Ach lieflijk jong meisje,
Nu heb ik wel tijd!
Er valt te trouwen:
MATERNITEIT...
Ach lieflijk jong meisje,
Nu heb ik wel tijd!
Alleen nog trouwen telt
Aan d’Universiteit.
Limburgse Gilde
Waar in 't bronsgroen eikenhout,
't Nachtegaaltje zingt;
Over 't malse korenveld,
't Lied des leeuwriks klinkt;
Waar de hoorn des herders schalt,
Langs des beekjes boord;
Keerzang:
Daar is mijn Vaderland; )bis
Limurgs dierbaar oord! )bis
2.
Waar de brede stroom der Maas,
Statig zeewaarts vloeit;
Weeldrig sappig veldgewas,
Kostlijk groeit en bloeit;
Bloemengaard en beemd en bos,
Overheerlijk glooit.
3.
Waar der vaadren schone taal,
Klinkt met heldre kracht;
Waar men kloek en fier van aard,
Vreemde praal veracht;
Eigen zeden, eigen schoon,
't Hart des volks bekoort.
4.
Waar aan 't Oud Oranjehuis,
't Volk blijft hou en trouw;
Met ons roemrijk Nederland,
En in vreugd en trouw;
Trouw aan plicht en trouw aan God,
Heerst van Zuid tot Noord.
Die Lore MET
Von allen den Mädchen so blink und so blank
Gefällt mir am besten die Lore;
Von allen den Winkeln und Gässchen der Stadt
Gefällt mir der Winkel am Tore.
Der Meister, der schmunzelt, als hab’ er Verdacht,
Als hab’ er Verdacht auf die Lore.
Kehrreim:
Sie ist mein Gedanke bei Tag und bei Nacht,
Und wohnet im Winkel am Tore.
2.
Und kommt sie getrippelt das Gässchen hinab,
So wird mir ganz schwül vor den Augen:
Und hör’ ich von weitem ihr leises Klipp-Klapp
Kein Niet oder Band will mir taugen.
Die Damen bei Hofe, so sehr sie sich ziern,
Sie gleichen doch nicht meiner Lore.
3.
Und kommet die liebe Weihnacht heran,
Und strosst mir das Geld in der Westen,
Das Geld, das die Mutter zum Rock mir gesandt.
Ich geb’s ihr, bei ihr ist’s am besten.
Und würden mir Schätze vom Teufel gebracht
Ich trüge sie alle zur Lore.
4.
Und kommet nun endlich auch Pfingsten heran,
Nach Handwerksgebrauch, müsst’ ich wandern:
Dann werd ich jedoch für mein eigenes Geld
Hier Bürger und Meister trotz andern.
Dann werde ich Meister in dieser Stadt,
Frau Meisterin wird meine Lore;
Dan geht es juichheissa! bei Tag und bei Nacht,
Doch nicht mehr im Winkel am Tore!
Chevalier de la table ronde MET
1. Chevaliers de la table ronde ) (bis)
Allons voir si le vin est bon.
Allons voir oui, oui, oui
Allons voir non, non, non
Allons voir si le vin est bon.
2.
S’il est bon, s’il est agréable, ) (bis)
J’en boirai jusqu’à mon plaisir.
3.
J’en boirai cinq ou six bouteilles ) (bis)
Une fille sur les genoux.
4.
Si je meurs, je veux qu’on m’enterre ) (bis)
Dans la cave où y a du bon vin.
5.
Les deux pieds contre la muraille ) (bis)
Et la tête sous le robinet.
6.
Sur ma tombe je veux qu’on inscrive: ) (bis)
“Ici gît le Roi des buveurs.”
Clementine MET
In a cavern, in a canyon,
Excavating for a mine,
Dwelt a miner, fortyniner,
And his daughter Clementine.
Chorus:
Oh my darling, oh my darling,
Oh my darling Clementine!
Thou art lost and gone for ever,
Dreadful sorry, Clementine.
2.
Light she was and like a fairy,
And her shoes were number nine;
Herringboxes, without topses,
Sandals were for Clementine.
3.
Drove she ducklings, to the water,
Ev’ry morning, just at nine;
Hit her foot against a splinter,
Fell into the foaming brine.
4.
Ruby lips above the water
Blowing bubbles mighty fine
But alas I was no swimmer,
So I lost my Clementine.
5.
In a corner of the churchyard
Where the myrtle boughs entwine,
Grow the roses in their posies,
Fertilised by Clementine.
6.
Then the miner, fortyniner,
Soon began to peak and pine;
Thought he ought to join his daughter
Now he’s with his Clementine.
7.
In my dreams she still doth haunt me,
Robed in garments, soaked in brine,
Though in life I used to hug her,
Now she’s dead I draw the line.
8.
How I missed, her, how I missed her,
How I missed my Clementine!
But I kissed her little sister,
And forgot my Clementine.
Ik drink MET
Ik drink op het heimwee dat knaagt in mijn borst
Ik drink van miserie, ik drink van de dorst
Ik drink pint op pint met een zwierig gebaar
Al heb ik dan ’s morgens ook pijn in mijn haar
Toch blijf ik maar drinken, het zit mij in ’t bloed
Ik ben als de zee (x3) met een eeuwige vloed.
1.
Mijn handen staan scheef, mijn benen staan krom
Ik weet dat ik leef, maar ik weet niet waarom
Geen vrouw kijkt me aan, geen lief lacht me toe
Mijn triestig gezicht zijn ze allemaal moe.
2.
Ik pas in geen huis, ik slaap in geen bed
Nooit heeft mij een vrouw een bord soep voorgezet
Ik ben heel alleen, ik heb zo’n verdriet
Ik zucht en ik ween, want mijn hart is failliet.
Ik ben een boemelaar MET
Geen enkle avond ben ik thuis, joedeladeliedelee
Mijn keelgat is een grote sluis joedeladeliedelee
Ik zit hier eeuwig in de kroeg joedeladeliedelee
Van ’s avonds laat tot ’s morgens vroeg
joedeladeliedelee.
Keerzang:
Ik ben een boemelaar, een reuze boemelaar
’s Zomers en ’s winters, mooi weer of niet (bis).
Zie ik de bleke maan tussen de sterren staan,
Dan moet ik boemelen, of ik wil of niet (bis).
2.
Ik zuip van baloor en verdriet,
College-lopen mag ik niet,
Ik ben altijd het zwarte schaap
Wanneer ik daar m’n roes uitslaap.
3.
Mijn hospita ben ik tot last,
Mijn vrienden vinden mij een kwast,
Mijn meisje heeft het uitgemaakt
Want ik heb voor haar deur... gekwaakt.
4.
Ik ga kapot, ik weet het wel,
Mijn ziel gaat zeker naar de hel.
Al staan de paters op hun kop
Toch hef ik nooit mijn boemel op.
Pintje drinken MET
In de Brugse katechismus
Staat te lezen kort en goed
Dat men spijzen al wie honger,
En wie dorst heeft laven moet.
Keerzang:
Pintje klinken,
Pintje drinken,
Jongens, wat een zaligheid!
Wij doen mede
Aan dat tweede
Werkje van barmhartigheid!
Schuimend biertje,
Wat pleziertje!
Bruine buik met witte kol!
Kom Karleentje,
Tap nog eentje,
Vul de glazen boordevol!
2.
Ook ons Here in de bruiloft
Maakte ras van water wijn.
Spijtig dat wij toen te Kana
Niet aan tafel konden zijn.
3.
Als de kwezels water drinken
Lacht in d’hemel Sinte Pier,
Want de kost is daar voor eeuwig
Rijstepap met patersbier!
Oprichtingsjaar Hermes Alumni
2008
Naam
Hermes Alumni VZW
Oprichter:
Ward Laeremans
Voorzitter:
Ward Laeremans
Andere bestuursleden:
Michel Ruland (oud praeses)
Pieter-Jan Loyens (oud praeses)
Jolien Quintens (oud ab-actis)
Pieter Voordeckers (oud vice-praeses)
Welke Uhasselt verenigingen zijn er in Diepenbeek?
• ASG (Algemene Studenten Groepering)
• Biomedica
• Commeatus
• DIP’s (Discipuli Pouckii)
• Fillii Lamberti
• Hermes
• Miezerik
• Rekinéa
• SOFA (Studenten Organisatie Faculteit Architectuur)
• Agogica
Ook de blauwe pagina’s van de codex behoren tot de kennis alsook het monogram kunnen tekenen!
Ook de blauwe pagina’s van de codex behoren tot de kennis alsook het monogram kunnen tekenen!