Kaarten: Gastro-intestinaal stelsel - Fysiologie | Quizlet

0.0(0)
studied byStudied by 1 person
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/402

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

403 Terms

1
New cards

65 cm

Wat is de lengte van de mondholte tot aan het maagportier?

2
New cards

25 cm

Wat is de lengte van het duodenum?

3
New cards

250 cm

Wat is de lengte van het jejenum en ileum?

4
New cards

110 cm

Wat is de lengte van het colon?

5
New cards

acetylcholine

Welke neurotransmitter is verantwoordelijk voor zowel PS als OS presynaptisch en PS ook postsynaptisch.

6
New cards

nicotine

Welke receptor is zowel bij OS als bij PS aanwezig in de schakeling tussen pre en post synaptisch?

7
New cards

muscarinereceptor

welke receptor is postsynaptisch aanwezig bij PS?

8
New cards

Noradrenaline

welke neurotransmitter gebruikt OS postsynaptisch?

9
New cards

alfa-receptor

Welke receptor bezit OS post-synaptisch

10
New cards

bouwstoffen

Tot welke klasse behoren eiwitten, calcium, ijzer, water, ea?

11
New cards

energieleverende brandstoffen

Tot welke categorie behoren koolhydraten en vetten?

12
New cards

katalyserende stoffen

Tot welke stoffen behoren vitaminen en mineralen?

13
New cards

intrinsic primary afferent neuron

= neuronen die schakelen naar de interneuronen en vandaar de secretomotorisch en motorische neuronen aansturen.

14
New cards

intramurale reflex

= 'law of the intestin': sensorische neuronen worden geprikkeld door de passage van een voedselbolus, deze stuurt een signaal naar de interneuronen, deze geven richting oraal een contractiesignaal, uitgelokt door acetylcholine en tachykines en richting anaal een relaxatiesignaal verzorgt door NO, VIP, ATP.

15
New cards

2-25 cm/sec

Wat is de intrinsieke snelheid vn de verplaatsing van darminhoud?

16
New cards

- oesophagus
- proximale maag

De gehele GI tractus behalve ... en ... vertonen een basaal elektrisch ritme.

17
New cards

-65 mV
-45 mV

Bij het basaal elektrisch ritme fluctueert de membraanpotentiaal tussen ... en ...?

18
New cards

spike potentials

= Actie potentiaal dat gesuperponeerd wordt door het basaal elektrisch ritme geeft?

19
New cards

cellen van Cajal

Welke cellen zijn essentieel voor het BER?
-> zorgen voor doorgeven van de elektrische prikkel aan elkaar of aan gladde spiervezels via GAP-junctions.

20
New cards

2-4/min

Wat is de frequentie van het BER van de maag

21
New cards

12/min

Wat is de frequentie van het BER in het duodenum (tip is in the name)

22
New cards

9/min

Wat is de frequentie van BER in het terminale ileum?

23
New cards

2/min

Wat is de frequentie van het BER in het proximale colon?

24
New cards

6/min

Wat is de frequentie van het BER in het distale colon?

25
New cards

migrerend complex

= fenomeen dat zich voordoet wanneer de absorptie in de dunne darm beëindigd is en de darlen zich dus in een nuchtere toestand bevinden. Hier treedt er dan een migrerend signaal op die gaat van de maag naar het distale ileum. Dit complex is opgebouwd uit 3 fasen
1. geen contractie
2. onregelmatige contracties
3. regelmatige contracties

26
New cards

5cm/min

Wat is de propagatiesnelheid van het migrerend motorisch complex?

27
New cards

90 min

Wat is het tijdsinterval tussen 2 MMC?

28
New cards

secretie

De plexus van Meissner is vooral van belang voor de ... van de darm? (denk aan de ligging)

29
New cards

motiliteit

De plexus van Auerbach is vooral van belang voor de ... van de darm (denk aan de ligging).

30
New cards

- stimulatie secretie
- stimulatie motiliteit

De stimulatie van interneuronen van de plexus van Auerbach en Meisnner door PS geeft?

31
New cards

relaxatie van onderste oesophageale sfincter

Wat doet de PS nog door de activatie van de inhiberende NANC neuronen?

32
New cards

vasodilatatie

Welk effect heeft de PS thv de speekselklieren?

33
New cards

dorsal root ganglion

Waar zijn de cellichamen van de pijnvezels gelegen die meelopen met de OS?

34
New cards

ganglion nodosum

waar zijn de cellichamen gelegen van de sensorische vezels die meelopen met de nervus vagus?

35
New cards

central pattern generator

welke structuur in de hersenstam staat in voor de kauwbeweging?

36
New cards

1 Hz

wat is de frequentie van de reflectoire kauwbeweging? (denk aan kauwen van kauwgom)

37
New cards

10-50N

Wat is de kracht die ontwikkeld wordt bij de gemiddelde kauwbeweging?

38
New cards

cellulose

welk voedingsproduct kan uitsluitend afgebroken worden dmv kauwen?

39
New cards

- orale fase
- pharyngeale fase
- oesophageale fase

Welke 3 fases van de slikbeweging kunnen onderscheiden worden?

40
New cards

corticale centrum

= centrum van waaruit de orale fase van de slikbeweging wordt gestuurd. Deze fase verloopt onder invloed van de willekeur.

41
New cards

bulbaire centrum

= centrum van waaruit de pharyngeale en oesophageale fase wordt gestuurd. Deze kern krijgt feedback van het corticale centrum en receptoren in de pharynx en oesophagus en stuurt op zijn beurt signalen naar de craniale zenuwen die instaan voor de slikbeweging. Dit centrum gaat ook het inspiratoire centrum gaan inhiberen.

42
New cards

nucleus ambiguus

Welk centrum, kern van efferente vezels van IX en X, staat in voor de innervatie van de dwarsgestreepte spieren van de pharynx, palatum molle, proximale 1/3e van de oesophagus

43
New cards

nucleus dorsalis vagi

Welk centrum, kern van efferente vezels van de vagus, staat in voor de innervatie van de gladde spieren van de distale 2/3 slokdarm door tussenkomst van de plexus van Auerbach?

44
New cards

25 mmHg

Hoeveel bedraagt de neurogene rusttonus van de bovenste oesophageale sfincter (m. cricopharyngeus)

45
New cards

aerofagie

De bovenste slokdarmsfincter voorkomt?

46
New cards

Onderste slokdarmsfincter
crus diafragma

Welke 2 structuren voorkomen de reflux van maaginhoud in de slokdarm?

47
New cards

hoek van His

Hoe heet de hoek die wordt gemaakt tussen de oesophagus en de maag, en versterkt wordt door contractie crus diafragma?

48
New cards

20-40 mmHg

Hoeveel bedraagt de myogene rusttonus van de onderste slokdarmsfincter?

49
New cards

Transiente Lagere Oesophageale SfincterRelaxaties (TLOSR)

Wat is de benaming voor de transiënte oesophagale relaxatie die regelmatig optreedt en reflux met zich meebrengt.

50
New cards

secundaire oesophageale contracties

Via welk mechanisme wordt de reflux weggewerkt?

51
New cards

refluxoesophagitis

Wanneer er aanhoudend een pH daling optreedt ter hoogte van de onderste oesophageale sfincter door recurrente reflux kan dit aanleiding geven tot?

52
New cards

2-6 cm/sec

Hoeveel bedraagt de snelheid van de peristaltiek in de slokdarm?

53
New cards

primaire peristaltiek

= peristaltische bewegingen die deel uitmaken van de slikbeweging

54
New cards

secundaire contracties

= peristaltische contracties die zich voordoen buiten de slikreactie, door prikkeling van de mucosa door vb. reflux. Hierbij treedt er ook sequentieel contractie op van de oesophagusspieren.

55
New cards

tertiaire contracties

= spiermassa in de slokdarm trekt en bloc samen en veroorzaakt geen propulsie, vb. bij drinken van koude vloeistoffen -> pijn.

56
New cards

achalasie

= aandoening waarbij er een deficiënte mesenterische plexus (Auerbach) aanwezig is thv de onderste oesophageale sfincter. Er is een verstoorde vrijstelling van inhiberende neurotransmitter, dit zorgt voor een verhoogde tonus van de sfincter en dysfagie. Ook de peristaltische beweging van de darm is verstoord waardoor de spieren en bloc contraheren.

57
New cards

1500 ml

hoeveel ml speeksel wordt er dagelijks geproduceerd?

58
New cards

sereus

Welk soort speekselklier is de parotisspeekselklier?

59
New cards

muceus

Welk soort speekselklier is de sublinguale speekselklier?

60
New cards

seromuceus

Welk soort speekselklier is de submandibulaire speekselklier?

61
New cards

PS

Door welk soort zenuwstelsel worden de sereuze klieren vooral geïnnerveerd?

62
New cards

OS

Door welk soort zenuwstelsel worden de muceuse klieren vooral geïnnerveerd?

63
New cards

NANC

De inhiberende interneuronen zijn deficiënt bij achalasie, wat is een andere benaming voor deze interneuronen?

64
New cards

1 ml/g/min

Wat is de maximale secretiecapaciteit van speekselklieren?

65
New cards

xerostomie

= droge mond ten gevolge van een gebrek aan speekselproductie.

66
New cards

mucine glycoproteïne

Welk eiwitsecreet geproduceerd door de speekselklieren dient zijn functie als glijdmiddel?

67
New cards

- amylase
- kallikreïne
- lipase

Welke spijsverteringsenzymen worden geproduceerd door de speekselklieren?

68
New cards

- lactoferrine
- immunoglobuline
- lysozyme

Welke antibacterieel middel wordt geproduceerd door de speekselklieren?

69
New cards

zetmeel

Op welk element werkt amylase in?

70
New cards

alfa1-4

Welke verbinding breekt amylase?

71
New cards

7

Wat is de optimale werk pH van amylase

72
New cards

4

Bij welke pH wordt amylase gedenatureerd?

73
New cards

lubricatie

het glycoproteïne mucine zorgt voor de ... van voedsel wat het inslikken vergemakkelijkt.

74
New cards

productie van bradykinine vanuit alfa2-globuline

Wat is de functie van killikreïne, deze stof wordt niet gesecreteerd in de ducti intercalati?

75
New cards

vasodilatatie

wat is de functie van bradykinine?

76
New cards

stijgt

Wat gebeurt er met de omsolariteit van het plasma wanneer er te weinig vochtinname is?

77
New cards

antidiuretisch hormoon

Welk hormoon wordt er ter hoogte van de hypothalamus vrijgelaten onder de vorm van een neuropeptide wanneer de osmoreceptoren een gestegen osmolariteit detecteren?

78
New cards

OS en PS

Regulatie van speekselsecretie gebeurt door?

79
New cards

- secretomotorisch
- vasomotorisch

De stimulatie van de speekselklieren gebeurt via 2 wegen: dewelke?

80
New cards

- VIP
- Bradykinine
- Acetylcholine

Welke vasodilaterende factoren worden gesecreteerd door PS zowel direct als indirect?

81
New cards

vasoconstrictie

Wat heeft de OS initieel als effect op de bloedvaten rond de speekselklieren?

82
New cards

vasodilatatie

welk effect heeft de OS later door stimulatie van de vrijzetting van kallikreïne en bijgevolg bradykinine uit de acineuze cellen?

83
New cards

alfa-receptor

Via welke receptor geeft de OS vasoconstrictie van de bloedvaten?

84
New cards

Bèta-receptor

Via welke receptor stimuleert de OS de speekselklier?

85
New cards

nucleus salivatorius superior

Welke nucleus is verantwoordelijk voor de speekselsecretie van de glandula submandibularis en sublingualis?

86
New cards

nervus facialis

Via welke zenuw gebeurt de overdracht van deze stimulerende vezels naar de glandula submandibularis en sublingualis?

87
New cards

nucleus salivatorius inferior

Welke nucleus is verantwoordelijk voor het aanvoeren van speekselzenuwen voor de glandula parotis?

88
New cards

nervus glossopharyngeus

Welke zenuw voert de speekselzenuwen naar de glandula parotis van de nucleus salivatorius inferior?

89
New cards

ganglion cervicale superius

Welk ganglion is verantwoordelijk voor het aanvoeren van OS vezels naar de speekselklieren?

90
New cards

atropine

welke stof is de antagonist van de muscarinereceptor?

91
New cards

cefalische fase

= anticipatie van speekselsecretie door zien, ruiken, prikkelen van de mondholte

92
New cards

oxyntische zone

Deze fysiologische zone van de maag bevat hoofdcellen, pariëtale cellen en mucussecreterende halscellen, alsook neuroendocriene cellen.

93
New cards

- pepsinogeen
- gastric lipase

De hoofdcellen staan in voor de productie van?

94
New cards

- HCl
- intrinsic factor

De pariëtale cellen staan in voor de productie van?

95
New cards

vitamine B12

intrinsic factor is belangrijk voor de opname van?

96
New cards

antrale zone

Deze fysiologische zone bevat G-cellen, D-cellen en mucussecreterende halscellen.

97
New cards

gastrine

G-cellen staan in voor de productie van?

98
New cards

somatostatine

D-cellen staan in voor de productie van?

99
New cards

dumpingssyndroom

= syndroom waarbij voedsel niet in maag kan opgeslaan worden en direct wordt gedumpt in het duodenum, dit veroorzaakt rekking van het duodenum wat pijn geeft in de epigastrische regio alsook algemene klachten zoals zweten, duizeligheid en hartkloppingen.

100
New cards

eiwitten

pepsine is verantwoordelijk voor de vertering van?