1/144
Vocabulary flashcards in Dutch for review.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Informatiemaatschappij
Maatschappelijke organisatie gebaseerd op wetenschap, rationalisering en reflexiviteit.
Data
Ruwe cijfers en gegevens die kunnen worden verwerkt en geanalyseerd om betekenisvolle informatie te extraheren.
Technologie
Tools, systemen en methoden die worden gebruikt om informatie te creëren.
Innovatie
Proces van creëren van nieuwe ideeën, producten, diensten of processen die waarde bieden of bestaande oplossingen verbeteren.
Uitvinding
Creëren van iets nieuws dat niet eerder bestond.
Innovatiediffusie
De verspreiding van innovatie.
Technologisch determinisme
Technologie als motor van sociale verandering.
Post-industriële samenleving
Informatie is belangrijkste productiekracht.
Netwerkmaatschappij/ network society
Technologie-gedreven netwerken zijn de dominante structuur.
Mediumtechnologische benadering
Vorm belangrijker dan de inhoud.
Maatschappijcentrisme
Samenleving is de drijvende kracht.
Mutual shaping
Idee dat de technologie en samenleving een wederzijdse beïnvloeding hebben op elkaar
Technologie is niet neutraal
Design, implementatie en gebruik maakt deel uit van menselijke besluitvorming.
Kritisch-normatieve positie
Bestuderen, analyseren en begrijpen van technologie in de samenleving.
Instrumentalisme
Impact van technologie wordt bepaald door gebruik, niet door de technologie zelf.
Substantivisme
Technologieën vormen en krijgen vorm door socio-economische en politieke structuren
Kritische theorie
Technologie wordt gevormd door macht en beïnvloed op zijn beurt machtsstructuren.
Social construction of technology (SCOT)
Inzicht in het succes of falen van een technologie. Technologische kenmerken zijn niet de verklarende factor. Verklaring vanuit technologie als een sociaal geconstrueerd fenomeen
Actor-network theory
Gelijkwaardigheid menselijke en niet-menselijke actoren. Actoren hebben geen betekenis buiten hun relatie tot andere actoren. Relaties zijn zowel materieel als conceptueel
Social shaping of technology (SST)
Focus op de dynamische interactie tussen technologie en gebruiker. Er is een wederzijdse beïnvloeding. Kijkt naar de actieve acties van gebruikers. Innovatie is een aanhoudend proces.
Domesticatie
Integratie van technologie binnen het dagelijks leven en huishouden.
Affordances
Mogelijkheid tot actie die ontstaat door de relatie van de gebruiker, technologie en context
ARPANET
Het eerste netwerk dat de basis heeft gelegd voor het moderne internet.
World wide web
Een systeem verbonden webpagina’s die toegankelijk zijn via het internet.
Hypertext
Een manier om verschillende soorten informatie in een netwerk raad te plegen, het is tekst verbonden met andere tekst
Hypertext markup language (html)
De basis voor het structureren van inhoud op het web, via tags verschillende soorten inhoud markeren
Head-element
Meta-informatie en koppeling naar externe bronnen
Body-element
Eigenlijke inhoud
Nesting
Elementen binnen elementen (denk aan inhoudstafel)
Uniform resource locator (URL)
Lokaliseren van een bron op het internet (het afdres). Zijn makkelijk te begrijpen, onthouden en delen. Het is een vertaling van IP-adressen door domein-naam-systeem
Internet protocol (IP-) adres
Numerieke identificatie verbonden met elke server, apparaat, website… dat gebruikt wordt ter identificatie en om gegevens te verzenden
Hypertext transfer protocol (HTTP)
Communicatieprotocol verzenden en ontvangen om www. Webbrowser kunnen via http communiceren met servers.
Request-respons protocol
Client verzendt verzoek naar server, server reageert met gevraagde gegevens of geeft error
Browsers
Gebruikers konden eenvoudig webpagina’s bezoeken zonder technische kennis.
Webbrowser
Software toepassing om het www te navigeren. Grafische interface
Dot-com boom en bust
Enorme investeringshausse rondom internetbedrijven, veel bedrijven kregen veel investeringen, maar door overwaardering en instorting van beursaandelen stortte de markt in rond 2000
Sociale media
Sociale media platforms zoals Facebook, YT, Twitter veranderden de manier waarop mensen online communiceerden en informatie deelden
Smartphone
Eerste iphone in 2007 markeerde begin van smartphone revolutie. Voor het eerst hadden mensen toegang tot het internet, apps en sociale media ten alle tijden en overal
Internet of Things (IoT)
Verwijst naar apparaten die met het internet verbonden zijn en gegevens uitwisselen
Artificiële intelligentie
Kunstmatige intelligentie speelt een cruciale rol in het internet
Web 1.0
Statische web en gericht op informatie. HMTL-gebaseerd
Web 2.0
Sociale web, interactief en gemeenschapsgericht.
Web 3.0
Slim en datagestuurd web met gedecentraliseerd internet. Nadruk op personalisatie en automatisering
Web 4.0
Mens-computer interactie wordt volledig natuurlijk. Slimme apparaten anticiperen op behoeften zonder directe input
Glasvezel
Dunne kabels waarlangs licht (en dus data) kan reizen
Local area Network (LAN)
Een computernetwerk dat apparaten verbindt binnen een klein geografisch gebied, meestal een huis, kantoor of gebouw
Servers
Krachtige computer om diensten beschikbaar te stellen voor andere computers
Internet service provider (ISP)
Bieden internettoegang tegen betaling en beheren vaak DNS servers
Domeinnaam servers (DNS)
Vertaling URL naar IP-adressen. Soort telefoonboek, bij ingeven URL stuurt computer een verzoek naar DNS. Essentieel doorgeefluik om info op te zoeken
Edge server/ content delivery networks (CDN)
Optimalisering van content-levering. Eigen toestellen op globale ISP-locaties.
Cloud
Computer on demand computerresources, gegevensopslag, rekenkracht en applicaties. Geen actief beheer door gebruikers
Digitale kloof
Voor een significant deel van de populatie is toegang tot het internet niet vanzelfsprekend
Splinternets
Een serie van parallelle internetten die functioneren als verschillende, private of autonome universums
Proxyservers
Tussenschakel om verbonden info door te spelen
Socio-technische systemen
Ontworpen door mensen, geeft sociale keuzes en gedragingen vorm
Fysieke dimensie
Demateriële omgeving en infrastructuur
Informatiedimensie
Binaire codes, data, software, interfaces
Cognitieve dimensie
Mensen hun interacties met het systeem en de bredere socio-culturele context
Solid
Specificatie die mensen hun data veilig laat opbergen in gedecentraliseerde data stores
Personal online data store (PODS)
Secure personal web server voor data
Elektrische telegraaf
Communicatiemethode, verstuurd elektro-magnetische signalen via kabels die de verzender en de ontvanger met elkaar verbinden
Switch board operators
Operator die kabel doorverbind zodat de beller doorverwezen wordt met het juiste netwerk
Elektromechanical switching system
Automatisch de beller doorverbinden naar het juiste netwerk zonder ene operator
Netwerken
Centraal binnen moderne informatie en communicatietechnologieën
Radiogolven
Elektromagnetische straling met uiteenlopende frequenties en amplitude, kunnen gecodeerde boodschappen dragen
Roaming
Gsm’s die bewegen binnen en tussen de cellen zender signalen naar verschillende gsm-masten in de buurt. Op deze manier weet het netwerk steeds welke mast het dichts in de buurt is
Mobile switching center (MSC)
Doorsturen van het signaal naar de juiste gsm-mast waar het toestel van de ontvanger zich het dichtste bij bevindt
SIM-kaart
Bezit identificatiegegevens en bevat de sleutel om berichten te (de-)encrypteren zodat de inhoud van berichten/gesprekken enkel gehoord/gelezen kunnen worden tussen zender/ontvanger
Communicatieve affordance
De interactie tussen hoe mensen technologie waarnemen en de objectieve kenmerken ervan die communicatie beïnvloeden
Structuration theory
Sociale structuren specificeren een bepaalde manier van handelen, ze installeren een logica in de samenwerking
Adoptive structuration theory
Er zijn sociale structuren in technologie ingebakken
Structuren
Templates, regels en hulpmiddelen voortgebracht door de technologie als da basis voor menselijke actie
Media logic micro niveau
Veranderen processen en routines in het alledaagse leven
Media logic macro niveau
Leiden sociale verandering in, zijn van invloed op de institutionele organisatie
Mobiele media
Draagbare ICT’s
Social logic
Oskoppeling sociale activiteiten van tijd en ruimte.
Network logic
Genetwerkte organisatie van het alledaagse leven.
Space of places
Gestructureerd obv ruimte waar we ons vinden
Space of flows
Informatie die wordt gewisseld is belangrijker dan de ruimte
Algoritmes
Een reeks regels of instructies die een taak uitvoeren of een probleem oplossen
Sociale media als bron van verbinding
Mensen gebruiken sociale media om relaties te onderhouden, informatie te delen en gemeenschappen te vormen
Sociale media als bron van stress
Overmatig gebruik van sociale media kan leiden tot stress, angst en verminderde mentale gezondheid
See-saw/wip-effect
Sociale media hebben dubbel effect: soms versterken ze welzijn, soms ondermijnen ze het
Content-based filtering
Recommendatiesysteem obv inhoud
Collaborative filtering
Recommendatiesysteem obv gelijkaardige profielen
Algoritmic profiling
Proces waarbij algoritmes automatisch gegevens analyseren en patronen herkennen om profielen van individuen of groepen op te stellen
Algorithmic gatekeeping
Algoritmes bepalen wat nieuwsgebruiker te zien krijgt
Algorithmic transparancy
Duidelijk welke data verzameld wordt en waarom, duidelijk waarom aanbevelingen worden gedaan
Algorithmic bias
Vertekenen door training. Verkeerde data: garbage in, garbage out
Nieuwspersonalisatie
Het geven van een persoonlijk karakter aan nieuws.
Expliciete personalisatie
Nieuwsgebruiker geeft interesses aan
Impliciete personalisatie
Zonder input nieuwsgebruiker
Nieuwsdiversiteit
Verscheidenheid in nieuwsaanbod
Singulariteit
Moment in de technologie waar het autonaam kan werken en de menselijke intelligentie overstegen
Strong AI
Geen emotie maar doet emotie na
Weak AI
1 taak tegelijk maar wel specifiek uitwerken
Agentic AI
Systemen die zichzelf aanleren iets te doen om heel specifieke taken uit te voeren
Natural Language model
Hoe we tekst lezen en zelf begrijpen
Kunstmatige intelligentie
Zelf-aangeleerde set van geprogrammeerde regels
Machine learning
Algoritmes wiens performance verbeterd naarmate ze aan meer data worden blootgesteld