filosofie

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/19

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

20 Terms

1
New cards

Wat is het filosofische onderscheid tussen Zijn (Being) en Worden (Becoming)? Noem een cruciale filosoof voor elk concept.

Zijn verwijst naar het statische, onveranderlijke fundament of de essentie van iets. Worden verwijst naar het dynamische proces van verandering en transformatie. Parmenides is de sleutelfiguur voor Zijn (het zijn is één, onveranderlijk). Heraclitus is dat voor Worden ("Panta Rhei" - alles stroomt).

2
New cards

Leg de begrippen Transcendent en Immanent uit en geef een filosofisch voorbeeld van elk.

Transcendent betekent "boven of buiten de ervaarbare werkelijkheid staand" (bv. Kants noumenale wereld of een theïstische God). Immanent betekent "binnen de ervaarbare werkelijkheid aanwezig" (bv. Spinoza's God/Natuur of Aristoteles' vormen in de dingen zelf).

3
New cards

Definieer Noodzakelijkheid, Toeval en Doelgerichtheid (Teleologie). Wat is hun onderlinge relatie?

Noodzakelijkheid: wat niet anders kan zijn. Toeval: wat anders had kunnen zijn. Doelgerichtheid: de opvatting dat gebeurtenissen een doel (telos) hebben. Relatie: Noodzakelijkheid en toeval zijn tegenpolen. Doelgerichtheid kan samengaan met noodzakelijkheid (teleologisch determinisme) of in spanning staan met toeval (evolutionaire "toevallige" mutaties leiden tot "doelgerichte" aanpassing).

4
New cards

Wat is Hylèmorfisme volgens Aristoteles? Noem de twee componenten.

De theorie dat elk concreet ding (een "zijnde") samengesteld is uit twee onscheidbare principes: Materie (Hyle) - het potentiële, onbepaalde substraat, en Vorm (Morfe) - het actuele, bepalende principe dat het ding maakt tot wat het is.

5
New cards

Hoe verklaren de begrippen Potentie (Dynamis) en Act (Energeia)verandering bij Aristoteles?

Alles beweegt van potentie (de mogelijkheid om iets te worden) naar act (de verwerkelijking daarvan). Een eikel is in potentie een eik. Door te groeien actualiseert het deze potentie.

6
New cards

Waarom postuleert Aristoteles een Onbewogen Beweger? Wat zijn zijn kenmerken?

Om een oneindige terugval van oorzaken te vermijden. Er moet een eerste oorzaak zijn die zelf niet veroorzaakt wordt. Deze is: pure vorm (zonder materie), pure act (zonder potentie), onveranderlijk, eeuwig, en veroorzaakt beweging als "object van verlangen".

7
New cards

Maak het cruciale onderscheid van Kant tussen de Fenomenale wereld en de Noumenale wereld (het Ding an sich).

De Fenomenale wereld is de wereld zoals die aan ons verschijnt, gestructureerd door onze zintuigen en verstand (o.a. tijd, ruimte, causaliteit). De Noumenale wereld of Ding an sich is de wereld zoals die op zichzelf is, onafhankelijk van onze waarneming. Deze kunnen we denken, maar nooit kennen.

8
New cards

Wat is de revolutionaire wending die Kant maakt in de zijnsleer betreffende onze kennis van de werkelijkheid?

Kant draait de traditionele verhouding om: ons verstand is niet passief ondergeschikt aan de wereld, maar leggeert actief wetten op aan de natuur. De orde die we waarnemen, brengen we er grotendeels zelf in aan. "Zijn" is dus geen eigenschap van objecten, maar een voorwaarde om überhaupt objecten te kunnen ervaren.

9
New cards

Wat is Dasein en waarom is dit Heideggers centrale term voor de mens?

Dasein (Duits voor "er-zijn") is Heideggers term voor het menselijk bestaan. Het benadrukt dat de mens het zijnde is voor wie het gegeven zijn zelf een kwestie is. Dasein bestaat niet slechts, het verstaat zich in zijn zijn.

10
New cards

Wat betekent het dat Dasein in-de-wereld-zijn is? Geef een voorbeeld.

Het betekent dat ons bestaan fundamenteel relationeel en praktisch is. We zijn nooit een geïsoleerd bewustzijn. Een hamer "is" niet eerst een object met eigenschappen, maar verschijnt primair als iets-om-mee-te-timmeren binnen mijn betrokkenheid op de wereld.

11
New cards

Hoe is bij Heidegger het Zijn onlosmakelijk verbonden met Tijd?

Voor Heidegger is Zijn geen statische aanwezigheid, maar een gebeuren. Dasein is een wezen dat zich uitstrekt tussen geboorte en dood. Het verstaat zichzelf altijd vanuit zijn mogelijkheden (toekomst) en zijn reeds-zijn (verleden). Zijn is tijdelijkheid.

12
New cards

Hoe illustreert Daniel Gilberts concept van de "future self" de spanning tussen Zijn en Worden?

Mensen hebben de psychologische neiging hun toekomstige zelf te zien als een voltooid, vaststaand Zijn (iemand die nauwelijks zal veranderen), terwijl het in werkelijkheid een continu proces van Worden is (onze waarden, voorkeuren en identiteit evolueren). Dit leidt tot beslissingsfouten.

13
New cards

Wat is de fundamentele stelling van het Essentialisme? Noem twee filosofen uit de cursus die hiertoe behoren.

"De essentie gaat vooraf aan het bestaan." Elk ding, inclusief de mens, heeft een vaststaande, onveranderlijke aard of essentie die zijn bestemming bepaalt. Plato (de Ideeën als blauwdruk) en Aristoteles (de telos/vorm als innerlijk doel).

14
New cards

Wat is de fundamentele stelling van het Existentialisme? Noem twee filosofen uit de cursus die hiertoe behoren.

"Het bestaan gaat vooraf aan de essentie." De mens bestaat eerst, zonder vooraf bepaalde essentie of doel, en moet vervolgens zichzelf zijn essentie creëren door vrije, verantwoordelijke keuzes. Jean-Paul Sartre en Simone de Beauvoir.

15
New cards

Hoe formuleert Simone de Beauvoir het existentialisme toegepast op de vrouw? Wat betekenen de termen Immanentie en Transcendentie in deze context?

"Men wordt niet als vrouw geboren, men wordt tot vrouw gemaakt." Vrouwen worden door de patriarchale samenleving vaak opgesloten in een toestand van Immanentie (herhalend, niet-scheppend, beperkt leven), terwijl de authentieke menselijke conditie Transcendentie (zelfoverstijging, schepping, project) moet zijn.

16
New cards

Wat illustreert Laplace's Demon? Welke visie op noodzakelijkheid en toeval volgt hieruit?

Dit gedachte-experiment illustreert een radicaal causaal determinisme. Als een wezen alle posities en wetten van het universum kent, kan het alles verleden en toekomst berekenen. Hieruit volgt dat alle gebeurtenissen noodzakelijk zijn, en toeval slechts een illusie is veroorzaakt door onwetendheid.

17
New cards

Wat is het verschil tussen Causaal Determinisme en Teleologisch Determinisme?

Causaal determinisme: alles wordt bepaald door voorafgaande oorzaken (zoals bij Laplace). Teleologisch determinisme: alles wordt bepaald door een toekomstig doel (zoals bij Aristoteles, waar de eikel noodzakelijk streeft naar zijn telos, de eik te worden).

18
New cards

Leg uit hoe Plato's Allegorie van de Grot een zijnsleer illustreert. Wat stellen de schaduwen, de voorwerpen buiten en de zon voor?

Het illustreert een dualistische zijnsleer met twee werkelijkheden. De schaduwen = de zintuiglijke wereld (onvolmaakt, veranderlijk). De voorwerpen buiten = de wereld van de Ideeën/ Vormen (volmaakt, eeuwig, het ware zijn). De zon = het Idee van het Goede, de bron van alle zijn en kennis.

19
New cards

Vergelijk de zijnsleer van Plato en Aristoteles op het punt van de Vorm/Idee. Waarin verschillen zij fundamenteel?

Voor Plato zijn de Vormen/Ideeën transcendent: ze bestaan in een aparte, hogere werkelijkheid los van de concrete dingen. Voor Aristoteles is de vorm immanent: ze bestaat enkel ín het concrete ding zelf als bepalend principe (Immanent Realisme).

20
New cards

Hoe zou je de visie op de werkelijkheid van Kant kunnen vergelijken met die van Heidegger? Waar ligt een belangrijk verschil?

Beiden beklemtonen dat de werkelijkheid niet 'naakt' toegankelijk is. Voor Kant wordt ze gestructureerd door universele, anonieme categorieën van het verstand. Voor Heidegger is de toegang tot zijn altijd al gegeven in de praktische, tijdelijke betrokkenheid van het Dasein. Kant onderzoekt de voorwaarden voor objectieve kennis, Heidegger de voorwaarden voor betekenisvol bestaan.