1/53
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Anatomie
=biologische studie vd morfologie of bouw van organismen
->structuur (orgaanstelsels & weefsels)
Orgaanstelsels
=bestaan uit organen die functioneel samenwerken
Organen
=onderdelen lichaam m. specifieke functies
->opgebouwd uit verschillende weefseltypes
Weefsel
=verz. gespecialiseerde cellen
->vervullen gem. functie in lichaam
-3 componenten
1) Cellen
2) Intracellulaire substantie
3) Weefselvocht
Histologie
=weefselleer
=studie vd fijne opbouw v. weefsels (structuur)
Fysiologie
=studie v. levensprocessen die plaatsvinden in levende wezens
->functie
->levensprocessen gebaseerd op biochemie
Biochemie
=chemische samenwerking tss vele versch. structurele & functionele moleculen
Centrale zenuwstelsel (CZ)
=hersenen & ruggenmerg (zenuwstreng)
Perifere zenuwstelsel (PZ)
=alle zenuwcellen (neuronen) of zenuwuitlopers buiten de hersenen of het ruggenmerg
Autonome ZS
=neurale connecties naar klieren en gladde spieren van de inwendige organen
->segmentale bouw
->vertakkingen i/h lichaam >wervelkolom
->bilateraal symmetrisch
Somatische ZS
=efferente en afferente zenuwen
->begeleiden sensorische & motorische prikkels van & naar CZ
->functie: controle werking lichaam
Enterische ZS
->zenuwnetw. rond ingewanden (ook invloed psychologisch welzijn)
Afferente (aanvoerende) zenuwen
=sensorisch
-info zintuigreceptoren lichaam -> CZ & spieren
Efferente (wegvoerende) zenuwen
=motorisch
-prikkels CZ –> rest v/h lichaam
Craniale zenuwen
=zenuwen die ontspringen in de hersenen
->motorisch, sensorisch of gemengd
Spinale zenuwen
=craniale zenuwen in verbinding m/h ruggenmerg
->altijd gemengd sensorisch & motorisch
Witte stof
=zenuwverbindingen
->onder de hersenschors
->bestaat uit: uitlopers van neuronen
(axonen/zenuwvezels, transport info van & nr/d cortex + zijn georganiseerd in zenuwbanen)
Grijze stof
=cellichamen vd zenuwen
->in cortex
->in kernen i/d diepte
Cerebrale cortex
hersenschors (buitenkant vd hemisferen)
->laag grijze stof, bevat veel bloedvaten & cellichamen v. cerebrale zenuwcellen
-Sterk geplooid:
1. (Diepe) groeven (=sulcus, fissuur)
2. Windingen (=gyrus)
Soorten zenuwvezels
1) Associatievezels
->verbinden versch. delen vd cortex binnen dezelfde hemisfeer
2) Commisurale vezels
->verbinden de 2 hersenhemisferen
3) Projectievezels
->verzorgen de bindingen tss hersenstam & cortex
Frontale kwab (functies)
~spraak, denken, emoties, controle bewegingen…
->prefrontale cortex: hogere denkprocessen + executieve functies (controle gedrag)
Pariëtale kwabben (functies)
->anterieure deel: ontvangen & interpretatie gewaarwordingen (somatosensorische cortex)
->posterieure deel: sensorische input integreren
Occipitale kwabben
~ontvangen & verwerken visuele input
Temporale kwabben
~begrijpen gesproken taal, gehoor & geheugen
Piramidecellen
=lange efferente uitlopers naar ruggenmerg en andere corticale gebieden
-> vooral aanwezig in piramidelagen
Korrelcellen
=vooral lokale contacten
->vooral aanwezig in korrellagen
3 hersenvliezen
1) Dura mater
=buitenste harde hersenvlies
->vergroeid m/h beenvlies a/d binnenzijde vd schedel
2) Arachnoidea
=middelste hersenvlies
->veel bloedvaten
→bestaat uit: dun membraan & fijne, netvormige bindweefselbalkjes (verbinden het membraan m/d dura mater + pia mater)
->overbrugt groeven vd hersenoppervlakken
3) Pia mater
=zacht hersenvlies
->ligt direct tegen de hersenmassa + dun & bloedvatrijk
->in alle groeven v/h hersenoppervlak
Hersenventrikels
=ruimtes tss de hersenvliezen e/h centrale kanaal van het ruggenmerg gevuld met cerebrospinale vocht (CSV)
Plexus choroideus
=bloedvatrijke structuur a/d rand vd hersenventrikels
->raakplaats pia mater & hersenweefsel
->aanmaak cerebrospinale vocht (CSV)
Functie CSV
1) Houdt hersendruk op peil
2) Fungeert als schokdemper
3) Transport voedingsbestanddelen & afvalstoffen
Circulatie CSV
1) CSV/ hersenvocht >plexus laterale ventrikels (vooral)
->ook beetje gemaakt dr derde & vierde ventrikel
2) Cellen plexus choroideus
->filteren hersenvocht uit bloed
->scheiden CSV uit in ventrikels
3) CSV vloeit uit in ventrikelsysteem
->vloeit vervolgens doorheen subarachnoïdale ruimte rond hersenen + ruggenmerg
4) Later: reabsorptie dr bloedvaten
CVA
=cerebrovasculair accident
-onderbreking bloedvoorziening brein
=> zuurstoftekort
=>stukje hersenweefsel sterft af (beroerte/herseninfarct)
-Gevolgen? ->afh. welk deel brein aangetast
->verlammingen, spraakproblemen, geheugenstoornissen
Ischemie
=bloedtoevoer die stilvalt
->gevolg ischemie=beschadiging hersencellen
Carotiden
=halsslagaders
->toevoer zuurstofrijk bloed nr hersenen
Arteria vertebrales
=wervelslagaders
->toevoer zuurstofrijk bloed nr hersenen
Arteria basilaris
=twee wervelslagaders die centraal, onderaan de hersenen liggen
->voorziet binnenoor & delen hersenen (bloed)
->occlusie deze belang. slagader =ernstige complicaties (blindheid, verlamming)
Cirkel van Willis
=vaatkring van slagaders (carotiden & wervelslagaders hierop aangesloten)
->voorziet telen. & dience. van bloed
->beschermt hersenen tegen ischemie
(blockage slagader? Toch nog verbinding tss de andere delen circulatie)
Arteria cerebri
=grote hersenslagaders
->ontspringen uit cirkel van Willis
Arteria cerebri anterior
=voorste hersenslagader
->voorziet mediale & dorsale zijden van frontale & pariëtale kwab van bloed
Arteria cerebri media
=middelste hersenslagader, voorziet
1) Laterale zijde & diep gelegen delen frontale, pariëtale & temporale kwab (bv hypothalamus & -fyse)
Vertakkingen voorzien basale ganglia + capsula interna
Arteria cerebri posterior
=achterste hersenslagader
->voorziet occipitale & temporale kwab van bloed (+ de thalamus)
Het stratium
=nucleus cuadatus + putamen
~deel v/h extrapiramidale systeem
=>versterking, vermindering & aanpassing bewegingscommando’s >cerebrale cortex
->bep. bewegingen vergemakkelijkt, andere onderdrukt
Limbisch systeem
=bestaat uit: ring v. corticaal & subcorticaal weefsel op de grens tss/d neocortex e/h diencephalon
-Bestaat uit:
1) Hippocampus
->inprenten informatie, vormen v. herinneringen
2) Amygdala
->rol in sociaal gedrag
->controle, uitdrukking & interpretatie em. reacties
Thalamus
=schakelstation doorsturen info
->ontvangt info zenuwbanen >somatosensorische & motorische syst. in hersenen & ruggenmerg
->actieve functie verw. & onthouden sensorische info
→rol in bewuste gewaarwording & richten van aandacht
Pons
=brug (deel hersenstam)
-Functies:
1. Waarnemingsinfo geleiden van cerebrale cortex nr cerebellum
2. Regulatie ademhaling, smaak, slaap
Cerebellum
=kleine hersenen
-Functies:
1. Enorm signaalverwerkingsvermogen (hoogperformante rekenmachine)
→alle output passeert diepe kernen cerebellum (4 nuclii)
2. Controle precieze, getimede bewegingen
3. Cog. & em. functies
4. Instandhouden lichaamsgewicht
→schade hier? stoornissen fijne motoriek, evenwicht, motorisch leren…
3 delen autonoom ZS
1) Sympathisch:
->fight/flight
->regulatie stressreacties (voorbereiding actie)
2) Parasympathisch
->rest/digest (rust & opbouw lich.)
->herstellen inwendig evenwicht
3) Enterisch
->neurale netwerken in wanden v. organen
->onafh. van CZ: spiercontracteis tot stand brengen
2 delen perifeer ZS
1) Somatisch
A) Afferent/sensorisch (neuronen huid voorzien info)
B) Efferent/motorisch (st. ontlokt willekeurige reacties aan dwarsgestreepte skeletspieren)
2) Autonoom/vegetatief
->bezenuwing exocriene klieren, ingewanden, gladde spieren
->zonder bewuste controle
->functie=bewaren homeostase
Hypothalamus
-veel afferente & efferente verbindingen met CZ
→koppeling tussen CZ, autonome ZS & endocriene systeem (hypofyse)
-Functies:
1) Regeling metabole processen… (autonome ZS)
2) Synthese & secretie van:
→neurohorm. (direct in bloedbaan vrijgesteld)
→hypothalamische horm. (stimuleren of remmen afscheiding hypothalamische horm.)
3) Hormonale & autonome functies regelen (ivm homeostase & voortplanting)
4) Controle fysiologische aspecten (temp., bloeddruk…)
5) Ouderzorg & -binding, slaap, circardiaanse ritmes (biologische klok)
Mesencephalon
=middenhersenen (deel van hersenstam, verbinding met thalamus/diencephalon)
→substantia nigra
→bevat neuronen: verbindingen met andere motorische syst. in hersenen (cerebellum & basale ganglia)
Medulla oblongata
=verlengd ruggenmerg
→stijgende & dalende banen: communicatie tss ruggenmerg & hersenen
→kernen die vitale functies regelen (bloeddruk, spijsvertering & hartritme)
Ruggenmerg
Wortels =vezelbundels (dorsale wortels=afferent, ventrale wortels=efferent)
Witte stof aan buitenkant: bevat uitlopers neuronen
Grijze stof aan binnenkant: bestaat uit hoornen
→2 dorsale hoornen: sensoriële neuronen (bevatten prikkels uit zintuigen)
→2 ventrale hoornen: cellich. van motorneuronen die spieren aansturen (axonen hiervan lopen in wortels uit)
Zenuwknopen
=ganglia
Substantia nigra
~functie bij controle bewegingen (extrapiramidaal systeem)
→taak regulatie basale ganglia
→schade hier=oorzaak ziekte van Parkinson