1/153
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
---|
No study sessions yet.
Wanneer zouden jullie vertrekken ?
Quand voudriez-vous partir ?
Ik zou graag … bezoeken.
Je voudrais visiter …
Ik zou liever in de Ardennen verblijven
Je préfèrerais séjourner dans les Ardennes.
Waaroom zouden we niet naar … gaan?
Pourquoi n'irons nous pas en / à…
Waaroom zouden we geen … nemen ?
Pourquoi ne prendrions-nous pas… ?
Eind december, begin januari
Fin décembre, début janvier
We hebben een vrije week
Nous avons une semaine de congé
Il vertrek tijdens de kerstvakantie.
Je pars pendant les vacances de Noel
Ik ben daar al vier keer geweest
J'y suis déjà allé(e) quatre fois
Van 3 tot 7 november
Du 3 au 7 novembre
Ik hou(d) je op de hootge.
Je te tiens au courant.
Ik ben al ongeduldig
Je suis déjà impatient(e)
Die stad is bekend om zijn torens.
Cette ville est connue pour ses tours.
Madurodam is een bezoekje waard.
Madurodam vaut le détour.
We maken een uitstapje.
Nous partons en excursion
in overloed
en abondance
vlakbij
tout près, près de
wijk (de) / -en
quartier (le) (dans la ville)
bekend
connu(e), célèbre
de inwoner-en
l'habitant(e)
de rondvaart-en
la promenade en bateau
de gracht-en
le canal
de fietstocht-en
la promenade à vélo
de badplaats-en
la station balnéaire
de herfst-en
l'automne
het gebouw-en
le bâtiment, l'immeuble
Hoelang ?
Combien de temps ?
iedereen
tout le monde
naartoe (-gaan)
vers (aller vers)
het vliegtuig-en
l'avion
echt
vrai(e), vraiment
bang zijn voor
avoir peur de
de boot / per boten
le bateau / en bateau
de trein-en / (met de trein)
le train(s) / (en train)
het/de retourticket-s
le billet aller-retour
op voorhand
à l'avance
duur
cher
het buurland(en)
le pays voisin
de bestemming(en)
la destination
de reisbus / reisbussen
l'autocar
goedkoop
bon marché, pas cher
de flat-s
l'appartement
klaar
prêt(e)
de luchthaven-s
l'aéroport
de koningin / konninginnen
la reine
het koninkrijk-en
le royaume
het stanbeeld-en
la statue
de vlag / vlaggen
le drapeau
openlucht
en plein air
het winkelcentrum / -s, winkelcentra
le centre commercial
de merkkleding
le vêtements de marque
laag
bas
liggen (irr.)
se trouver, être couché(e)
passen
convenir, essayer (un vêtement)
vertrekken (irr.)
partir
verblijven (irr.)
séjourner, loger
kosten
coûter
reserveren
réserver
kamperen
camper
huren
louer, prendre en location
op / zoeken (irr.)
rechercher
informeren (naar iets -)
(s')informer (s'informer de quelque chose)
raadplegen
consulter
de afspraak / afspraken
le rendez-vous
de balie-s
le guichet
de bediende-s /-en
l'employer
beschikbaar
disponible
betalen
payer
bewonderen
payer
de bezienswaardigheid / bezienswaardigheden
la curiosité touristique
het bos / bossen
le bois, la forêt
de bromfiets-en
la mobylette
de caravan-s
la caravane
cilindervormig
cylindrique
het derde-en
le tiers
dicht bij
près de
het dorp-en
le village
de / het duin-en
la dune
een kijkje nemen in (irr.)
jeter un coup d'œil à
de eeuw-en
le siècle
eigen
propre, à soi
de fietsenstalling-en
l'abri, la place de stationnement pour vélo
fris
frais (fraîche)
het gasthuis / gasthuizen
la maison d'hôte
gemeenschappelijk
commun(e)
genieten van (irr.)
profiter de
het gerechtshof / gerechtshoven
la cour de justice
gezellig
agréable
de gezondheid
la santé
het huisdier-en
l'animal domestique
inbegrepen
compris(e), inclus(e)
de ingang-en
l'entrée
de inlichting-en
le renseignement
de joert-en
la yourte
de kaasproeverij-en
la dégustation de fromage
de kerk-en
l'église
de kerktoren-s
le clocher
de kinderboerderij-en
la ferme (pédagogique) pour enfants
koken
cuisiner
de koning-en
le roi