Het is een object dat toelaat om je online aankopen af te rekenen.
C'est un objet qui permet de régler ses achats en ligne.
14
New cards
Het is een werktuig dat je gebruikt om rozen te snoeien.
C'est un outil qu'on utilise pour couper des roses.
15
New cards
Het is een machine die huisvrouwen bevalt.
C'est une machine qui plaît aux femmes de ménages.
16
New cards
toelaten/ mogelijk maken om + infinitief
permettre de + infinitif
17
New cards
iets toelaten/ mogelijk maken
permettre + article + substantif
18
New cards
dienen voor + infinitief
servir à + infinitif
19
New cards
iets toelaten/ mogelijk maken
servir à + article + substantif
20
New cards
nuttig zijn om
être pratique pour
21
New cards
met behulp van / aan de hand van
à l'aide de
22
New cards
dankzij
grâce à
23
New cards
een functie
une fonction
24
New cards
gebruiken
utiliser /employer / se servir de
25
New cards
een gebruik
une utilisation
26
New cards
een gebruiker
un utilisateur / une utilisatrice
27
New cards
een nut
une utilité
28
New cards
een gebruik
un usage / un emploi
29
New cards
een gebruiksaanwijzing
un mode d'emploi
30
New cards
Dit product dient om schoon te maken.
Ce produit sert à nettoyer.
31
New cards
Ce produit sert au nettoyage.
32
New cards
Dit apparaat laat toe om te communiceren.
Cet appareil permet de communiquer.
33
New cards
34
New cards
Je gebruikt dit object om online aankopen af te rekenen.
On utilise cet objet pour régler des achats en ligne.
35
New cards
C'est un outil qui est pratique pour le jardinage.
36
New cards
Dankzij dit apparaat, kan u voor meer dan 40 mensen koken.
Grâce à cet ustensile, vous pouvez faire à manger pour plus de 40 personnes.
37
New cards
Met behulp van dit werktuig, kan u reparaties doen.
À l'aide de cet outil, vous pouvez effectuer des réparations.
38
New cards
Je gebruikt dit product om de afwas te doen.
On se sert de ce produit pour laver la vaisselle.
39
New cards
een doelgroep
une cible
40
New cards
een consument
un consommateur/ une consommatrice
41
New cards
gewaardeerd worden door
être apprécié par
42
New cards
bevallen
plaire à
43
New cards
verleiden
séduire
44
New cards
interesseren
intéresser
45
New cards
een groot succes kennen bij
connaître un grand succès auprès de
46
New cards
zich richten tot
s'adresser à
47
New cards
bestemd zijn voor
être destiné à
48
New cards
gemaakt zijn voor
être fait pour
49
New cards
geschikt zijn voor
convenir à
50
New cards
Deze zaklamp is bestemd voor avonturiers.
Cette lampe de poche est destinée aux aventuriers.
51
New cards
Dit product bevalt kinderen.
Ce produit plaît aux enfants.
52
New cards
Het wordt gewaardeerd door mannen.
C'est apprécié par les hommes.
53
New cards
Dit voorwerp kent een groot succes bij de studenten.
Cet objet connaît un grand succès auprès des étudiants.
54
New cards
Ce nouveau chocolat intéresse une clientèle plus jeune.
55
New cards
groot / klein / hoog / breed / lang zijn
être grand / petit / haut / large / long
56
New cards
2 meter hoog / lang / breed zijn
faire 2 mètres de haut / de long / de large faire 2 mètres de hauteur / de longueur / de largeur être haut / long / large de 2 mètres avoir une hauteur / une longueur / une largeur de 2 mètres
57
New cards
een hoogte
une hauteur
58
New cards
een lengte
une longueur
59
New cards
een breedte
une largeur
60
New cards
de grootte, het formaat
la taille
61
New cards
de afmeting
la dimension
62
New cards
Dit toestel is breed.
Cet appareil est large.
63
New cards
Dit voorwerp is 2 centimeter lang.
Cet objet fait 2 centimètres de long.
64
New cards
Dit voorwerp is 33 centimeter breed.
Cet objet fait 33 centimètres de largeur.
65
New cards
De hoogte van dit voorwerp bedraagt 2 meter.
La hauteur de cet objet est de deux mètres.
66
New cards
een vierkant
un carré
67
New cards
vierkant
carré
68
New cards
een rechthoek
un rectangle
69
New cards
rechthoekig
rectangulaire
70
New cards
een driehoek
un triangle
71
New cards
driehoekig
triangulaire
72
New cards
een cirkel
un cercle
73
New cards
cirkelvormig
circulaire
74
New cards
een schijf
un rond
75
New cards
rond
rond
76
New cards
een ovaal
un ovale
77
New cards
ovaalvormig
ovale
78
New cards
een zeshoek
un hexagone
79
New cards
Zeshoekig
hexagonal
80
New cards
een kubus
un cube
81
New cards
een ster
une étoile
82
New cards
een kruis
une croix
83
New cards
in de vorm van
en forme de
84
New cards
Het voorwerp is vierkant.
L'objet est carré.
85
New cards
De machine heeft een driehoekige vorm.
La machine a une forme triangulaire.
86
New cards
Het is een cirkel.
C'est un cercle.
87
New cards
Het heeft de vorm van een ster.
Ça a la forme d'une étoile.
88
New cards
Het gaat om een voorwerp in de vorm van een kubus.
Il s'agit d'un objet en forme de cube.
89
New cards
beschikbaar zijn in het + kleur
être disponible en + couleur
90
New cards
wit/blauw/rood/groen zijn
être de couleur blanche/bleue /rouge/verte
91
New cards
grijs/zwart/wit zijn
être gris/noir/blanc
92
New cards
bont, kleurrijk
coloré
93
New cards
bont, kleurrijk
multicolore
94
New cards
dof
mat(te)
95
New cards
levendig
vif (vive)
96
New cards
Dit voorwerp wordt in verschillende kleuren aangeboden, in het blauw, in het rood en in het groen.
C'est objet est proposé en différentes couleurs, en bleu, en rouge et en vert.
97
New cards
Ik verkies levendige kleuren boven doffe kleuren.
Je préfère les couleurs vives aux couleurs mattes.