Geschiedenis: Historisch Referentiekader- begrippen

0.0(0)
studied byStudied by 1 person
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/41

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

42 Terms

1
New cards

Oorzaak

Een gebeurtenis die ervoor gezorgd heeft dat iets anders heeft plaatsgevonden; tussen oorzaak en gevolg is steeds een noodzakelijk verband.

2
New cards

Parafrasering

lets weergeven in je eigen woorden.

3
New cards

Periferie

Zich bevindend aan de (buiten)rand.

4
New cards

Perspectief

De invalshoek van waaruit je naar een gebeurtenis kijkt.

5
New cards

Racisme

Het foute idee dat er momenteel op aarde verschillende mensenrassen zijn en dat sommige rassen beter (= superieur) zijn dan andere.

6
New cards

Regionaal

Heeft te maken met een bepaalde streek (bv. Waasland).

7
New cards

Representativiteit

Geeft aan of wat in een historische bron staat een betrouwbaar beeld geeft en niet slechts toepasbaar is op 1 of enkele gevallen.

8
New cards

Revolutie

Een bruuske verandering in de samenleving in heel korte tijd; gaat vaak gepaard met geweld en bloedvergieten.

9
New cards

Ruraal

Gebonden aan het platteland

10
New cards

Standplaatsgebondenheid

Wat je in een historische bron kan lezen hangt af van de tijd waarin je leeft

11
New cards

Stereotype

Kenmerken of eigenschappen van mensen of groepen worden op een overdreven

12
New cards

Subjectief

Beïnvloed door persoonlijke meningen

13
New cards

Synthese

Samenvatting.

14
New cards

Toeval

Onvoorziene omstandigheid die niet direct gepland was.

15
New cards

Veralgemening

Uit één geïsoleerde gebeurtenis leid je verkeerdelijk af dat dit in alle situaties zo zal zijn.

16
New cards

Verandering

Geleidelijk proces van iets dat anders wordt in de samenleving; echter niet over een zeer lange periode uitgespreid zoals bij een evolutie; verandering gaat sneller.

17
New cards

Verband

Twee of meer gebeurtenissen hebben duidelijk iets met elkaar te maken en je kan dat ook aantonen.

18
New cards

Voedingsbodem

Het geheel van oorzaken en kenmerken die leiden tot een gebeurtenis.

19
New cards

Westers

Waar de westerse cultuur dominant is in de wereld (Europa

20
New cards

West-Europees

Benelux

21
New cards

Aanleiding

Een gebeurtenis die ervoor zorgt dat een andere gebeurtenis zal plaatsvinden. Het is echter niet noodzakelijk dat de ene gebeurtenis tot de andere leidt.

22
New cards

Argument

Een feit/cijfer/idee dat gebruikt wordt om een mening te onderbouwen.

23
New cards

Bewijs

Je toont iets onweerlegbaar aan.

24
New cards

Breuk

Het voorgaande houdt op te bestaan

25
New cards

Centrum

Zich in het midden

26
New cards

Context

De situatie (plaats

27
New cards

Continentaal

Het vasteland (bv. om de verschillen tussen Europa en de Britse eilanden aan te duiden. Over een grote landmassa handelend (bv. Azië

28
New cards

Continuïteit

lets bestaat al heel lang en blijft onveranderd belangrijk.

29
New cards

Democratie

Regeringsvorm waarbij de macht wordt uitgeoefend door het volk

30
New cards

Discontinuïteit

Onderbreking (bv. als de samenleving belangrijke wijzigingen ondergaat)

31
New cards

Duur

De lengte in tijd van een fenomeen of gebeurtenis (bv. WOII: van 1939 tot 1945).

32
New cards

Evolutie

Een verandering in de samenleving die zich geleidelijk voltrekt.

33
New cards

Feit

lets waarvan bewezen is dat het gebeurd is of dat het waar is.

34
New cards

Gelijktijdigheid

Twee of meer gebeurtenissen vinden op hetzelfde moment plaats; hebben niet noodzakelijk iets met elkaar te maken.

35
New cards

Gevolg

lets dat voortkomt uit een vorige gebeurtenis: er is een noodzakelijk verband.

36
New cards

Lokaal

Plaatselijk (bv. de Lokerse Feesten).

37
New cards

Maritiem

Gebonden aan de zee/oceanen.

38
New cards

Mening

Wat je over iets vindt; hoe je over iets oordeelt.

39
New cards

Mondiaal

Wereldwijd

40
New cards

Nationaal

Wat te maken heeft met een land of staat.

41
New cards

Objectief

Gebaseerd op feiten en niet op meningen (d.w.z. neutraal

42
New cards

Ongelijktijdigheid

Twee gebeurtenissen die op verschillende momenten plaatsvinden. Er hoeft geen verband te bestaan tussen beide gebeurtenissen.