TOE Week 8 - kwalitatief 3 en 4

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/65

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

66 Terms

1
New cards

Korstjens en Moser

om betrouwbaarheid van onderzoek te waarborgen, kunnen verschillende startegieen worden toegepast:

  • langdurige betrokkenheid

  • aanhoudende observatie

  • triangulatie

  • member check

2
New cards

langdurige betrokkenheid

onderzoeker neemt deel aan onderzoekssituatie gedurende een langere periode

3
New cards

aanhoudende observatie

onderzoeker richt zich op de meest relevante aspecten van de situatie en onderzoekt deze grondig

4
New cards

Member check

onderzoeker legt bevindingen voor aan betrokkenen om te controleren of zij zich herkennen in de interpretaties

5
New cards

auditproef

complete set aantekeningen wordt bijgehouden over alle belangrijke beslissingen die tijdens het onderzoeksproces zijn genomen

6
New cards

begeleidende brief

uitleg over waarom een kwalitatief onderzoeksontwerp noodzakelijk was en hoe dit bijdraagt aan de validiteit van de bevindingen

7
New cards

Ritchie en Lewis

soorten generalisatie:

  • empirische

  • theoretische

  • representatieve

  • inferentiele

8
New cards

empirische generalisatie

(overdraagbaarheid/externe validiteit) heeft betrekking op de toepassing van bevindingen uit kwalitatieve onderzoeksstudies op populaties of op contexten die verder gaan dan de specifieke steekproef van het interview

9
New cards

theoretische generalisatie

het genereren van theoretische concepten of proposities waarvan wordt aangenomen dat ze breder toepasbaar zijn

10
New cards

representatieve generalisatie

de vraag of wat in een onderzoekssteekproef wordt gevonden, kan worden gegeneraliseerd naar, of als even waar kan worden beschouwd voor, de populatie waaruit de steekproef is getrokken

11
New cards

Inferentiele generalisatie

de vraag of de bevindingen uit een bepaald onderzoek of aanvullende verschijnselen kunnen worden gegeneraliseerd of afgeleid naar andere contexten of contexten buiten de steekproef

12
New cards

dikke beschrijving

vereist dat de onderzoeker voldoende details verstrekt over de oorspronkelijke observaties of commentaren, zodat de lezer de betekenissen die eraan zijn verbonden kan inschatten en beoordelen

13
New cards

constructivistische school

er bestaat geen enkele werkelijkheid die kan worden vastgelegd, dus replicatie is een kunstmatig doel om na te streven

14
New cards

validiteit

de mate waarin een test meet wat deze zou moeten meten

15
New cards

Interne validiteit

de mate waarin je met zekerheid kunt stellen dat een vastgestelde oorzaak-gevolgrelatie (causaal verband) niet door andere factoren kan worden verklaard

16
New cards

Externe validiteit

de mate waarin uitkomsten van toepassing zijn op andere groepen binnen de populatie of op andere groepen, contexten of instellingen

17
New cards

Reflexiviteit

het bewustzijn van de invloed die de onderzoeker heeft op de mensen of het onderwerp dat wordt bestudeerd, terwijl tegelijkertijd wordt erkend hoe de onderzoekservaring de onderzoeker beinvloedt

18
New cards

rigor/trustworthiness

verwijst naar de algehele kwaliteit van het onderzoek en de resultaten. een zorgvuldig uitgevoerd onderzoek is systematisch, grondig en transparant in de methodologie

19
New cards

plausibiliteit (credibility)

resultaten moeten geloofwaardig en overtuigend zijn. dit betekent dat de bevindingen als logisch voortvloeien uit verzamelde data, interpretaties consistent

20
New cards

stabiliteit (dependability)

een goed onderzoek levert consistente en herhaalbare resultaten op. Wanneer onderzoek opnieuw wordt uitgevoerd, komen de uitkomsten grotendeels overeen

21
New cards

Objectiviteit (confirmability)

Onderzoeksresultaten mogen niet beinvloed zijn door persoonlijke overtuigingen of vooroordelen van onderzoeker

22
New cards

generaliseerbaarheid (transferability)

bevindingen moeten toepasbaar zijn in een bredere context

23
New cards

Prolonged engagement

een langere periode data verzamelen om de context goed te begrijpen en vertekeningen te minimaliseren

24
New cards

Persistent observation

Gericht en systematisch data verzamelen om essentiele aspecten van het onderzoek nauwkeurig te bestuderen

25
New cards

audit trail

een gedetailleerde documentatie van alle onderzoeksstappen zodat een externe derde precies kan volgen hoe het onderzoek is uitgevoerd

26
New cards

overlappende methoden (data triangulatie)

het combineren van verschillende dataverzamelingsmethoden om de consistentie en betrouwbaarheid van de bevindingen te vergroten

27
New cards

stapsgewijze replicatie (onderzoeker triangulatie)

samenwerken met meerdere onderzoekers die onafhankelijk dezelfde gegevens analyseren om de objectiviteit en consistentie van de interpretaties te waarborgen

28
New cards

empirische transferbility

resultaten vertalen naar andere contexten

29
New cards

theoretische transferability

in hoeverre passen de resultaten bij de bestaande theorie?

30
New cards

epistemologische relexiviteit

richt zich op de invloed van methodologische keuzes op de onderzoeksresultaten

31
New cards

open science

wetenschappelijke kennis zou vrij moeten zijn voor iedereen

32
New cards

respect for persons

deelnemers mogen niet zonder toestemming worden blootgesteld aan schadelijke situaties

33
New cards

beneficence

onderzoek moet een positieve bijdrage leveren aan de maatschappij

34
New cards

justice

er mogen in onderzoek geen groepen benadeeld worden ten gunste van andere groepen

35
New cards

Pseudo intimacy

verwijst naar situaties waarin een deelnemer zich overvallen voelt door een charismatisch iemand en daardoor meer deelt dan die eigenlijk van plan was

36
New cards

script deviation (inadvertent disclosure)

deelnemers delen per ongeluk persoonlijke informatie die niet relevant is voor het onderzoeksontwerp

37
New cards

undue intrusion

het is niet gepast om te veel van een deelnemer te vragen, vooral als de vragen ongepast of te indringen zijn voor de situatie

38
New cards

utilitarion (teleologie)

perspectief heeft focus op het grote goed en de consequenties van acties

39
New cards

universalisme

perspectief gaat uit van altijd en overal geldende regels

40
New cards

virtue ethics

perspectief gaat uit van dat een goed persoon goede dingen doet. De focus ligt op degene die de actie uitvoert, niet de actie

41
New cards

casuitry

er wordt afgegaan op eerdere beslissingen, afhankelijk van andere situaties welke criteria gebruikt worden om oordelen te vellen

42
New cards

relational ethics

focus op rol van participant - onderzoeker en de machtsverhouding tussen mensen

43
New cards

convergent parallel ontwerp

bij dit ontwerp worden zowel kwalitatief als kwantitatief onderzoek tegelijkertijd uitgevoerd, waarbij beide aspecten van dezelfde onderzoeksvraag worden onderzocht → resultaten beide methoden combineren en trianguleren, bevindingen bevestigen of vullen elkaar aan

44
New cards

verklarend sequentieel ontwerp

in dit ontwerp wordt eerst kwantitatief onderzoek uitgevoerd, gevolgd door kwalitatief → kwalitatief biedt verklaring voor resultaten kwantitatief

45
New cards

verkennend sequentieel ontwerp

eerst kwalitatief onderzoek, gevolgd door kwantitatief → kwalitatief helpt bij verkennen van onderwerp/ontwikkelen hypothese, kwantitatieve deel gebruikt om bevindingen te verifieren of generaliseren

46
New cards

ingebed ontwerp

ontwerp richt zich op kwantitatief onderzoek met klein kwalitatief deel of andersom → beide benaderingen ondersteunen elkaar

47
New cards

interpretive consistency

conclusies sluiten aan op bevindingen

48
New cards

theoretical consistency

conclusies passen bij bestaande theorieen

49
New cards

interpretive agreement

er is intersubjectiviteit met andere onderzoekers en participanten

50
New cards

interpretive distinctiveness

er is geen andere, meer logische verklaring voor de bevindingen

51
New cards

integrative efficacy

beide methoden dragen bij aan conclusies

52
New cards

ontologie

beschrijft de aard van de werkelijkheid en wat er onderzocht wordt

53
New cards

realisme

er bestaat objectieve, onafhankelijke werkelijkheid, die buiten het menselijke bewustzijn om bestaat en die losstaat van waarnemingen of interpretaties

54
New cards

idealisme

gaat ervan uit dat de werkelijkheid gevormd wordt door het bewustzijn

55
New cards

kritisch realisme

suggereert dat er een objectieve werkelijkheid bestaat, maar deze kan alleen geobserveerd worden door menselijke waarnemingen die subjectief zijn → vertekening

56
New cards

epistemologie

beschrijft de wijze waarop onderzoek wordt uitgevoerd en hoe kennis wordt verworven

57
New cards

inductief

specifieke waarnemingen of gegevens leiden tot de ontwikkeling van bredere theorieen of algemene conclusies

58
New cards

deductief

er wordt vanuit bestaande theorie een hypothese afgeleid, die wordt getest. doel is om hypothese te bevestigen of te weerleggen

59
New cards

Abductief

iteratieve benadering, onderzoekers beginnen met probleem en vervolgens formuleren ze de beste mogelijke verklaring

60
New cards

falsificatie

theorieen moeten getest kunnen worden en er moeten mogelijkheden zijn om ze te weerleggen

61
New cards

reductionisme

complexe fenomenen worden opgesplitst in eenvoudigere, meetbare elementen om deze te begrijpen en te analyseren

62
New cards

nomothetische kennis

er wordt gezocht naar algemene wetmatigheden of universele principes die van toepassing zijn op brede groepen of situaties

63
New cards

idiografische kennis

focus ligt op het beschrijven van het unieke, individuele aspect van een situatie of persoon, zonder generalisaties naar bredere groepen

64
New cards

empirisch analytisch paradigma

positivisme en relativisme

65
New cards

interpretatieve paradigma

constructivisme en idealisme

66
New cards

het kritisch..

emancipatoire paradigma