Duits kapitel 2 vwo 3 | Quizlet

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/104

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

105 Terms

1
New cards

der Arm, die Arme

de arm (+)

2
New cards

der Bauch

de buik

3
New cards

der Arzt

de arts, de dokter

4
New cards

der Heuschnupfen

de hooikoorts

5
New cards

der Körper

het lichaam

6
New cards

der Magen

de maag

7
New cards

der Mund

de mond

8
New cards

der Hals

de nek

9
New cards

der Unfall

het ongeluk

10
New cards

der Rücken

de rug

11
New cards

der Muskelkater

de spierpijn

12
New cards

der Finger, die Finger

de vinger (+)

13
New cards

der Fuß, die Füße

de voet (+)

14
New cards

die Apotheke

de apotheek

15
New cards

die Hand, die Hände

de hand (+)

16
New cards

die Gesundheit

de gezondheid

17
New cards

die Grippe

de griep

18
New cards

die Nase

de neus

19
New cards

die Erkältung

de verkoudheid

20
New cards

die Krankheit

de ziekte

21
New cards

das Bein, die Beine

het been (+)

22
New cards

das Gesicht

het gezicht

23
New cards

das Fieber

de koorts

24
New cards

das Medikament, die Medikamente

het medicijn (+)

25
New cards

das Ohr, die Ohren

het oor (+)

26
New cards

das Krankenhaus

het ziekenhuis

27
New cards

die Zahnschmerzen

de kiespijn

28
New cards

die Halsschmerzen

de keelpijn

29
New cards

die Schmerzen

de pijn

30
New cards

die Rückenschmerzen

de rugpijn

31
New cards

sich verletzen

gewond raken

32
New cards

zum Arzt gehen, gegangen

naar de dokter gaan (+)

33
New cards

sich übergeben, übergeben

overgeven (+)

34
New cards

wehtun, wehgetan

pijn doen (+)

35
New cards

schlafen, geschlafen

slapen (+)

36
New cards

sich schneiden, geschnitten

zich snijden (+)

37
New cards

sich verbrennen, verbrannt

zich branden (+)

38
New cards

sich fühlen

zich voelen

39
New cards

schwitzen

zweten

40
New cards

Gute Besserung!

Beterschap!

41
New cards

froh

blij

42
New cards

schwindlig

duizelig

43
New cards

schlimm

erg

44
New cards

verletzt

gewond

45
New cards

gesund

gezond

46
New cards

müde

moe

47
New cards

ziemlich

tamelijk, nogal

48
New cards

regelmäßig

regelmatig

49
New cards

seit

sinds

50
New cards

heute Abend

vanavond

51
New cards

heute Nachmittag

vanmiddag

52
New cards

erkältet

verkouden

53
New cards

wieder

weer

54
New cards

nervös

zenuwachtig

55
New cards

krank

ziek

56
New cards

der Zahn, die Zähne

de tand (+)

57
New cards

das Auge, die Augen

het oog (+)

58
New cards

besuchen

bezoeken

59
New cards

machen

doen

60
New cards

Rad fahren

fietsen

61
New cards

helfen, geholfen

helpen (+)

62
New cards

können

kunnen

63
New cards

laufen, gelaufen

lopen (+)

64
New cards

brauchen

nodig hebben

65
New cards

schreiben, geschrieben

schrijven (+)

66
New cards

wünschen

wensen

67
New cards

gestern

gisteren

68
New cards

vorige Woche

vorige week

69
New cards

heiss

heet

70
New cards

leider

helaas

71
New cards

der Schritt

de stap

72
New cards

der Versuch

de poging

73
New cards

sich gewöhnen an

wennen aan

74
New cards

die Muskeln

de spieren

75
New cards

fast

bijna

76
New cards

etwas schaffen

voor elkaar krijgen

77
New cards

gelingen

lukken

78
New cards

irgendwann

ooit

79
New cards

passieren

gebeuren

80
New cards

das Mitglied

het lid

81
New cards

der Grund

de reden

82
New cards

zeigen

laten zien

83
New cards

nicht umsonst

niet voor niets

84
New cards

deshalb

daarom

85
New cards

schlechte Laune haben

in een slechte bui zijn

86
New cards

Es ist egal.

het maakt niet uit.

87
New cards

manchmal

soms

88
New cards

traurig

verdrietig

89
New cards

also

dus

90
New cards

das Ergebnis

het resultaat

91
New cards

überprüfen

controleren

92
New cards

die Studie

het onderzoek

93
New cards

sich entscheiden

beslissen

94
New cards

das Verhältnis

de verhouding, de relatie

95
New cards

der Erfolg

het succes

96
New cards

bestätigen

bevestigen

97
New cards

deswegen

daarom

98
New cards

der Muskel

de spier

99
New cards

anschauen

bekijken

100
New cards

eine Menge

veel