Gs feniks h1 1.2 t4 | Quizlet

Wat gebeurde er met Nederland qua werk?

De industrialisatie veranderde in Nederland. Mensen werkten eerst in de landbouw, en nu steeds meer in fabrieken. Dit gebeurde in de 2e helft van de 19e eeuw.

Hoe leefden de mensen?

De mensen die in fabrieken werkten hadden het zwaar. Het werken was gevaarlijk en ze maakten lange dagen voor weinig geld. Vaak werkten daarom ook vrouwen en kinderen in de fabriek om geld te verdienen voor het gezin. En thuis waren de omstandigheden ook slecht. Veel mensen in een klein huis, niet hygiënisch etc.

Industrialisatie

Overgang van werken met je handen in de landbouw, naar werken met machines in de fabrieken.

Algemeen kiesrecht

Recht van alle burgers om bij verkiezingen te mogen stemmen.

Socialisme

Verzamelnaam voor communisten en sociaaldemocraten die streven naar gelijkheid.

Sociale wet

Wet waarmee de overheid het leven van mensen probeert te verbeteren.

Communisme

Politieke stroming die het verschil tussen arm en rijk wil opheffen door een revolutie.

Sociaaldemocratie

Politieke stroming die het verschil tussen arm en rijk wil opheffen door sociale wetten.

Sociale kwestie

De slechte levensomstandigheden in de 19e eeuw en het besef dat daar iets aan gedaan moest worden.

Vakbond

Organisatie die opkomt voor de belangen van werknemers.

Hoe kwamen mensen in opstand?

Als jij alleen ging klagen bij de fabrieksbaas dan werd je direct ontslagen , maar als je met alle arbeiders hetzelfde zou doen dan kon hij ze moeilijk allemaal ontslaan. Want als hun gingen protesteren dan had de fabrieksbaas niemand die werkte en zo was er geen productie dus ook geen geld voor hem.

Wat was Karl Marx zijn mening?

Heel veel mensen leefden in armoede en hadden niks te zeggen, alhoewel er een klein groepje mensen was die rijk was en macht hadden. De filosoof Karl (communisme) vond dit verkeerd. Alles moest van iedereen zijn. Er moest een revolutie komen als oplossing.

Wie was Pieter Jelles Troelstra?

Pieter jelles troelstra (1860 - 1930) ergerde zich aan het onrecht dat hij in de samenleving zag. Hij richtte samen met 2 vrienden de SociaalDemocratische Arbeiders Partij op (SDAP). Hun wilden zich inzetten voor betere leef-omstandigheden voor arbeiders. Om dit te be-reiken wilden ze algemeen kiesrecht. Zo konden de arme arbeiders ook stemmen.

Wat was een andere oplossing voor de grote ongelijkheid?

Er waren sociaaldemocraten die dit probleem wouden oplossen door wetgeving. ZIj wouden dat rijke mensen meer belasting gingen betalen zodat de voorzieningen kunnen verbeterd worden voor iedereen.