Nederlands op Niveau B1-B2
Studied by 1 person
Call with Kai
Knowt Play
Learn
Practice Test
Spaced Repetition
Match
Flashcards1/157
There's no tags or description
Looks like no tags are added yet.
Name | Mastery | Learn | Test | Matching | Spaced |
|---|
No study sessions yet.
158 Terms
beledigen
insult
de belediging
the insult
beweren
to claim
de bewering
the claim
gaaf
great
keurig
neat
van nature
by nature
neigen
tend
de neiging
the tendency
ondergeschikt
subordinate
redelijk
reasonable
suggereren
to suggest
de suggestie
the suggestion
toegeven aan
give in to/ to pander to
het aandachtspunt
the point of attention
aarzelen
hesitate
de aarzeling
the hesitation
de adem
the breath
begeleiden
to guide or accompany
de begeleiding
the guidance or support
bewaren
save
de gebeurtenis
the event
de geest
the mind
geloofwaardig
credible
gespannen
stretched
gevoelig
sensitive
inadem
inhale
de inademing
inhalation
de nagenieten
the afterglow
ondertussen
meanwhile
overbelast
overloaded
de schoonheid
the beauty
de toegang
the access
de toevoeging
the addition
trouw
fidelity
de uitademing
the exhalation
de uitvinding
invention
trouw
loyalty
gespannen
stretched/ strained
verminderen
to reduce
waarnemen
to observe
verrassen
surprise
toevoegen aan
to add
overbelast
overloaded
ondertussen
meanwhile
geloofwaardig
credible
nagenieten van
reminisce
bewaren
to save
gevoelig
sensitive
de toegang
access
de gebeurtenis
event
begeleiden
accompany
daardoor
because of that
daarna
then/ thereafter
daarom
thats why
daarvoor
therefore/ previously
indien
in the case that
mits
as long as
naarmate
as
ofschoon
although
opdat
so that
sinds
since
tenzij
unless
zolang
as long as
behoren tot
belong to
beperken tot
to limit to
beslissen over
decide about
bestaan uit
consist of
blijken uit
to turn out
brengen naar
bring to
controleren op
check for
delen met
share with
denken aan
think about
doorgaan met
continue with
dromen over/van
dream about/ of
genieten van
enjoy
geloven
to believe
hopen op
hope for
houden
to keep
lachen om
laugh about
leiden tot
to lead to
leveren aan
deliver to
lijken op
looks like
passen op
to take care
onvoorstelbaar
unimaginable
ergernissen
annoyances
stallen
to park
bereidt
prepares
de etalage
shop window
voordeel
advantage
zeulen
to lug
sjouwen
to carry
nogal
rather
ongastvrij
inhospitable
tegenover
opposite
deftiger
more dignified
voorrang
priority/ right of way
coulant
lenient
uiting
expression
machteloosheid
powerlessness