Looks like no one added any tags here yet for you.
afwijzen
rejeter
behoren tot
appartenir Ă
belangrijk
important
bevriend zijn met
ĂȘtre ami avec
de boezemvriend (in)
l'ami (e) proche
dezelfde / hetzelfde
le(s) mĂȘme(s), la mĂȘme
durven... te + inf
oser + inf
het familielid
(pl : familieleden)
le membre de la famille
het gespreksonderwerp
le sujet de conversation
goed omgaan met
bien s'entendre avec
de interesse
l'intĂ©rĂȘt
de kennis
la connaissance
langdurig
de longue durée
het leven
la vie
onmogelijk
impossible
rekenen op
compter sur
de relatie
la relation
rondhangen
traĂźner
de steun
le soutien
steunen
soutenir
de tiener
l'adolescent
troosten
réconforter
uitlachen
se moquer
vertrouwen
faire confiance
de vrijand
l'ennemi
de volwassene
l'adulte
vrienden maken
se faire des amis
het vriendje
le petit copain
het vriendinnetje
la petite copine
de vriendschap
l'amitié
zichzelf zijn
ĂȘtre soi-mĂȘme
afspreken
se donner rendez-vous
het bericht
le message
beschermen
protéger
de eenzaamheid
la solitude
gebeuren
se passer
het gesprek
la conversation
de grens
la limite
de inbreuk
l'intrusion
de mening
l'avis
het privéleven
la vie privée
reageren
réagir
het risico
le risque
het sociaal netwerk
le réseau social
het standpunt
le point de vue
vergemakkelijken
faciliter
versterken
renforcer
het vertrouwen
la confiance
verwijderen
supprimer
zich afvragen
se demander
de afspraak
le rendez-vous
beslissen
décider
eergisteren
avant-hier
... geleden
il y a ...
gisteren
hier
hopen
espérer
de keer
la fois
de maand
le mois
mogelijk
possible
morgen
demain
na
aprĂšs
overmorgen
aprĂšs-demain
terugzien
revoir
volgend
prochain, suivant
vorig
précédent
vrij
libre
de week
la semaine
het weekend
le week-end
ben je vrij volgende vrijdag?
Es-tu libre vendredi prochain ?
heb je zin om naar ... te gaan?
As-tu envie d'aller ... ?
Hoe laat kunnen we elkaar ontmoeten?
A quelle heure peut-on se retrouver ?
Laat me iets weten!
Dis-moi quoi !
wanneer past het voor jou?
Quand est-ce que cela t'arrange ?
wat denk je van een avondje uit?
Que penses-tu d'une sortie ?
zou je willen komen?
Voudrais-tu venir?
aardig
gentil
dolgelukkig
Follement heureux
goedkomen
s'arranger
het is uit...
c'est fini ...
Klikken met/tussen
Le courant passe avec, entre
knap
beau, intelligent
kussen
embrasser
lief
adorable, gentil
het lief
l'amoureux
liefde op het eerste gezicht
le coup de foudre
het liefdesverdriet
le chagrin d'amour
merken
remarquer
missen
manquer
onafscheidelijk
inséparable
onbetrouwbaar
douteux, peu fiable
ongelukkig
malheureux
ontspannen
détendu
onvriendelijk
antipathique
overgaan
passer
goed omgaan met
bien s'entendre avec