Samengestelde werkwoorden met zetten

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
0.0(0)
full-widthCall Kai
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
GameKnowt Play
Card Sorting

1/19

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

20 Terms

1
New cards

Zet jij de tv even ___ voor het nieuws?

aan

2
New cards

Kun je mij even in het centrum ___zetten, dan hoef ik niet met de bus.

af

3
New cards

Ik ben __gezet met dat bankstel via Marktplaats. Ik heb evenveel betaald als voor een nieuw bankstel.

af

4
New cards

Waarom zet je de hele tijd je bril ___?

af

5
New cards

Israël __zet Palestijns grondgebied.

be

6
New cards

Wil je het vuilnis even ___zetten?

binnen/buiten

7
New cards

Zet hier maar wat stoelen ___. We zijn met veel mensen.

bij

8
New cards

Je moet wel ____zetten en niet zonder goede reden stoppen.

door

9
New cards

Zij zet zich al jaren ___ voor daklozen.

in

10
New cards

Zet die beker maar op de tafel ____.

neer

11
New cards

Dat bedrijf heeft vorig jaar meer ___gezet dan het jaar ervoor.

om

12
New cards

Hij wil een eigen bedrijf ___zetten.

op

13
New cards

Hij zette zijn hoed ___.

op

14
New cards

We hebben de tent snel ___gezet.

op

15
New cards

Zet die radio alsjeblieft ___.

uit

16
New cards

Door de warmte is die bal helemaal ___gezet.

uit

17
New cards

Hij verbleef hier illegaal en daarom is hij ___gezet.

uit

18
New cards

___zet jij de afspraak even naar volgende week?

ver

19
New cards

Ik ___zet me tegen dat voorstel.

ver

20
New cards

Hij wil het bedrijf van zijn ouders ___zetten.

voort