De Franse Revolutie (1789-1799)

Flashcards over de Franse Revolutie (1789-1799)

Politieke situatie in Frankrijk (eind 18de eeuw)

Lodewijk XVI regeerde nog steeds als een absolute vorst.

Economische vlak

De Franse standenmaatschappij.

Economische problemen

adel en clerus weigerden belastingen te betalen.

Volkssoevereiniteit

Het principe dat de macht van de overheid berust bij het volk.

Scheiding der machten

Het opdelen van de macht in verschillende takken.

Aanleiding voor de Franse Revolutie in 1789

Rampzalige financiële toestand + Frankrijk heeft schulden.

Wensen van de derde stand

De derde stand wilde ingrijpende hervormingen.

Reactie van de derde stand als de koning niet luistert

Nationale Vergadering die een eigen grondwet mag oprichten.

Reactie van de Parijse bevolking

Bestorming van de Bastille op 14 juli 1789.

Hervormingen op 4 augustus 1789

Afschaffing standenmaatschappij.

Hervormingen op 4 augustus 1789

De kerk komt volledig onder controle van de Franse staat.

Cijnskiesrecht

Enkel als je een bepaald niveau van belastingen betaalt, mag je stemmen.

April 1792

Oorlog tussen Franse revolutionairen en Oostenrijk en Pruisen.

Gevolgen van de bestorming van het paleis

Afschaffing monarchie, oprichting republiek (21 september 1791).

Parlement

Parlement o.b.v. algemeen stemrecht voor alle volwassene mannen.

Het terreurbewind

Comité de Salut Public.

November 1799

Napoleon Bonaparte pleegt een staatsgreep.