Introductie tot de biomedische wetenschappen

0.0(0)
studied byStudied by 0 people
GameKnowt Play
learnLearn
examPractice Test
spaced repetitionSpaced Repetition
heart puzzleMatch
flashcardsFlashcards
Card Sorting

1/8

encourage image

There's no tags or description

Looks like no tags are added yet.

Study Analytics
Name
Mastery
Learn
Test
Matching
Spaced

No study sessions yet.

9 Terms

1
New cards

gezondheid en ziekte

om te begrijpen wat lichaam gezond houdt en wat ziekte veroorzaakt, is kennis van de anatomie en fysiologie heel belangrijk.

2
New cards

anatomie

= studie van de bouw van het lichaam

macroscopisch: te zien met blote oog

microscopisch: zichtbaar onder microscoop, dus niet met het blote oog

3
New cards

fysiologie

= studie van de werking van het lichaam

4
New cards

pathologie

= ziekteleer => studie hoe ziekten het functioneren van organen beinvloeden

5
New cards

organisatieniveaus (5)

chemisch niveau (atomen en moleculen => kleinste bouwstenen), celniveau (opgebouwd uit moleculen), weefselniveau (verzameling van cellen met gemeenschappelijke functie), orgaanniveau ( SW verschillende weefsels), organismenniveau (SW organen met specifieke functie)

6
New cards

orgaanstelsels

lichaam bevat er 11:

huid, zenuwstelsel, spierstelsel, skelet, endocrienstelsel, cardiovasculairstelsel, lymfestelsel, AHstelsel, spijsverteringsstelsel, urinairstelsel en voortplantingsstelsel

7
New cards

homeostase

= streven naar evenwicht en stabiliteit in lichaam

  • essentieel voor overleving (bv: O2 opname, CO2-afvoer)

  • wanneer homeostase faalt => kans op ziekte

8
New cards

terugkoppeling (feedback) : 2 vormen

negatieve feedback = corrigeert afwijkingen (meest voorkomend)

positieve feedback = versterkt een proces (komt minder vaak voor)

9
New cards

anatomische taal

ontstaan uit nood aan eenduidige communicatie binnen geneeskunde

gebaseerd op Latijn en Grieks

!! belangrijk voor correcte communicatie tussen ZVL!!

vb: Tibia (scheenbeen), fibula (kuitbeen, vene (ader),….

VPK moeten de medische termen beheren en kunnen uitleggen aan de pat. in begrijpelijke taal